ECLI:NL:RBMNE:2025:702

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
17 januari 2025
Publicatiedatum
20 februari 2025
Zaaknummer
16-298854-23 en 16-219527-24
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bewezenverklaring van drugshandel en witwassen door verdachte in de periode van 2022 tot 2024

In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 17 januari 2025 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van drugshandel en witwassen. De verdachte, geboren in 2003 in China, werd beschuldigd van het in de periode van 17 november 2022 tot en met 13 februari 2024 handelen in grote hoeveelheden hasj en hennep, het uitvoeren van deze softdrugs naar het buitenland, en het witwassen van geldbedragen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte in deze periode samen met anderen handelde in hennep en hasj, en dat hij op 12 februari 2024 cocaïne heeft verkocht en verstuurd naar het buitenland. De rechtbank heeft de verdachte schuldig bevonden aan de tenlastegelegde feiten en hem een gevangenisstraf van 18 maanden opgelegd, waarvan 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren. De rechtbank heeft daarbij rekening gehouden met de ernst van de feiten, de rol van de verdachte in de drugshandel, en zijn eerdere veroordelingen voor opiumdelicten. De verdachte heeft zich gedurende een lange periode schuldig gemaakt aan ernstige strafbare feiten die schadelijk zijn voor de volksgezondheid en de samenleving.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Strafrecht
Zittingsplaats Utrecht
Parketnummers: 16/298854-23 en 16/219527-24 (gev. ttz) (P)
Vonnis van de meervoudige kamer van 17 januari 2025
in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] 2003 te [plaats 1] (China),
wonende aan de [adres 1] , [postcode] te [plaats 2] ,
hierna: verdachte.

1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING

Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting van 15 mei 2024, 24 juli 2024, 18 december 2024 en 17 januari 2025. Op 18 december 2024 is de zaak inhoudelijk behandeld, waarna het onderzoek ter terechtzitting op 17 januari 2025 is gesloten.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering en standpunten van officier van justitie mr. M.M.L. Kalsbeek en van hetgeen verdachte en zijn raadsvrouw, mr. H.M.G. Peters, advocaat te Utrecht, naar voren hebben gebracht.

2.TENLASTELEGGING

De tenlastelegging is op de zitting van 15 mei 2024 en 24 juli 2024 gewijzigd. De gewijzigde tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De rechtbank nummert de bij de dagvaardingen met de parketnummers 16/298854-23 en 16/219527-24 ten laste gelegde feiten respectievelijk als feit 1 tot en met feit 3 en feit 4.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
(parketnummer 16/298854-23)
feit 1
in de periode van 30 september 2023 tot en met 13 februari 2024 te [plaats 2] , [plaats 3] en/of Nieuwegein samen met (een) ander(en) buiten het grondgebied van Nederland heeft gebracht en/of in de uitoefening van een beroep of bedrijf heeft gehandeld en/of opzettelijk aanwezig heeft gehad een grote hoeveelheid hennep en/of hasjiesj;
feit 2op 13 februari 2024 te [plaats 3] samen met (een) ander(en) 23.140,30 euro en 4.169,07 euro en een of meer cryptovaluta heeft witgewassen;
feit 3in de periode van 17 november 2022 tot en met 29 september 2023 te [plaats 2] , [plaats 3] en/of Nieuwegein samen met (een) ander(en) buiten het grondgebied van Nederland heeft gebracht en/of in de uitoefening van een beroep of bedrijf heeft gehandeld en/of opzettelijk aanwezig heeft gehad een grote hoeveelheid hennep en/of hasjiesj;
(parketnummer 16/219527-24)
feit 4
in de periode van 12 januari 2024 tot en met 12 februari 2024 te [plaats 2] en/of [plaats 3] samen met (een) ander(en) buiten het grondgebied van Nederland heeft gebracht en/of heeft gehandeld en/of opzettelijk aanwezig heeft gehad (grote) hoeveelheden cocaïne en/of 2C-B en/of 3,4-methyleendioxymethamfetamine (XTC) en/of MDMA.

3.VOORVRAGEN

De dagvaarding is geldig, de rechtbank is bevoegd tot kennisneming van het ten laste gelegde, de officier van justitie is ontvankelijk in de vervolging van verdachte en er zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging.

