In deze zaak vorderen eisers, [eisers], schadevergoeding van gedaagden, [gedaagde 1] en [gedaagde 2], die als voormalige bestuurders van de onderneming [onderneming] B.V. worden aangesproken. De eisers stellen dat de onderneming selectieve betalingen heeft verricht in de aanloop naar haar turboliquidatie, waardoor hun vordering op de onderneming onbetaald is gebleven. De rechtbank heeft tijdens de mondelinge behandeling op 5 december 2024 vastgesteld dat er onvoldoende financiële informatie beschikbaar is om een oordeel te vellen over de vordering van eisers. De rechtbank heeft gedaagden opgedragen om nadere financiële stukken te overleggen, zodat inzicht kan worden verkregen in de geldstromen van de onderneming.
De onderneming had in opdracht van eisers werkzaamheden verricht, maar is op 20 februari 2022 ontbonden via een turbo-liquidatie. Eisers stellen dat gedaagden onrechtmatig hebben gehandeld door de onderneming te ontbinden terwijl zij wisten van de openstaande vordering. Gedaagden betwisten dit en stellen dat de ontbinding noodzakelijk was vanwege de slechte financiële situatie van de onderneming en de gezondheid van gedaagde 1. De rechtbank heeft vastgesteld dat er onvoldoende inzicht is in de financiële situatie van de onderneming en heeft gedaagden opgedragen om aanvullende informatie te verstrekken, waaronder jaarstukken en bankafschriften, om de selectieve betalingen te kunnen beoordelen.
De rechtbank heeft de zaak aangehouden en bepaald dat gedaagden op 12 februari 2025 een akte moeten indienen met de gevraagde informatie. Eisers krijgen vervolgens de gelegenheid om hierop te reageren, waarna gedaagden nogmaals kunnen reageren. De rechtbank houdt verdere beslissingen aan totdat de benodigde informatie is verstrekt en beoordeeld.