Uitspraak
ECHTBANK Midden-Nederland
1.De procedure
- de conclusie van antwoord met producties;
- de brief waarin een mondelinge behandeling is bepaald;
2.De kern van de zaak
3.De beoordeling
4.De beslissing
26 februari 2025
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak vordert eiser, [eiser], een schadevergoeding van ABN AMRO Bank N.V. omdat de bank naar zijn mening ten onrechte de verhuisregeling niet heeft toegepast op zijn situatie. Eiser had samen met zijn ex-partner een gezamenlijke woning en een geldlening afgesloten bij ABN AMRO. Na de beëindiging van hun relatie wilden zij ieder een eigen woning kopen en vroegen zij de bank om de verhuisregeling toe te passen, zodat zij de aantrekkelijke rente van hun oude lening konden meenemen naar hun nieuwe hypotheken. ABN AMRO weigerde dit en stelde dat de regeling alleen op één van de partners van toepassing kon zijn. De rechtbank oordeelt dat de verhuisregeling in de algemene voorwaarden van ABN AMRO duidelijk is en dat de bank niet verplicht was om de regeling op de door eiser gevraagde manier toe te passen. De rechtbank wijst de vorderingen van eiser af en stelt hem in de proceskosten. De rechtbank benadrukt dat de uitleg van de algemene voorwaarden in het voordeel van de consument moet zijn, maar dat dit alleen geldt als er redelijke twijfel bestaat over de uitleg van het beding. In dit geval was de verhuisregeling duidelijk geschreven voor een verhuizing van één oude woning naar één nieuwe woning. Eiser en zijn ex-partner hebben de informatie op de website van ABN AMRO geraadpleegd en zijn geïnformeerd door een adviseur, die bevestigde dat de regeling niet op beide partners kon worden toegepast. De rechtbank concludeert dat ABN AMRO beleidsvrijheid heeft en dat de toepassing van de verhuisregeling zoals gedaan door de bank niet onredelijk was. Eiser wordt veroordeeld in de proceskosten van € 4.295,00.