Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 14 januari 2025 in de zaak tussen
1) [eiseres] , uit [woonplaats] , eiseres
47 anderenuit [woonplaats] , wiens namen in de bijlage van deze uitspraak staan (de omwonenden).
Rechtbank Midden-Nederland
Op 14 januari 2025 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in de zaak UTR 24/560, waarin het beroep van eiseres en de omwonenden niet-ontvankelijk is verklaard. Eiseres, die verhuisd is, heeft geen procesbelang meer bij de beoordeling van haar beroep. De rechtbank oordeelt dat de gemachtigde van eiseres geen machtigingen van de omwonenden heeft overgelegd, waardoor het beroep van de omwonenden ook niet-ontvankelijk is. De zaak betreft een verzoek om handhavend optreden tegen walkasten voor walstroom, die zijn gerealiseerd voor een tijdelijk opvangschip. De rechtbank heeft vastgesteld dat de omgevingsvergunning voor het schip was verleend voor een beperkte periode, en dat de walkasten na het vertrek van het schip zijn blijven staan. Eiseres en de omwonenden hebben verzocht om verwijdering van de walkasten, maar het college heeft het verzoek afgewezen. De rechtbank heeft het beroep niet inhoudelijk behandeld, omdat de indieners geen actueel belang meer hebben bij de uitspraak. De rechtbank heeft besloten dat het griffierecht niet wordt teruggegeven en dat er geen vergoeding van proceskosten wordt toegekend.