ECLI:NL:RBNHO:2014:531
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Echtscheiding en verdeling van gemeenschap tussen partijen met betrekking tot de echtelijke woning en partnerbijdrage
In deze zaak heeft de rechtbank Noord-Holland op 22 januari 2014 uitspraak gedaan in een echtscheidingsprocedure tussen een man en een vrouw, die gehuwd waren in Suriname. De man heeft verzocht om de echtscheiding uit te spreken, stellende dat het huwelijk duurzaam is ontwricht. De vrouw betwist deze ontwrichting en heeft aangegeven dat haar geloofsovertuiging haar belemmert om in te stemmen met de echtscheiding. De rechtbank heeft vastgesteld dat de vrouw sinds juli 2013 niet meer in de echtelijke woning verblijft en dat de man geen uitzicht op verzoening ziet. De rechtbank oordeelt dat de man, gezien zijn langdurige bewoning van de woning en zijn eigendomspercentage, recht heeft op het gebruik van de echtelijke woning voor een periode van zes maanden na de inschrijving van de echtscheiding.
Daarnaast heeft de vrouw verzocht om een partnerbijdrage van € 557,00 per maand, maar partijen zijn overeengekomen dat de man € 419,00 per maand zal betalen. De rechtbank heeft dit verzoek toegewezen. Ook heeft de man verzocht om de verdeling van de gemeenschap tussen partijen, wat door de rechtbank is toegewezen. De rechtbank heeft de beslissing uitvoerbaar bij voorraad verklaard, behoudens de echtscheiding zelf. De beschikking is openbaar uitgesproken en partijen hebben de mogelijkheid om binnen drie maanden hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof te Amsterdam.