ECLI:NL:RBNHO:2013:11152
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Schorsing van de vervolging van verdachte met geestelijke gezondheidsproblemen en recidivegevaar
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 31 oktober 2013 uitspraak gedaan in de strafzaak tegen een verdachte die lijdt aan een geestelijke stoornis, specifiek amnesie, en die zich in voorlopige hechtenis bevindt. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte niet in staat is de strekking van de tegen hem ingestelde vervolging te begrijpen, wat is bevestigd door een deskundige psychiater. De verdachte, geboren in Armenië en zonder vaste woon- of verblijfplaats in Nederland, heeft ernstige geestelijke en somatische problemen, waaronder terminale leverkanker. De rechtbank oordeelt dat het van groot belang is dat er zo spoedig mogelijk een passende plaats voor de verdachte wordt gevonden, waarbij de veiligheid van de maatschappij gewaarborgd moet blijven. De officier van justitie en de raadsman hebben beiden gepleit voor schorsing van de vervolging, gezien de geestelijke toestand van de verdachte. De rechtbank heeft besloten de vervolging te schorsen, maar de voorlopige hechtenis blijft van kracht. Tevens is er een onderzoek gelast naar de mogelijkheden voor plaatsing van de verdachte in een geschikte instelling, zoals een verpleeghuis of een instelling als De Blinkert. De rechtbank heeft bepaald dat de zaak binnen twee maanden opnieuw moet worden behandeld, waarbij de officier van justitie en de verdediging betrokken moeten worden bij het onderzoek naar de plaatsing van de verdachte. De beslissing is genomen in tegenwoordigheid van de griffier en is openbaar uitgesproken.