4.WAARDERING VAN HET BEWIJS

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht het onder feit 1, feit 2, feit 3 en feit 4 ten laste gelegde wettig en overtuigend te bewijzen. De officier van justitie stelt zich op het standpunt dat verdachte moet worden vrijgesproken van het onder feit 1 en feit 3 ten laste gelegde handelen in de uitoefening van een beroep of bedrijf.
De standpunten van de officier van justitie worden – voor zover van belang voor de beoordeling – besproken in paragraaf 4.3.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw bepleit vrijspraak van het onder feit 1 en feit 3 ten laste gelegde medeplegen en het handelen in de uitoefening van een beroep of bedrijf. Over het medeplegen voert zij aan dat alleen bij verdachte geld wordt ontnomen in een ontnemingsprocedure en niet bij medeverdachte, maar wel medeplegen ten laste is gelegd in de strafzaak. Over het handelen in de uitoefening van een beroep of bedrijf merkt de raadsvrouw op dat verdachte niet de oprichter, eigenaar of beheerder van het Telegramaccount [accountnaam 1] was, maar slechts een afnemer waardoor hij niet vanuit dat account beroeps- of bedrijfsmatig heeft gehandeld. De raadsvrouw bepleit verder dat verdachte moet worden vrijgesproken van het onder feit 4 ten laste gelegde. Zij voert aan dat verdachte dit feit ontkent en meerdere gebruikers gebruik kunnen maken van één Telegramaccount en kunnen worden aangeduid als [naam 1] .
Voor zover van belang worden de standpunten van de raadsvrouw besproken in paragraaf 4.3 bij het oordeel van de rechtbank.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
-
Ten aanzien van feit 1, feit 3 en feit 4
Bewijsmiddelen [1]
De verklaring van verdachte
Op 17 november 2022 had ik hasj ingekocht. Ik heb daarna tot en met de zomer van 2023, soms drie á vier keer per week, gehandeld in hennep en hasj. Ik heb mij toen bezig gehouden met de kleinschalige handel tot 100 gram per transactie in hennep en hasj. De hennep en hasj werd dan naar de afnemer gebracht. In die tijd heb ik misschien één keer geadverteerd via Snapchat.
Op 4 januari 2023 heb ik softdrugs ingekocht voor de straathandel. In de zomer van 2023 heb ik mij via [naam 1] bezig gehouden met de grootschalige handel in hennep en hasj door middel van het versturen van postpakketten naar het buitenland. Ik was medegebruiker van het Telegramaccount [accountnaam 2] en verstuurde dan softdrugs tot en met 1 kilogram naar het buitenland. Ik heb de naam [naam 2] gebruikt voor het voorsturen van de pakketten met softdrugs. Op 6 november 2023 heb ik in [plaats 2] pakketten met hennep en hasj verstuurd naar het buitenland. Ik heb verzendlabels betaald voor pakketten met drugs die zijn verstuurd met PostNL.
Toen ik mij bezighield met de grootschalige handel verkocht ik tot en met mijn aanhouding af en toe nog hennep en hasj op straat.
De bij mij in beslag genomen telefoons, de iPhone 6s, iPhone 12, iPhone 14 en iPhone 14 Pro, zijn mijn telefoons. De iPhone 6s gebruikte ik voor de handel in softdrugs maar de iPhone 12 gebruikte ik daar niet voor, dat was mijn privé telefoon.
Het geld dat bij mij is aangetroffen heb ik verkregen door het handelen in softdrugs. De Skoda met het kenteken [kenteken 1] was van mij. [medeverdachte] is een hele goede vriend van mij. [2]
Een proces-verbaal van bevindingen – aantreffen hennep en hasj op 17 november 2022
Op 17 november 2022 te Bunnink gaven wij de bestuurder van de Citroën een volgteken. In de ons daarvoor ter beschikking staande politiesystemen bleek dat dit voertuig op naam stond van: [verdachte] . [3]
De bestuurder bleek vervolgens de tenaamgestelde [verdachte] te zijn. Op het moment van aanspreken rook ik de mij ambtshalve bekende geur van hasj.
Ik zag dat er, direct in het zicht, een mes in het bergvak van het bestuurdersportier lag. Ik zag dat er bruinkleurig residu op het snijvlak van dit mes zat. Ik herkende dit ambtshalve als vermoedelijke residu van hasj.
Ik hoorde dat [verdachte] zei: “Ja ik zal maar eerlijk zijn. Er ligt toch wel iets in de auto. Er liggen wel wat drugs in de auto.” Ik zag dat hij vervolgens naar de kofferbak liep en deze opende. Ik zag dat hij een zwarte [.] sporttas pakte en hier een plastic boodschappentas van supermarkt “ [.] ” uit haalde. Ik zag dat hij deze boodschappentas opende en mij liet zien. Ik zag dat er meerdere bruinkleurige blokken in deze tas zaten. Ik herkende deze blokken als hasj. Ik zag tevens dat er een sealbag met hennep in de tas zat.
Nadat de verdachte was aangehouden hoorde ik dat hij zei dat er geld in een vakje bij zijn versnellingspook lag. Ik zag dat dit een afgesloten bergvak was ter hoogte van het dashboard. Ik zag dat er een grote hoeveelheid briefgeld in dit bergvak lag. Ik zag dat er tevens een blok hasj in dit bergvak lag. [4] In totaal bleek het te gaan om 3052,10 euro.
Onder de verdachte werden de volgende goederen inbeslaggenomen:
- plastictas met verdovende middelen uit de kofferbak
- zakje met vermoedelijke verdovende middelen uit de [.] sporttas
- potje met vermoedelijke hennep uit de [.] sporttas
- mes met hasj residu
- geld (3052,10 euro)
- twee Apple iPhones
- stickervel met nieuwe stickers die op blokken hasj worden geplakt.
Wij zagen dat er op de, onder de verdachte in beslag genomen, Apple iPhone 6S diverse chatberichten binnen kwamen via de app Telegram. Wij zagen op het vergrendelde
toegangsscherm de volgende berichten:
Afzender “ [naam 3] ”:
“En is het cali of Canadees?”
“ [.] hoe duur is halve ons cali?”
Afzender “ [naam 4] ”:
“Hey 250 g kali”
Het is ons ambtshalve bekend dat met cali en Canadees hasj wordt bedoeld.
Bij weging bleek de hoeveelheid hasj, inclusief verpakking, een totaalgewicht te hebben 1009,84 gram. [5]
Een proces-verbaal van bevindingen – onderzoek inbeslaggenomen telefoons verdachte
Naar aanleiding van de aanhouding van 17 november 2022 werden er twee mobiele telefoons die [verdachte] bij zich had inbeslaggenomen. Dit betroffen een Apple iPhone 6S en een Apple iPhone 12. [6]
Onderzoek iPhone 12
Ik zag dat er enkele honderden opgeslagen zoektermen waren en zag de volgende opvallende
zoektermen staan:
- [.] california wiet
- gods green crack, mac cali, biscotti (opm. verb: betreft soorten hasj/wiet)
- drugs via post versturen
- wordt post gecontroleerd
- drugs post nl [7]
Ik zag dat er 89 kladbloknotities waren opgeslagen.
Notitie 17-10-2022
brievenbus doos of pakket doos. product hash, weed, 3mmc Of thc vapes. 2x insealen.
peper over heen. Ducktapen. folie er over heen.
Ik zag dat er meer dan twintig (20) notities waren waarin kant-en-klare advertentieteksten waren opgemaakt. In al deze advertenties werden verdovende middelen aangeboden. In deze advertenties stonden uitgebreide beschrijvingen van de aangeboden zaken. Ook stonden er prijzen vermeld waarvoor dit alles gekocht kon worden en de wijze waarop contact kon worden gelegd. Ik zag dat bij diverse advertenties het Telegramaccount [accountnaam 3] stond. [8]
Ik zag dat er een notitie was waarin sprake leek te zijn van financiële administratie. Ik zag dat er op 19-04-2022 de volgende notitie was gemaakt:
Financieel
–€ 5.445 [.]
€ 28740
€ 30.690 [medeverdachte]
€ 5020 crypto
Hieruit valt op te maken dat [verdachte] waarschijnlijk over grote geldbedragen beschikt. Dit geld lijkt op verschillende manieren verspreid te zijn, namelijk zowel als cash geld als via crypto currencies, bankrekeningen en bij iemand met de naam [medeverdachte] . Bij [medeverdachte] zou ten tijde van het maken van deze notitie mogelijk 30.690 euro van een bepaalde geldsoort aanwezig zijn dan wel had hij dit bedrag tegoed.. Ambtshalve is mij, verbalisant, bekend dat [verdachte] veel contact heeft met [medeverdachte] . [9]
Een proces-verbaal van bevindingen – onderzoek activiteiten Telegramaccounts na aanhouding 17 november 2022
