In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Noord-Holland op 13 juni 2013, betreft het een echtscheidingsprocedure tussen een man en een vrouw, beiden wonende te Velsen, met een minderjarig kind. De vrouw heeft verzocht om vervangende toestemming voor verhuizing met het kind naar een andere gemeente, en om de hoofdverblijfplaats van het kind bij haar te bepalen. De man heeft hiertegen verweer gevoerd en verzocht om de hoofdverblijfplaats van het kind bij hem te bepalen. De rechtbank heeft vastgesteld dat het in het belang van het kind is om advies te vragen aan de Raad voor de Kinderbescherming over de hoofdverblijfplaats. De rechtbank heeft de Raad verzocht om een advies uit te brengen, waarbij de mening van het kind in overweging zal worden genomen. De rechtbank heeft ook bepaald dat het schriftelijk rapport van de Raad uiterlijk op 2 juli 2013 aan de partijen en hun advocaten moet worden toegezonden. De zitting voor de Raad is gepland op 4 juli 2013. De overige verzoeken zijn aangehouden voor latere beoordeling. Deze beschikking is openbaar uitgesproken door de meervoudige kamer voor familiezaken, onder leiding van voorzitter en kinderrechter mr. D.H. Steenmetser, en de rechters mrs. J.F. Miedema en A.L. Diender.