Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
[adres].
Rechtbank Noord-Holland
Op 7 juli 2014 heeft de Rechtbank Noord-Holland uitspraak gedaan in de zaak tegen vijf verdachten die beschuldigd werden van beroving. De rechtbank sprak de verdachten vrij, omdat niet wettig en overtuigend kon worden bewezen wie de daadwerkelijke overvallers waren. De zaak betrof een overval op 14 juni 2011 in Alkmaar, waarbij een tas met een aanzienlijk geldbedrag werd gestolen. De rechtbank concludeerde dat, hoewel de betrokkenheid van de verdachten aannemelijk was, er onvoldoende bewijs was voor een nauwe en bewuste samenwerking bij de overval.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig was en dat zij bevoegd was om de zaak te behandelen. De officier van justitie had gerekwireerd tot bewezenverklaring van het ten laste gelegde feit, maar de verdediging betoogde dat de verdachte niet aan de signalementen voldeed en dat er geen bewijs was voor zijn betrokkenheid. De rechtbank oordeelde dat de bewijsmiddelen onvoldoende waren om de verdachte te veroordelen.
De rechtbank heeft ook de vorderingen van de benadeelde partijen, die schadevergoeding vroegen, afgewezen, omdat de verdachte niet wettig en overtuigend was bewezen schuldig aan de tenlastegelegde feiten. De rechtbank heeft de benadeelde partijen niet-ontvankelijk verklaard in hun vorderingen. Uiteindelijk werd de voorlopige hechtenis van de verdachte opgeheven, en de rechtbank sprak de verdachte vrij van alle beschuldigingen.