Op 17 november 2022 werden er twee telefoons van [verdachte] in beslag genomen. Bij onderzoek naar de inhoud van deze telefoons bleek dat [verdachte] een Telegramkanaal beheerde met de naam “ [naam 5] ”.
Nadat [verdachte] op 18 november 2022 weer in vrijheid was gesteld bleek dat er geen
nieuwe activiteiten meer waren geweest op het genoemde Telegram kanaal. Ik zag dat er op 22 november 2022 een nieuw kanaal was geopend met de naam “ [accountnaam 1] ”. Het
gebruikersaccount van de beheerder van dit kanaal betrof [accountnaam 2] .
Ik zag dat er door de beheerder van dit kanaal tientallen advertenties waren
geplaatst waarin verdovende middelen werden aangeboden. [10] Dit betrof softdrugs in de
vorm van hennep en hasj. Hierbij werden grotere hoeveelheden aangeboden waarbij ook
de afname van meer dan een kilo mogelijk was.
De teksten in deze advertenties hadden dezelfde lay-out en taalgebruik als in het kanaal “ [naam 5] ”.
Ik zag dat op één van de foto’s een blok hasj zichtbaar was. Ik zag dat er naast dit blok hasj een mes zichtbaar was. Ik herkende dit mes direct als een mes die ik op 17 november 2022 ook in de auto van [verdachte] had aangetroffen. Dit betrof een zeer opvallend mes met een wit handvat. Aangezien dit een zeer specifiek mes betrof en dit Telegramkanaal kort na de heenzending van [verdachte] was aangemaakt had ik het vermoeden dat hij de beheerder was.
Ik heb het kanaal “ [accountnaam 1] ” gemonitord. Ik zag dat er meerdere keren per week nieuwe advertenties werden geplaatst waarin allerlei soorten softdrugs (hennep als hasj) werden aangeboden. [11] Ik zag dat er in ieder advertentie sprake was van grotere hoeveelheden. Er werden prijzen genoemd voor afname van 100 gram tot meer dan een kilo.
In de periode januari 2023 tot augustus 2023 groeide het aantal leden van het Telegram kanaal van ruim honderd leden naar op dit moment ruim 1400 leden. Nog altijd is de beheerder van het kanaal, [accountnaam 2] , de enige die berichten plaatst en de verdovende middelen aanbiedt.
Ik zag dat er op 13 juli 2023 het volgende bericht was geplaatst door [accountnaam 2] :
Brothers, We Are Fully Crypto Ready. We Can Ship Everywhere. All amount are
available from 5 [.] - till amount you need.
Internationale verzendingen
Op 27 juli 2023 zag ik dat er een bericht was geplaatst waarin een screenshot van een
chatgesprek zichtbaar was. De tekst onder dit screenshot was “Denmark Touchdown”. Uit
het chatgesprek blijkt dat er een pakket is ontvangen. Er wordt door de ontvanger ook
een foto gedeeld van een postpakket.
Op 4 augustus 2023 werden twee screenshots geplaatst met daarbij de tekst “Touchdown
France” en “Germany Touchdown”. In het screenshot behorende bij “Touchdown France” was een foto zichtbaar waarop de ontvanger bevestigd verdovende middelen te hebben ontvangen. Op deze foto zijn drie grote zakken met henneptoppen en een 100 gram blok hasj zichtbaar.
Op 12 augustus 2023 werd een screenshot geplaatst met de tekst “France Touchdown”. In dit screenshot is een foto zichtbaar van een grote zak henneptoppen.
Op 12 augustus 2023 werd een screenshot geplaatst met de tekst “Touchdown Polen”
Op 18 augustus 2023 werd een screenshot geplaatst met de tekst “Oostenrijk”. In dit screenshot is een foto van een postpakket zichtbaar.
Op 18 augustus 2023 werd een screenshot geplaatst met de tekst “Denemerken”.
In dit screenshot bevestigd de ontvanger dat hij het postpakket heeft ontvangen. [12]
Uit bovenstaande blijkt dat door de persoon achter het account [accountnaam 2] naar diverse
Europese landen postpakketen met verdovende middelen worden verstuurd. [13]
Een proces verbaal van bevindingen – nader onderzoek naar Telegram kanaal [accountnaam 1]
Ik zag dat het kanaal [accountnaam 1] een open kanaal was waar enkel door de beheerder op kon worden gepost. [14]
Een proces-verbaal van bevindingen – onderzoek iPhone 6s en iPhone 12 van verdachte
Uit onderzoek bleek dat beide iPhones vol stonden met berichten die gingen over de handel in verdovende middelen. Hierbij bleek dat [verdachte] de aanbieder/verkopende partij was. De communicatie ging via de chatapplicaties WhatsApp, Snapchat en Telegram. Uit de telefoongegevens bleek tevens dat [verdachte] een Telegram kanaal in beheer had onder de naam “ [naam 5] ” en accountnaam “ [accountnaam 3] ”. [15]
Op 27 augustus 2023 werd er door de beheerder [accountnaam 2] een foto geplaatst van
henneptoppen die men te koop aanbood. Deze foto was voor een raam gemaakt. Aan de
hand van details op de achtergrond van deze foto is vastgesteld dat deze gemaakt moet
zijn in de woning van [verdachte] te [plaats 3] . [16]
Een proces-verbaal van bevindingen – vergelijking beelden verstuurd door [accountnaam 2] met de woning van verdachte
Tijdens de zoeking op 13 februari 2024 in de woning van verdachte te [plaats 3] vergeleek ik de aangetroffen video’s op genoemde telegram account, [accountnaam 1] , met de situatie ter plaatse.
Ik trof hier diverse overeenkomsten die ik vastlegde op bijgevoegde fotobladen.
Fotobladen
Foto 1: In de keukenkast werden een 5-tal snijplanken/borden aangetroffen
Foto 2: Een van de snijbakjes/borden. Soort gelijke bakjes werden op diverse video’s van het account gezien
Foto 3: Zoals de video [.] van 11 januari 2023
Foto 4: Vergelijk tussen de bak op de video en aangetroffen in de keuken. Hier zijn een aantal plekken in het hout te zien die overeenkomen qua vorm locatie en grote. Het licht waarmee de foto tijdens de zoeking is gemaakt is afwijkend van het licht ten tijde van de video, waardoor de kleur van de planken afwijkt.
Foto 5: Screenshot van video [.] van het Telegramaccount gemaakt op 10 september 2023
Foto 6: Zelfde soort schaar als op foto 5, aangetroffen in de woning
Foto 7: Gebruikte latex handschoenen in de vuilnisbak in de keuken. Zelfde soort als te zien op foto 5, en vele andere video’s en foto’s op het Telegram account
Foto 8: Latex handschoenen door geopend op het aanrecht
Foto 9: Inhoud van de door afgebeeld op foto 8. In de keukenkast werd tevens nog eenzelfde soort doos latex handschoenen aangetroffen, welke nog dicht zat.
Foto 10: Snijplank met mes in beeld. Mes lijkt op aantroffen mes op foto 5. Tevens is in beeld een stuk muur (onderzijde foto) en plint en tevens weer een snijbakje. Afkomstig uit video [.] van 9 januari 2023.
Foto 11: In de keuken werd eenzelfde soort plint en muurkleur aangetroffen als op foto 10.
Foto 12: Meer van boven gefotografeerde plint met kitrand, ook te zien op foto 10.
Foto 13: Snijplank, witte tafel en in de linkerbovenhoek is een rond zwart element te zien.
Foto 14: Zelfde soort snijplank ( [.] ) aangetroffen in de eerdergenoemde keukenkast.
Foto 15: In de slaapkamer van verdachte stond een witte tafel en een ronde zwarte prullenbak wat overeenkwam met de foto 13.
Gelet op bovenstaande heb ik de overtuiging dat de video’s aangetroffen op het Telegramaccount [accountnaam 1] zijn gemaakt in de woning van verdachte [verdachte] . [17]
Een proces-verbaal van bevindingen – aantreffen hennep en hasj bij DHL depot
Op 6 november 2023 kwamen wij ter plaatse op een depot van de DHL in [plaats 2] .
Ter plaatse werden wij aangesproken door de bedrijfsleider. Hij vertelde ons dat zij een henneplucht roken en dat zij de dozen hadden geopend. Hij zag dat er meerdere zakken hennep in zaten. Wij zagen op de etiketten dat beide dozen bestemd waren verschillende bestemmingen:
Doos 1 met daarin 3 verpakkingen hennep bestemd voor: Poland.
Doos 2 met daarin 3 verpakkingen hennep en 1 verpakking hasj (4 blokken) bestemd voor: Poland.
Wij zagen op de etiketten van beide dozen dat deze verzonden waren door: [naam 2] . [18]
Een proces-verbaal van bevindingen – overzicht van verstuurde pakketten
Bij DHL werden onderstaande verzendingen verricht.
Bankrekeningnummer: [rekeningnummer] .
Tenaamgestelde: [verdachte] .
