Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Sectie Handel & Insolventie
advocaat: mr. R.G.J. Laan.
1.De procedure
- de dagvaarding
2.De feiten
- grondplannummer 237, een deel van 00.05.91 ha van het perceel kadastraal bekend gemeente Wester-Koggenland, sectie AB, nummer 844, totaal groot: 01.17.80 ha, kadastraal omschreven als “Bedrijvigheid (Nutsvoorziening) Water”;
3.De standpunten van partijen
bij vervroeging uit zal spreken de onteigening van de onder nummer 2.2 van dit vonnis genoemde, ter onteigening aangewezen onroerende zaken, ten name van de provincie, vrij van alle lasten en rechten en
a) bij aanvaarding van het aanbod door Gedaagde het bedrag van de schadeloosstelling vast zal stellen op het bedrag van € 64.080,-- voor alle schaden en kosten hoe ook genaamd doch exclusief de kosten van deskundige bijstand en de eventueel door Gedaagde te lijden belastingschade als rechtstreeks en noodzakelijk gevolg van de onteigening;
b) zal bepalen dat de provincie de onder sub 7 en 8 van de dagvaarding beschreven bijkomende aanbiedingen gestand doet,
indien het aanbod door Gedaagde niet wordt aanvaard:
c) het voorschot op de schadeloosstelling zal bepalen op 90% van het aangeboden bedrag, zijnde (afgerond) € 57.672,--;
d) zal bepalen dat geen zekerheid voor de voldoening van de schadeloosstelling nodig is, tenzij deze wordt verlangd en in dat laatste geval zal bepalen dat de provincie zekerheid mag stellen door 100% van het aangeboden bedrag als voorschot te betalen
f) ingevolge artikel 54j lid 2 Ow de data voor nederlegging van het (concept)deskundigenrapport zal vaststellen,
alles kosten rechtens.
4.De beoordeling
18 april 2014 ter griffie van de rechtbank is gedeponeerd. Partijen krijgen gedurende een maand na dagtekening van dit vonnis de gelegenheid op dit conceptdeskundigenbericht te reageren. De datum van nederlegging ter griffie van het definitieve deskundigenrapport zal worden bepaald op twee maanden daarna, te weten op 23 juli 2014.