ECLI:NL:RBMNE:2025:957
Rechtbank Midden-Nederland
- Verstek
- Rechtspraak.nl
Ontruiming van woning door medebewoner na vervanging van sloten
In deze zaak heeft eiser, die gedaagde tijdelijk bij hem in huis heeft laten wonen, de kantonrechter verzocht om ontruiming van de woning. Eiser heeft gedaagde op 18 februari 2025 gedagvaard, omdat gedaagde de sloten van de woning heeft vervangen en weigert de woning te verlaten. Tijdens de mondelinge behandeling op 28 februari 2025 was alleen eiser, vergezeld door zijn gemachtigde mr. B. Al-Yassiri, aanwezig. Gedaagde is niet verschenen. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de oproeping van gedaagde correct is verlopen en verleent verstek. Eiser heeft een spoedeisend belang, omdat hij de woning niet kan betreden. De kantonrechter oordeelt dat gedaagde zonder recht of titel in de woning verblijft, aangezien er geen huurovereenkomst is en eiser heeft aangegeven dat hij niet langer wil dat gedaagde in de woning verblijft. De vordering tot ontruiming wordt toegewezen, met een termijn van drie dagen na betekening van het vonnis voor gedaagde om de woning te verlaten. De kantonrechter wijst de vordering tot het opleggen van een dwangsom af, omdat eiser al voldoende mogelijkheden heeft om de ontruiming af te dwingen. Gedaagde wordt ook veroordeeld in de proceskosten, die op € 914,66 worden begroot. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.