Periode: 16 mei 2023 tot en met 6 november 2023.
Verstuurde pakketten: 73 pakketten.
Gewicht: 50.500 gram.
Alle verzendingen gingen naar het buitenland.
Uit bij ING bank gevorderde historische gegevens op dat bankrekeningnummer bleek ook dat er 73 orders waren geplaatst bij DHL.
Bijbehorende verzendgegevens: [naam 2] @ [.] . [.] .
Adressen: [adres 2] te [plaats 4] en [adres 3] [plaats 5] .
[adres 2] is te koppelen aan het email adres: [medeverdachte] @ [.] . [.] .
Uit bij ING gevorderde historische gegevens, behorend bij het bankrekeningnummer [rekeningnummer] , tenaamgestelde [verdachte] bleek: vier transacties naar PostNL.
Na vordering bij Post NL bleek dat gebruik werd gemaakt van verzendgegevens:
[naam 6] en [naam 6] @ [.] . [.] . Middels gebruik van deze verzendgegevens in combinatie met het bankrekeningnummer [rekeningnummer] , werden onderstaande pakketten verstuurd:
Periode: 7 januari 2023 tot en met 7 januari 2024
Verstuurde pakketten: 65 pakketten
Gewicht: 87.370 gram
Op een (1) verzending na, gingen alle verzendingen naar het buitenland.
Ter actualisatie werden vervolgens meer historische gegevens gevorderd bij PostNL:
Periode: 8 januari 2024 tot en met 19 januari 2024
Verstuurde pakketten: 21 pakketten
Gewicht: 49.735 gram
Alle verzendingen gingen naar het buitenland. [19]
Een proces-verbaal van bevindingen – onderzoek iPhone 14 Pro van verdachte
Verdachte [verdachte] werd op 13 februari 2024 aangehouden voor de handel in verdovende middelen. Bij de doorzoeking van de woning van verdachte [verdachte] werd een iPhone 14 Pro in beslag genomen. [20]
Tijdens het onderzoek in de map chats zag ik een WhatsAppgesprek tussen de volgende
deelnemers:
  • [deelnemer 1] ;
  • [deelnemer 2] (owner).
[deelnemer 1] [.] 17-10-2023 15:34:29 uur
[deelnemer 2] [.] [naam 1] 17-10-2023 15:34:35 uur [21]
Een proces-verbaal van bevindingen – onderzoek iPhone 14 van verdachte
Verdachte [verdachte] werd op 13 februari 2024 aangehouden voor de handel in verdovende middelen. Bij de doorzoeking van de woning van verdachte [verdachte] werd een iPhone 14 Pro in beslag genomen. [22]
Telegram connectie
Ik zag dat het “owner” account, dus het gekoppelde account van Telegram aan het uitgelezen toestel was [naam 1] met accountnaam [accountnaam 2] . Ik zag dat het kanaal [accountnaam 1] kennelijk gekoppeld was aan het kanaal [accountnaam 1] . Ik zag dat hier vanaf 14 januari 2024 berichten op werden geplaatst.
Door het aantreffen van dit [accountnaam 2] account op het toestel in combinatie met het kanaal [accountnaam 1] is het aannemelijk dat dit altijd bij dezelfde persoon in beheer is geweest.
Op de telefoon werd een video aangetroffen van de dag voor de inbeslagname, 12 februari 2024 om 23.49 uur, die als laatste op het Telegramaccount werd gepost. De doos die hierop werd gefilmd werd aangetroffen in de woonkamer van verdachte [verdachte] tijdens de doorzoeking.
Ik zocht in de telefoon naar het voor ons bekende telefoonnummer van de verdachte [medeverdachte] , namelijk [telefoonnummer] . Dit deed ik om de samenwerking aan te tonen tussen de verdachte [verdachte] en de verdachte [medeverdachte] .
Daaruit bleek het volgende:
- Telefoongesprekken op dagelijkse basis vanaf januari;
- Whatsappgesprek in februari tussen beide verdachten, waarbij: verdachte [verdachte] tegen verdachte [medeverdachte] zegt: “Kan je floes meenemen?” “Floes” betekent in het Arabisch geld. [23]
Een proces-verbaal van bevindingen – nader onderzoek iPhone 14 van verdachte
Telegram: Gesprek met “ [naam 7] ” van 28 augustus 2023 tot en met 12 februari 2024.
In dit gesprek zag ik dat er door “ [naam 1] ” advertenties werden gedeeld met allerlei verschillende benamingen van verdovende middelen als bedoeld in lijst II van de Opiumwet, waarna er door “ [naam 7] ” meerdere bestellingen werden gedaan. Ik zag dat er prijzen werden besproken. Vervolgens zag ik dat er afspraken werden gemaakt over het leveren van de bestellingen en daarna zag ik dat de ontvangst werd bevestigd. [24]
Ik zag dat “ [naam 1] ” meerdere malen aangaf dat er iemand anders kwam bezorgen. Verder zag ik dat hij ook verwees naar “@ [naam 11] ” die de koper verder zou helpen. [25]
Telegram: Gesprek met “ [naam 8] ” van 4 december2023 tot en met 12 februari 2024.
In dit gesprek zag ik dat er door “ [naam 1] ” advertenties werden gedeeld met allerlei verschillende benamingen van verdovende middelen als bedoeld in lijst I en lijst Il van de Opiumwet, waarna er door “ [naam 8] ” meerdere bestellingen werden geplaatst welke werden verzonden naar Polen.
Ik zag dat “ [naam 8] ” meerdere malen namen en adressen deelde met “ [naam 1] ” welke ik herkende. Ik zag namelijk dat deze gegevens voorkwamen als ontvangers van pakketten in de door DHL en PostNL verstrekte verzendingen die gekoppeld waren aan het emailadres “ [naam 6] @ [.] . [.] ”.
Ik zag dat “ [naam 8] ” onder andere cocaïne bestelde. Ik zag dat de gehele bestelling naar Polen moest worden verzonden. Vervolgens zag ik dat, nadat de bestelling ontvangen was door “ [naam 8] ”, hij zijn tevredenheid uitte over de kwaliteit van de cocaïne. Ik zag dat hij vervolgens vroeg naar de prijs van 1 kilo cocaïne, waarna ik zag dat “ [naam 1] ” vertelde dat het €25.000,- bedroeg. [26]
Telegram: Gesprek met “ [naam 8] ” [27]
[naam 8]
I need hard drugs
31-1-2024 00:12:43
[naam 8]
300g Cocaine
31-1-2024 00:14:11
[naam 1]
Oke bro i fix
31-1-2024 00:16:04
[naam 1]
I text guy
31-1-2024 14:41:14
[naam 1]
[.]
31-1-2024 19:47:07
[naam 1]
Pay me today ship tommorow 1 [.]
31-1-2024 19:47:17
[naam 8]
1 kg coco
Price?
12-2-2024
11:41:28
[naam 8]
Top top coco
12-2-2024
11:42:10
[naam 8]
10/10
12-2-2024
11:42:13
[naam 1]
1kg coco
12-2-2024
19:45:40
€25.000
12-2-2024
19:45:48
Een proces-verbaal van bevindingen – aantreffen van verdachte en medeverdachte [medeverdachte] na een deal
Op 30 september 2023 werd verdachte [naam 9] aangehouden te [plaats 2] . In het voertuig waarin [naam 9] reed werden meerdere afgesloten sealbags vol met henneptoppen van in totaal 250 gram henneptoppen aangetroffen.
Na de aanhouding werd gezien dat er enkele berichten binnenkwamen op een telefoon van [naam 9] . Deze berichten waren verstuurd via de chatapplicatie Telegram. De afzender was [accountnaam 1] .
Ik zag dat op een van deze telefoons een chatgesprek stond tussen [naam 9] en de persoon achter het Telegram kanaal [accountnaam 1] , accountnaam [accountnaam 2] .
Dit gesprek was gestart op 29-09-2023 door [naam 9] , gebruikmakend van accountnaam " [accountnaam 4] ". [28]
Chat gesprek met [accountnaam 1] [29] [accountnaam 4] : Wou paar onsjes stardawg bij hem halen maar hij heeft druk hij zei ik moet jou berichten
[accountnaam 4] : Kan je me helpen?
[naam 1] : hoeveel onsjes zoek je?
[accountnaam 4] : 2-3
[naam 1] : 2 [.] 1150 euro 3 op 1650 euro
[naam 1] : 250 - 1400 euro
[naam 1] : kan halve k 2600 euro doen voor je
[accountnaam 4] : 150 bagga en 100 bagga
Het gesprek gaat verder op 30-09-2023. [30] [naam 1] : [plaats 2] [.]
30-09-2023 [accountnaam 4] : Ik ben er
30-09-2023 [naam 1] : stap bij me in
30-09-2023 [naam 1] : station wit
30-09-2023 [accountnaam 4] : ben je met 2 man
30-09-2023 [naam 1] : ja mattie van me
In het voertuig van [naam 9] lag in totaal 250 gram henneptoppen. Dit komt overeen met het bericht “150 bagga en 100 bagga” wat staat voor een zak met 150 gram en een zak met 100 gram.
[naam 1] geeft in een bericht aan dat hij in een witte stationwagen rijdt. Ambtshalve is bekend dat [verdachte] van een witte Volkswagen Golf station gebruik maakt.
Kort na de aanhouding van [naam 9] is gezien dat [verdachte] in de witte Volkswagen Golf, over de genoemde parkeerplaats reed. Hierbij zat [medeverdachte] als bijrijder in de auto. Hieruit valt op te maken dat [medeverdachte] vermoedelijk degene was die bij [verdachte] in de auto zat tijdens de overdracht met [naam 9] . Hier werd over gesproken in bovenstaande berichten waarin [accountnaam 4] vraagt of ze met twee man zijn. [31]
