ECLI:NL:RBNHO:2013:BZ4413
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M.A.C. Hofman
- Rechtspraak.nl
Gemeenschappelijke hypotheekschuld na beëindiging affectieve relatie en verzoek om ontslag uit hoofdelijke aansprakelijkheid
In deze zaak, die voor de Rechtbank Noord-Holland is behandeld, gaat het om een geschil tussen ex-partners over een gemeenschappelijke hypotheekschuld na de beëindiging van hun affectieve relatie. De vrouw, eiseres, vraagt om ontslag uit hoofdelijke aansprakelijkheid voor de hypotheekschuld die rust op de woning die eigendom is van de man, gedaagde. De rechtbank heeft vastgesteld dat de partijen gedurende 23 jaar een relatie hebben gehad, die in oktober 2008 is verbroken. De vrouw vordert dat de man wordt gelast om medewerking te verlenen aan de verkoop van de woning en haar ontslag uit hoofdelijke aansprakelijkheid. De rechtbank overweegt dat het ontslag uit hoofdelijke aansprakelijkheid niet mogelijk is, omdat de hypotheekverstrekker, Stater, negatief heeft gereageerd op het verzoek van de man om de vrouw te ontslaan uit haar aansprakelijkheid. De rechtbank weegt de belangen van beide partijen en komt tot de conclusie dat het belang van de man bij het behoud van de woning zwaarder weegt dan het belang van de vrouw bij de verkoop. De rechtbank wijst de vorderingen van de vrouw af en compenseert de proceskosten tussen partijen, zodat iedere partij de eigen kosten draagt. Het vonnis is uitgesproken op 2 januari 2013.