ECLI:NL:RBMNE:2025:831

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
6 februari 2025
Publicatiedatum
27 februari 2025
Zaaknummer
C/16/588148 / FV RK 25-284
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek tot voortzetting van crisismaatregel in het kader van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg

In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 6 februari 2025 uitspraak gedaan in een verzoek tot voortzetting van een crisismaatregel voor een betrokkene, geboren in 1985. De officier van justitie had verzocht om een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel voor de duur van drie weken. De rechtbank heeft de zaak beoordeeld op basis van het verzoekschrift dat op 3 februari 2025 was ingediend en de mondelinge behandeling die op dezelfde datum plaatsvond. Tijdens de behandeling zijn zowel de betrokkene als een verslavingsarts gehoord.

De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene op dat moment verbleef in een crisisafdeling, waar zij was opgenomen op basis van een crisismaatregel die door de burgemeester van Utrecht was genomen op 31 januari 2025. De rechtbank concludeert dat de betrokkene lijdt aan een posttraumatische stressstoornis en dat de crisismaatregel niet meer doelmatig is, omdat het acute gevaar waarvoor de maatregel was verleend, is geweken. De rechtbank heeft ook opgemerkt dat de betrokkene niet naar een andere afdeling wilde, waar verdere behandeling zou kunnen plaatsvinden. De rechtbank heeft uiteindelijk het verzoek tot voortzetting van de crisismaatregel afgewezen, omdat niet aan alle wettelijke voorwaarden was voldaan.

De beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken door rechter R.R. Everaars-Katerberg, in aanwezigheid van griffier M. van de Vliert-Vos, en is op schrift gesteld op 27 februari 2025. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Familie- en Jeugdrecht
Locatie Utrecht
Zaaknummer: C/16/588148 / FV RK 25-284
Datum uitspraak: 6 februari 2025
Beschikking voortzetting crisismaatregel
op het verzoek van de officier van justitie voor
[betrokkene],
geboren op [geboortedatum] 1985 in [geboorteplaats] ,
hierna te noemen betrokkene,
wonend in [woonplaats] ,
verblijvend bij [verblijfplaats] , locatie [locatie] in [plaats] ,
advocaat mr. E.E. Weiland

1.Het verloop van de procedure

1.1.
De rechtbank neemt de volgende stukken mee in haar beoordeling:
- het verzoekschrift met bijlagen, binnengekomen bij de rechtbank op 3 februari 2025.
1.2.
De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 6 februari 2025. Daarbij zijn gehoord:
- betrokkene, bijgestaan door haar advocaat;
- mevrouw [A] , verslavingsarts en ANIOS.

2.Wat vaststaat

2.1.
Betrokkene verblijft met een crisismaatregel in het [locatie] van [verblijfplaats] . De burgemeester van Utrecht heeft de crisismaatregel op 31 januari 2025 genomen.

3.Het verzoek

3.1.
De officier van justitie verzoekt de rechtbank een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel voor de duur van drie weken te verlenen.

4.De beoordeling

4.1.
De rechtbank wijst de gevraagde machtiging af. Er is namelijk niet aan alle wettelijke voorwaarden uit de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg voldaan. Hierna wordt uitgelegd waarom dat zo is.
4.2.
Bij betrokkene is sprake van een posttraumatische stressstoornis met herbelevingen en een actuele doodswens en forse verslavingsproblematiek.
Tijdens de mondelinge behandeling heeft de arts toegelicht dat het doel van de opname was om rust en stabiliteit te creëren en een detox van een week te laten plaatsvinden. Dat doel is bereikt. Betrokkene kan nog een nachtje blijven, maar een langere opname op de huidige afdeling is niet meer doelmatig en zal alleen maar leiden tot een toename van de hospitalisering van betrokkene en verslechtering van het ziektebeeld. Betrokkene kan naar een andere gesloten afdeling van [verblijfplaats] , de P&V afdeling, waar gewerkt kan worden aan verdere detox en verdere behandeling kan plaatsvinden. Het verblijf daar kan alleen op vrijwillige basis. Betrokkene wil echter niet naar die afdeling. Dat betekent dat betrokkene naar huis moet gaan. Zij valt dan terug op het ambulante team.
4.3.
De rechtbank stelt vast dat het acute gevaar waarvoor de crisismaatregel is verleend is geweken. Behandeling van de onderliggende problematiek kan niet op de huidige crisisafdeling. Betrokkene heeft gezegd dat zij zich op de huidige afdeling wel veilig voelt en dat zij daar graag wil blijven. Dat op zich is echter geen reden om een machtiging af te geven, want dat verplicht de instelling niet om betrokkene binnen te houden. Een machtiging is alleen bedoeld om een betrokkene tegen diens wil binnen te houden.
4.4.
Gelet op het voorgaande concludeert de rechtbank dat een voortzetting van de crisismaatregel niet doelmatig is.

5.De beslissing

De rechtbank:
5.1.
wijst het verzoek af.
Deze beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 6 februari 2025 door mr. R.R. Everaars-Katerberg, rechter, in aanwezigheid van M. van de Vliert-Vos, griffier en op schrift gesteld op 27 februari 2025.
!NIET VERWIJDEREN, PLAATS VOOR HANDTEKENING SECRETARIS!
!NIET VERWIJDEREN, PLAATS VOOR HANDTEKENING RECHTER!
!NIET VERWIJDEREN, PLAATS VOOR STEMPELS!
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.