De hiervoor weergegeven bewijsmiddelen worden steeds gebruikt tot het bewijs van het feit of de feiten, waarop zij blijkens hun inhoud uitdrukkelijk betrekking hebben. Sommige onderdelen van de bewijsmiddelen hebben niet betrekking op alle feiten, maar op één of meerdere feiten.
Bewijsoverwegingen
Verdachte is beheerder en gebruiker van het kanaal en account [naam 1]
Uit de bewijsmiddelen volgt dat vanaf 22 november 2022 via het Telegramkanaal [accountnaam 1] , waarbij het gebruikersaccount van de beheerder van dit kanaal [accountnaam 2] betrof, grote hoeveelheden hennep en hasj werden aangeboden. Het gebruikersaccount [accountnaam 2] heeft zich voortdurend bezig gehouden met het aanbieden van én het (onder)handelen in grote hoeveelheden soft- en harddrugs op het kanaal van [accountnaam 1] waarbij [accountnaam 2] als enige berichten heeft geplaatst op dit kanaal. Verdachte heeft verklaard dat hij weliswaar gebruiker was van [accountnaam 2] , maar niet de beheerder en ook geen leidende rol had in de organisatie van de handel via [accountnaam 1] . De raadsvrouw heeft bepleit dat meerdere mensen gebruik kunnen maken van één Telegramaccount en dat verdachte slechts een van de gebruikers was van [accountnaam 2] . De rechtbank ziet dit anders. Uit niets is gebleken dat iemand anders dan verdachte [accountnaam 2] gebruikte en dat is ook niet aannemelijk. Op de privételefoon van verdachte, de iPhone 12, is drugsgerelateerde informatie aangetroffen, waaronder notities over verschillende soorten wiet en hasj, over het versturen van softdrugs per post en twintig kant-en-klare advertentieteksten waarin verdovende middelen werden aangeboden waarbij het Telegramaccount [accountnaam 3] stond. Daarbij valt op dat na de aanhouding van verdachte op 17 november 2022 er geen activiteiten meer plaatsvinden op het Telegramkanaal [naam 5] met gebruikersaccount [accountnaam 3] en dat vanaf 22 november 2022 het kanaal [accountnaam 1] ontstond, waarbij de advertenties dezelfde lay-out en taalgebruik hadden als de advertenties van [naam 5] en beide gebruikers “ [....] ” in hun accountnaam gebruikten en verdachte ook een eigen geregistreerd bedrijf had met de naam “ [naam 10] ”. Op een andere telefoon van verdachte, de iPhone 14 Pro, is een Whatsappgesprek aangetroffen waarin verdachte aangeeft dat hij [naam 1] is. Uit het dossier blijkt bovendien dat het kanaal [accountnaam 1] een open kanaal was waar enkel door de beheerder op kon worden gepost. De rechtbank concludeert daarom dat verdachte in de ten laste gelegde periode de enige beheerder/gebruiker van [accountnaam 2] is geweest.
Omdat verdachte de gehele ten laste gelegde periode de beheerder en gebruiker van [naam 1] is geweest, heeft hij ook een leidende rol gehad in het versturen van 159 pakketten naar het buitenland en heeft hij de gesprekken met [naam 8] over harddrugs gevoerd en vervolgens cocaïne verzonden, waar [naam 8] erg tevreden over was. Daarom is ook bewezen dat verdachte omstreeks 12 februari 2024 cocaïne heeft verstuurd naar het buitenland. Verdachte zal worden vrijgesproken van de andere ten laste gelegde harddrugs, omdat niet wettig en overtuigend kan worden bewezen dat deze harddrugs ook is verstuurd per post.
Beroepsmatig handelen in hennep en hasj
De rechtbank acht, anders dan de officier van justitie en de raadsvrouw, ook bewezen dat verdachte de handel in hennep en hasj in de uitoefening van een beroep heeft verricht. Gelet op hetgeen hiervoor is overwogen en de lange duur waarin de handel heeft plaatsgevonden, de verschillende personen met wie in dit verband contact is gehouden, er verschillende mensen werden ingeschakeld om de softdrugs af te leveren, het inkopen van grote hoeveelheden hennep en hasj door verdachte, het grootschalig aanpakken met uitgebreide advertenties op Telegram, de grote geldbedragen die ermee gemoeid zijn en het feit dat verdachte nauwelijks andere inkomsten had in deze periode maakt dat er sprake is van beroepsmatig handelen.
Medeplegen
De rechtbank acht ook bewezen dat verdachte samen met een ander in de periode van 30 september 2023 tot en met 13 februari 2024 heeft gehandeld in hennep en hasj en softdrugs heeft uitgevoerd naar het buitenland. Uit het dossier blijkt de samenwerking tussen verdachte en medeverdachte [medeverdachte] en tussen verdachte en anderen. Verdachte en medeverdachte [medeverdachte] hebben veelvuldig telefonisch contact met elkaar. Uit verschillende tapgesprekken blijkt dat zij het hebben over softdrugs en geld. Zo moet verdachte een lijst met een bepaalde soort cannabis sturen naar medeverdachte [medeverdachte] en vraagt verdachte of medeverdachte [medeverdachte] twee ruggen (de rechtbank leest: 2000 euro) voor hem heeft omdat hij onderweg is maar geen geld bij zich heeft. [32] In een ander gesprek laat medeverdachte [medeverdachte] weten aan verdachte en een derde persoon dat een afnemer drie kilo hasj wil waarna verdachte vraagt uit welk land deze afnemer komt. [33] Ook blijkt de nauwe en bewuste samenwerking tussen verdachte en medeverdachte uit de notitie waarin een groot geldbedrag van ruim 30.000,- mogelijk bij medeverdachte [medeverdachte] is dan wel dat hij dit bedrag tegoed heeft en verdachte samen met medeverdachte [medeverdachte] is gezien in de auto kort na een deal die had plaatsgevonden via [naam 1] op 30 september 2023. De rechtbank neemt daarbij ook in aanmerking dat verdachte en medeverdachte [medeverdachte] in auto’s reden met verborgen ruimten waarin een grote hoeveelheid cash geld is aangetroffen, sealbags met henneptoppen en meer dan 1,5 kilo hasj. Ook het versturen van pakketten naar het buitenland heeft verdachte samen met anderen gedaan. Uit het dossier blijkt dat verdachte verschillende mensen heeft aangestuurd om pakketten te verzenden of af te leveren bij drop-off punten en gebruikte hij het adres van medeverdachte [medeverdachte] als afzenderadres. [34]
Conclusie
Gelet op de voorgaande bewijsoverwegingen en met verwijzing naar de hiervoor uitgewerkte bewijsmiddelen, acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat verdachte zich:
  • in de periode van 17 november 2022 tot en met 29 september 2023 in [plaats 2] en [plaats 3] schuldig heeft gemaakt aan het buiten het grondgebied van Nederland brengen van grote hoeveelheden hennep en hasj en in de uitoefening van een beroep grote hoeveelheden hennep en hasj heeft bewerkt, verwerkt, verkocht, afgeleverd, verstrekt, vervoerd en opzettelijk aanwezig heeft gehad (zoals ten laste gelegd onder feit 3);
  • in de periode van 30 september 2023 tot en met 13 februari 2024 in [plaats 2] en [plaats 3] samen met anderen schuldig heeft gemaakt aan het buiten het grondgebied van Nederland brengen van grote hoeveelheden hennep en hasj en in de uitoefening van een beroep grote hoeveelheden hennep en hasj heeft bewerkt, verwerkt, verkocht, afgeleverd, verstrekt, vervoerd en opzettelijk aanwezig heeft gehad (zoals ten laste gelegd onder feit 1);
  • omstreeks 12 februari 2024 in Nederland schuldig heeft gemaakt aan het buiten het grondgebied van Nederland brengen en verkopen van een hoeveelheid cocaïne (zoals ten laste gelegd onder feit 4).
-
Ten aanzien van feit 2
Verdachte heeft het onder feit 2 ten laste gelegde bekend. De raadsvrouw heeft geen vrijspraak voor dit feit bepleit. De rechtbank volstaat onder deze omstandigheden met een opsomming van de volgende bewijsmiddelen [35] :
  • de bekennende verklaring van verdachte ter terechtzitting van 18 december 2024;
  • een proces-verbaal van doorzoeking ter inbeslagneming, pag. 75;
  • een proces-verbaal van bevindingen, pag. 1930;
  • een proces-verbaal van bevindingen, pag. 259.

