ECLI:NL:RBNHO:2013:BZ0119
Rechtbank Noord-Holland
- Voorlopige voorziening
- A.C. Terwiel-Kuneman
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening in sociale zekerheidszaak met betrekking tot bijstandsbehoefte
In deze zaak heeft verzoeker op 24 december 2012 bezwaar gemaakt tegen de beslissing van verweerder, het college van burgemeester en wethouders van Purmerend, om hem niet in aanmerking te brengen voor een uitkering op basis van de Wet werk en bijstand (Wwb). Dit besluit volgde op een huisbezoek dat niet heeft plaatsgevonden, waardoor verzoekers recht op bijstand niet kon worden vastgesteld. De voorzieningenrechter heeft op 8 januari 2013 uitspraak gedaan, waarbij het verzoek om voorlopige voorziening werd afgewezen.
De voorzieningenrechter overweegt dat het aan verzoeker is om aan te tonen dat hij in bijstandsbehoevende omstandigheden verkeert en dat hij hoofdverblijf heeft in de gemeente waar hij de aanvraag indient. Verweerder heeft op basis van onderzoeksbevindingen geconcludeerd dat verzoeker niet zijn hoofdverblijf heeft in Purmerend. Tijdens het huisbezoek op 21 december 2012 zijn er aanwijzingen gevonden die deze conclusie ondersteunen, zoals het ontbreken van voedsel en de verklaring van verzoeker dat hij voornamelijk in Zaandam verblijft.
De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat verzoeker onvoldoende aannemelijk heeft gemaakt dat hij zijn hoofdverblijf heeft in de door hem gehuurde woning in Purmerend. De enkele intentie om daar te wonen is niet voldoende om de feitelijke afwezigheid te compenseren. De voorzieningenrechter heeft daarom geoordeeld dat er voldoende feitelijke grondslag bestaat voor het standpunt van verweerder en heeft het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.