5.BEWEZENVERKLARING

Als gevolg van een kennelijke vergissing staat in de tenlastelegging onder feit 2 “kenteken [kenteken 2] ” in plaats van “kenteken [kenteken 1] ”. De rechtbank herstelt deze vergissing. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte:
feit 1
meermalen, in de periode van 30 september 2023 tot en met 13 februari 2024 te [plaats 2] en [plaats 3] , tezamen en in vereniging met een of meer anderen opzettelijk buiten het grondgebied van Nederland heeft gebracht en/of telkens in de uitoefening van een beroep, heeft bewerkt en verwerkt en verkocht en afgeleverd en verstrekt en vervoerd en opzettelijk aanwezig heeft gehad grote hoeveelheden hennep, in elk geval een hoeveelheid van meer dan 30 gram van een materiaal bevattende hennep en grote hoeveelheden hasjiesj, in elk geval een hoeveelheid van een gebruikelijk vast mengsel van hennephars en plantaardige elementen van hennep (hasjiesj). waaraan geen andere substanties zijn toegevoegd, zijnde hennep en/of hasjiesj, (telkens) een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst II;
feit 2op of omstreeks 13 februari 2024 te [plaats 3] , van voorwerp(en), te weten geldbedragen ter hoogte van in totaal (ongeveer) 23.140,30 euro (aangetroffen in voertuig Skoda met kenteken [kenteken 1] ) en/of 4 169.07 euro (aangetroffen in de woning gelegen aan de [adres 4] , en/of een of meer cryptovaluta, de herkomst heeft verborgen en verhuld terwijl hij wist dat bovenomschreven voornoemde - onmiddellijk of middellijk - afkomstig waren uit enig (al dan niet eigen) misdrijf
en (telkens) één of meer voorwerp(en), te weten geldbedragen ter hoogte van in totaal (ongeveer) 23.140,30 euro (aangetroffen in voertuig Skoda met kenteken [kenteken 1] ) en/of 4 169.07 euro (aangetroffen in de woning gelegen aan de [adres 4] , en een of meer cryptovaluta, voorhanden heeft gehad, terwijl hij wist dat bovenomschreven voorwerp(en) - onmiddellijk of middellijk – afkomstig was/waren uit enig (al dan niet eigen) misdrijf;
feit 3
meermalen, in de periode van 17 november 2022 tot en met 29 september 2023 te [plaats 2] en [plaats 3] , buiten het grondgebied van Nederland heeft gebracht en/of (telkens) in de uitoefening van een beroep, heeft bewerkt en verwerkt en verkocht en afgeleverd en verstrekt en vervoerd en opzettelijk aanwezig heeft gehad grote hoeveelheden hennep, in elk geval een hoeveelheid van meer dan 30 gram van een materiaal bevattende hennep en/of een of meer grote hoeveelheden hasjiesj in elk geval een hoeveelheid van een gebruikelijk vast mengsel van hennephars en plantaardige elementen van hennep (hasjiesj), waaraan geen andere substanties zijn toegevoegd, zijnde hennep en/of hasjiesj, (telkens) een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst II;
feit 4
omstreeks 12 februari 2024 in Nederland, opzettelijk buiten het grondgebied van Nederland heeft gebracht en verkocht, een hoeveelheid cocaïne een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I.
Voor zover in het bewezen verklaarde deel van de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. Verdachte wordt hiervan vrijgesproken.

6.STRAFBAARHEID VAN DE FEITEN

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezen verklaarde uitsluit, zodat dit strafbaar is.
Het bewezen verklaarde levert volgens de wet de volgende strafbare feiten op:
feit 1: medeplegen van het opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 3 onder A van de Opiumwet gegeven verbod, terwijl het feit betrekking heeft op een grote hoeveelheid van het middel, meermalen gepleegd
en
medeplegen van het in de uitoefening van een beroep opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 3 onder B van de Opiumwet gegeven verbod, meermalen gepleegd
en
opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 3 onder C van de Opiumwet gegeven verbod, terwijl het feit betrekking heeft op een grote hoeveelheid van het middel, meermalen gepleegd;
feit 2: witwassen;
feit 3: opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 3 onder A van de Opiumwet gegeven verbod, terwijl het feit betrekking heeft op een grote hoeveelheid van het middel meermalen gepleegd, meermalen gepleegd;
en
in de uitoefening van een beroep opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 3 onder B van de Opiumwet gegeven verbod, meermalen gepleegd
en
opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 3 onder C van de Opiumwet gegeven verbod, terwijl het feit betrekking heeft op een grote hoeveelheid van het middel, meermalen gepleegd;
feit 4: opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder A van de Opiumwet gegeven verbod
en
opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder B van de Opiumwet gegeven verbod.

7.STRAFBAARHEID VAN VERDACHTE

Er is geen omstandigheid gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. Verdachte is dan ook strafbaar.

8.OPLEGGING VAN STRAF

8.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie vordert verdachte ter zake van het door de officier van justitie bewezen geachte te veroordelen tot een gevangenisstraf van 36 maanden, met aftrek van het voorarrest.
8.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw komt tot drie (deels) bewezen verklaarde feiten en acht een gevangenisstraf die gelijk is aan de duur van het voorarrest passend. Indien gewenst of noodzakelijk geacht, verzoekt zij om een deels voorwaardelijke taakstraf op te leggen met de geadviseerde bijzondere voorwaarden met een proeftijd van 2 jaren. Zij voert verder aan dat het een verkeerde indruk is dat verdachte een berekenende jongeman is die om die reden heeft gezwegen tot aan de inhoudelijke behandeling.
8.3
Het oordeel van de rechtbank
Bij het bepalen van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de ernst van het bewezen verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte, zoals ter terechtzitting is gebleken.
Ernst van de feiten
Verdachte heeft zich in een periode van ongeveer 15 maanden (samen met anderen) schuldig gemaakt aan de handel in grote hoeveelheden hennep en hasj en het uitvoeren van deze softdrugs naar het buitenland. Ook heeft verdachte één keer cocaïne verkocht en verstuurd naar het buitenland. Verdachte is door zich schuldig te maken aan deze feiten mede verantwoordelijk voor de nadelige effecten die door het gebruik van verdovende middelen worden veroorzaakt. Daarbij is van belang dat hard- en softdrugs schadelijk zijn voor de (volks)gezondheid en dat de handel in drugs schade en overlast voor de samenleving veroorzaakt. Verdachte heeft daarbij met zijn handelwijze bijgedragen aan de instandhouding van het illegale drugscircuit. Algemeen bekend is dat de handel in drugs gepaard gaat met (zware) criminaliteit en ondermijning van de samenleving. Hij heeft daarbij enkel oog gehad voor zijn eigen financiële gewin. Dit rekent de rechtbank verdachte zwaar aan. Zoals hiervoor al is overwogen, gaat de rechtbank ervan uit dat de verdachte een leidende rol had.
Daarnaast heeft verdachte een geldbedrag van ruim € 27.000,- witgewassen. Witwassen draagt bij aan de instandhouding van criminaliteit. Het leidt ertoe dat uit misdrijf verkregen geld een schijnbaar legale herkomst krijgt, waarna het geld vrijelijk in de legale economie kan worden uitgegeven. Door witwassen wordt de integriteit van het financiële en economische verkeer aangetast en verdachte heeft daaraan een bijdrage geleverd.
Persoon van verdachte
De rechtbank heeft ten aanzien van de persoon van verdachte kennisgenomen van:
  • zijn strafblad van 14 november 2024;
  • een voortgangsrapport van [organisatie 1] van 4 december 2024, opgemaakt door [naam 12] , reclasseringsmedewerker;
  • een reclasseringsrapport van [organisatie 2] van 30 april 2024, opgemaakt door [naam 13] , reclasseringsmedewerker.
Uit het strafblad van verdachte blijkt dat verdachte eerder is veroordeeld voor een opiumdelict.
Uit de rapportages blijkt dat het volwassenenstrafrecht wordt geadviseerd. De reclassering merkt op dat verdachte zijn schorsingsvoorwaarden goed naleeft en op de wachtlijst staat voor behandeling bij [organisatie 3] . Echter is de houding van verdachte gesloten waardoor het lastig is om zicht te krijgen op de leefgebieden en op de stappen die hij maakt binnen het verkrijgen van vaste dagbesteding. De reclassering merkt op dat vanuit reclasseringsperspectief een gevangenisstraf geen meerwaarde heeft in het voorkomen van recidive, of mogelijk verhogend kan werken vanuit de (negatieve) contacten die verdachte hierin opdoet.
Op te leggen straf
De ernst van de bewezen verklaarde feiten en de omstandigheden waaronder deze hebben plaatsgevonden rechtvaardigen zonder meer de oplegging van een gevangenisstraf. Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan ernstige strafbare feiten en is zelfs doorgegaan met het plegen van deze strafbare feiten nadat hij twee keer is aangehouden.
De rechtbank acht de door de raadsvrouw verzochte straf niet passend, omdat daarmee onvoldoende rekening wordt gehouden met de aard en de ernst van de bewezen verklaarde feiten. De rechtbank ziet in de nog relatief jonge leeftijd en het gevaar op herhaling aanleiding om de straf deels voorwaardelijk op te leggen als stok achter de deur. De rechtbank ziet geen reden om daarbij bijzondere voorwaarden op te leggen. De eerder als voorwaarde bij de schorsing van voorlopige hechtenis opgelegde behandeling is nog niet gestart en verdachte heeft gezegd dat hij zelf op zoek kan naar passende therapie voor problemen waar hij tegenaan loopt. De rechtbank onderschrijft dat laatste. Gelet op vergelijkbare zaken, de aard en ernst van de feiten, de samenloop van de feiten en de nog relatief jonge leeftijd van verdachte, acht de rechtbank een gevangenisstraf van achttien maanden, waarvan zes maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren passend en geboden. Dat betekent dat verdachte (na aftrek van het voorarrest) nog ruim zes maanden terug zal moeten naar de gevangenis.
Tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat de verdachte in aanmerking komt voor deelname aan een penitentiair programma, als bedoeld in artikel 4 Penitentiaire beginselenwet.

9.TOEPASSELIJKE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN

De beslissing berust op de artikelen
  • 14a, 14b, 14c, 47, 57, 63 en 420bis van het Wetboek van Strafrecht en
  • 2, 3, 10 en11 van de Opiumwet;
zoals deze artikelen luidden ten tijde van het bewezen verklaarde.

10.BESLISSING

De rechtbank:
Bewezenverklaring
- verklaart het onder feit 1, feit 2, feit 3 en feit 4 ten laste gelegde bewezen zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld;
- verklaart het meer of anders ten laste gelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij;
Strafbaarheid
- verklaart het onder feit 1, feit 2, feit 3 en feit 4 bewezen verklaarde strafbaar en kwalificeert dit zoals hiervoor in rubriek 6 is vermeld;
- verklaart verdachte strafbaar;
Oplegging straf
- veroordeelt verdachte tot
een gevangenisstraf van achttien (18) maanden;
- bepaalt dat de tijd, door verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
- bepaalt dat van de gevangenisstraf
een gedeelte van zes (6) maanden, niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders gelast op grond van het feit dat verdachte de hierna te melden algemene voorwaarde niet heeft nageleefd;
- stelt daarbij
een proeftijd van twee (2) jarenvast;
- als algemene voorwaarde geldt dat veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.J. Reitsma, voorzitter, mr. L.E. Verschoor-Bergsma en mr. O. Böhmer, rechters, in tegenwoordigheid van mr. N.S. Stekkel, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 17 januari 2025.
Mr. O. Böhmer is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage: de tenlastelegging
Aan verdachte wordt ten laste gelegd dat:
16/298854-23
1
hij, meermalen, althans eenmaal, in of omstreeks de periode van 30 september 2023 tot en met 13 februari 2024 te [plaats 2] en/of [plaats 3] en/of Nieuwegein, althans in Nederland, tezamen en in vereniging niet een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk buiten het grondgebied van Nederland heeft gebracht en/of (telkens) in de uitoefening van een beroep of bedrijf, heeft bewerkt en/of verwerkt en/of verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd en/of opzettelijk aanwezig heeft gehad een of meer grote hoeveelheden hennep, in elk geval een hoeveelheid van meer dan 30 gram van een materiaal bevattende hennep en/of
een of meer grote hoeveelheden hasjiesj, in elk geval een hoeveelheid
van een gebruikelijk vast mengsel van hennephars en plantaardige elementen van hennep (hasjiesj). waaraan geen andere substanties zijn toegevoegd, zijnde hennep en/of hasjiesj, (telkens) een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst II, dan wel aangewezen krachtens artikel 3a, vijfde lid van die wet;
2
hij op of omstreeks 13 februari 2024 te [plaats 3] , althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, van één of meer voorwerp(en), te weten één of meer geldbedragen ter hoogte van in totaal (ongeveer) 23.140,30 euro (aangetroffen in voertuig Skoda met kenteken [kenteken 2] ) en/of 4 169.07 euro (aangetroffen in de woning gelegen aan de [adres 4] , althans enig geldbedrag en/of een of meer cryptovaluta (telkens) de werkelijke aard de herkomst, de vindplaats, de vervreemding en/of de verplaatsing heeft verborgen en/of verhuld dan wel heeft verborgen en/of verhuld wie de rechthebbende op die/dat voorwerp(en) te weten voornoemd(e) geldbedrag(en) en/of cryptovaluta, was/waren of wie bovenomschreven voorwerp(en), te weten voornoemd(e) geldbedrag(en) en/of cryptovaluta, voorhanden had terwijl hij/zij wist(en), althans redelijkerwijs had(den) moeten vermoeden, dat bovenomschreven voornoemd(e)- onmiddellijk of middellijk - afkomstig was/waren uit enig (al dan niet eigen misdrijf)
en/of
(telkens) één of meer voorwerp(en), te weten een of meer geldbedragen ter hoogte van in totaal (ongeveer) 23.140,30 euro (aangetroffen in voertuig Skoda met kenteken [kenteken 2] ) en/of 4 169.07 euro (aangetroffen in de woning gelegen aan de [adres 4] , althans enig geldbedrag en/of een of meer cryptovaluta heeft verworven, voorhanden heeft gehad, heeft overgedragen en/of omgezet, althans van ven voorwerp, te weten voornoemd(e) geldbedrag(en) en/of cryptovaluta, gebruik heeft gemaakt terwijl hij/zij wist(en), althans redelijkerwijs had(den) moeten vermoeden dat bovenomschreven voorwerp(en) - onmiddellijk of middellijk – afkomstig was/waren uit enig (al dan niet eigen) misdrijf;
3
hij, meermalen, althans eenmaal, in of omstreeks de periode van 17 november 2022 tot en met 29 september 2023 te [plaats 2] en/of [plaats 3] , en/of Nieuwegein althans in Nederland tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, buiten het grondgebied van Nederland heeft gebracht en/of (telkens) inde uitoefening van een beroep of bedrijf, heeft bewerkt en/of verwerkt en/of verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd en/of opzettelijk aanwezig heeft gehad een of meer grote hoeveelheden hennep, in elk geval een hoeveelheid van meer dan 30 gram van een materiaal bevattende hennep en/of een of meer grote hoeveelheden hasjiesj in elk geval een hoeveelheid van een gebruikelijk vast mengsel van hennephars en plantaardige elementen van hennep (hasjiesj), waaraan geen andere substanties zijn toegevoegd, zijnde hennep en/of hasjiesj, (telkens) een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst II. dan wel aangewezen krachtens artikel 3a. vijfde lid van die wet;
16/219527-24
hij, meermalen, althans eenmaal, in of omstreeks de periode van 12 januari 2024 tot en met 12 februari 2024 te [plaats 2] en/of [plaats 3] , althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, (telkens) opzettelijk buiten het grondgebied van Nederland heeft gebracht en/of
heeft bewerkt en/of verwerkt en/of verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd en/of opzettelijk aanwezig heeft gehad, een of meer (grote) hoeveelhe(i)d(en) van een materiaal bevattende cocaïne en/of 2C-B en/of 3,4-methyleendioxymethamfetamine (XTC) en/of MDMA, althans een hoeveelheid, cocaïne en/of 2CB en/of 3,4-methyleendioxymethamfetamine (XTC) en/of MDMA, zijnde cocaïne en/of 2C-B en/of 3,4-methyleendioxymethamfetamine (XTC) en/of MDMA (telkens) een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet.

Voetnoten

1.Wanneer hierna wordt verwezen naar paginanummers betreft dit pagina’s van op ambtseed of ambtsbelofte opgemaakte processen-verbaal. Deze processen-verbaal zijn als bijlagen opgenomen bij het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van 22 juli 2024, genummerd PL0900-2023027155 (ook wel 2023027155A, 2023027155B, 2023027155C en 2023027155D), opgemaakt door politie Eenheid Midden-Nederland, doorgenummerd 1 tot en met 1946. Tenzij anders vermeld, zijn dit processen-verbaal in de wettelijke vorm opgemaakt door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren. De bewijsmiddelen zijn zakelijk weergegeven.
2.De verklaring van verdachte ter terechtzitting van 18 december 2024.
3.Een proces-verbaal van bevindingen, pag. 5, van het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van 16 maart 2024, genummerd PL0900-2022343188 doorgenummerd 1 tot en met 93.
4.Een proces-verbaal van bevindingen, pag. 6, van het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van 16 maart 2024, genummerd PL0900-2022343188 doorgenummerd 1 tot en met 93.
5.Een proces-verbaal van bevindingen, pag. 7, van het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van 16 maart 2024, genummerd PL0900-2022343188 doorgenummerd 1 tot en met 93.
6.Pag. 289.
7.Pag. 294.
8.Pag. 295.
9.Pag. 296; pag. 811.
10.Pag. 835.
11.Pag. 835.
12.Pag. 836.
13.Pag. 837.
14.Pag. 847.
15.Pag. 849.
16.Pag. 850.
17.Pag. 153.
18.Pag. 903.
19.Pag. 1210.
20.Pag. 1086.
21.Pag. 1088.
22.Pag. 1122.
23.Pag. 1124.
24.Pag. 1292.
25.Pag. 1293.
26.Pag. 1306.
27.Pag. 1307.
28.Pag. 286.
29.Pag. 286.
30.Pag. 287.
31.Pag. 287.
32.Pag. 1186-1187.
33.Pag. 1193.
34.Pag. 1195-1197; 1269.
35.Wanneer hierna wordt verwezen naar paginanummers betreft dit pagina’s van op ambtseed of ambtsbelofte opgemaakte processen-verbaal. Deze processen-verbaal zijn als bijlagen opgenomen bij het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van 22 juli 2024, genummerd PL0900-2023027155 (ook wel 2023027155A, 2023027155B, 2023027155C en 2023027155D), opgemaakt door politie Eenheid Midden-Nederland, doorgenummerd 1 tot en met 1946. Tenzij anders vermeld, zijn dit processen-verbaal in de wettelijke vorm opgemaakt door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren.