8.De beslissing
- verklaart bewezen dat de verdachte feit 1 primair en feit 2 heeft gepleegd, zoals hierboven in paragraaf 3.4 is omschreven;
- verklaart het overige dat in de beschuldiging staat niet bewezen en spreekt hem daarvan vrij;
- verklaart het bewezenverklaarde strafbaar en kwalificeert dit zoals hiervoor in paragraaf 4.1 is vermeld;
- verklaart de verdachte strafbaar voor het onder feit 1 primair en feit 2 bewezenverklaarde;
- veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvan
300 dagen;
- bepaalt dat de tijd, door verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
- bepaalt dat van de
gevangenisstrafeen gedeelte van
75 dagen, niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders gelast op grond van het feit dat verdachte de hierna te melden algemene en/of bijzondere voorwaarden niet heeft nageleefd;
- stelt daarbij een proeftijd van
2 (twee) jarenvast;
- als voorwaarden gelden dat de verdachte:
- zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
- medewerking zal verlenen aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit nodig acht, daaronder begrepen;
- stelt als bijzondere voorwaarde dat de verdachte gedurende de proeftijd:
- zich uiterlijk op 21 november 2025 bij Reclassering Nederland (Middendreef 293 te Lelystad) zal melden, en zich blijft melden zolang de reclassering dit noodzakelijk acht;
- zal verblijven in een instelling voor begeleid wonen of maatschappelijke opvang, alleen als de reclassering dit noodzakelijk acht, waarbij de verdachte zich zal houden aan de aanwijzingen die in het kader van het verblijf aan de verdachte zullen worden gegeven en aan het (dag-)programma dat deze later te benoemen instelling in overleg met de reclassering heeft opgesteld;
- zal deelnemen aan een gedragsinterventie die gericht is op verslaving, middelengebruik en cognitieve vaardigheden, zolang de reclassering dit noodzakelijk acht. De reclassering bepaalt welke training het precies wordt. De verdachte dient zich te houden aan de afspraken en aanwijzingen zoals die gedurende deze gedragsinterventie door de trainer en/of begeleider aan de verdachte zullen worden gegeven;
- zich actief zal inzetten voor het verkrijgen en behouden van een gestructureerde dagbesteding, in de vorm van betaald werk of in de vorm van een opleiding;
- zal meewerken aan controle van het gebruik van drugs om het middelengebruik te beheersen door middel van urineonderzoek en ademonderzoek (blaastest), waarvan de frequentie is te bepalen door de reclassering;
- beveelt dat de bijzondere voorwaarden en het toezicht door de reclassering dadelijk uitvoerbaar zijn;
- veroordeelt de verdachte tot een
taakstrafvan
180 uren;
- beveelt dat voor het geval verdachte de taakstraf niet of niet naar behoren verricht de taakstraf wordt vervangen door
90 dagen hechtenis;
vordering tot schadevergoeding van benadeelde partij [slachtoffer 1] (feit 1 primair)
- wijst de vordering van [slachtoffer 1]
gedeeltelijk toetot een bedrag van
€ 4.700,-bestaande uit een vergoeding van € 3.000,- voor immateriële schade en een vergoeding van € 1.700,- voor materiële schade;
- veroordeelt de verdachte tot betaling aan [slachtoffer 1] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 27 december 2024 tot de dag van volledige betaling;
- veroordeelt de verdachte hoofdelijk tot betaling aan [slachtoffer 1] van het toegewezen bedrag, met dien verstande dat indien en voor zover reeds door een ander of anderen (gedeeltelijk) aan de benadeelde is betaald, de verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
- verklaart [slachtoffer 1] voor wat betreft het meer gevorderde ten aanzien van de materiële schade niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering voor dat deel kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- wijst de vordering van [slachtoffer 1] voor wat betreft het meer gevorderde ten aanzien van de immateriële schade af;
- veroordeelt de verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt aan de verdachte de hoofdelijke verplichting op ten behoeve van [slachtoffer 1] aan de Staat € 4.700,- te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 27 december 2024 tot de dag van volledige betaling, bij niet betaling aan te vullen met 57 dagen gijzeling;
- bepaalt dat de verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij en/of (een van) zijn mededader(s) op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;
- heft op het bevel tot voorlopige hechtenis.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.Ş. Doğan, voorzitter, mrs. V.A. Groeneveld en S.M. van Meer, rechters, in tegenwoordigheid van mr. J.L. Sterkenburg, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 19 november 2025.
De voorzitter is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage 1: de op de zitting van 18 juli 2025 gewijzigde tenlastelegging
Aan de verdachte is na de wijziging van de tenlastelegging van feit 1 tenlastegelegd dat:
feit 1 primair:
hij op of omstreeks 27 december 2024 te Lelystad, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een telefoon (Iphone 16) en/of een geldbedrag van ongeveer 1700 euro, in elk geval enig goed en/of geldbedrag, dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer 1] en, in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl deze diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden of gemakkelijk te maken, of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf of andere deelnemers aan het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, door
- via Telegram Marketplace een afspraak te maken met die [slachtoffer 1] en/of
- vervolgens naar de afgesproken locatie te gaan met een of meerdere messen, althans scherpe en/of puntige voorwerpen, en/of
- de deur van de bestuurderskant open te trekken en/of
- een mes, althans een scherp en/of puntig voorwerp, in de richting van die [slachtoffer 2] te tonen en/of te zwaaien en/of
- de woorden toe te voegen: 'waar is het geld', althans woorden van gelijke aard of strekking en/of
- tegen de benen van die [slachtoffer 2] te trappen en/of
- die [slachtoffer 1] tegen de auto te duwen en/of
- de woorden toe te voegen: 'geef dat kanker geld', althans woorden van gelijke aard of strekking en/of
- een of meerdere vuistslagen te geven tegen het gezicht, althans het lichaam, van die [slachtoffer 1] , waardoor die [slachtoffer 1] op de grond terecht is gekomen en/of
- met een ketting(slot), althans een hard voorwerp, tegen het hoofd en/of het lichaam van die [slachtoffer 1] te slaan en/of
- een mes, althans een scherp en/of puntig voorwerp, in de richting van die [slachtoffer 1] te tonen en/of te zwaaien,
welk geweld zwaar lichamelijk letsel, te weten een opgezwollen oog(kas) en/of verminderd zicht met één oog , voor die [slachtoffer 1] ten gevolge heeft gehad;
feit 1 subsidiair:
hij op of omstreeks 27 december 2024 te Lelystad, openlijk, te weten op De Griend, in elk geval op of aan de openbare weg en/of op een voor het publiek toegankelijke plaats, in vereniging geweld heeft gepleegd tegen (een) pers(o)on(en), te weten [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] door
- een mes, althans een scherp en/of puntig voorwerp, in de richting van die [slachtoffer 2] te tonen en/of te zwaaien en/of
- tegen de benen van die [slachtoffer 2] te trappen en/of
- die [slachtoffer 1] tegen de auto te duwen en/of
- een of meerdere vuistslagen te geven tegen het gezicht, althans het lichaam, van die [slachtoffer 1] , waardoor die [slachtoffer 1] op de grond terecht is gekomen en/of
- met een ketting(slot), althans een hard voorwerp, tegen het hoofd en/of het lichaam van die [slachtoffer 1] te slaan en/of
- een mes, althans een scherp en/of puntig voorwerp, in de richting van die [slachtoffer 1] te tonen en/of te zwaaien,
terwijl dit door hem/hen gepleegde geweld zwaar lichamelijk letsel, althans enig letsel, te weten een opgezwollen oog(kas) en/of verminderd zicht met één oog , voor die [slachtoffer 1] ten gevolge heeft gehad;
feit 2
hij op of omstreeks 9 april 2025 te Lelystad, in elk geval in Nederland, opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer 3,25 gram, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende cocaïne, zijnde cocaïne een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet.
Bijlage 2: de bewijsmiddelen van feit 1 primair
Verdachte heeft op
de zitting van 5 november 2025onder meer het volgende verklaard, zakelijk weergegeven:
Op 27 december 2024 in Lelystad heb ik via Telegram met [slachtoffer 1] afgesproken om aan hem vuurwerk te verkopen. Drie personen zijn toen met mij meegegaan. Het klopt dat mijn telefoonnummer [telefoonnummer] is.
Uit de
aangifte van [slachtoffer 1] met fotobijlagenvan 27 december 2024 volgt, zakelijk weergegeven:
Op 27 december 2024 was ik samen met mijn vriend [slachtoffer 2] in Lelystad. Ik had op Telegram een advertentie gezien. Wij hadden afgesproken in Lelystad bij de Griend.
Ik zag een jongen, hij vroeg aan mij: "heb jij het geld bij je?" Ik liet toen het geld zien wat ik bij mij had. Hij wilde de deal maken en ik stapte uit de auto. Op het moment dat ik uit de auto stapte duwde hij mij tegen de auto aan. Ik zag drie andere jongens rennen richting mij.
Ik zag persoon 3 naar mijn vriend toe rende. Hij deed de deur van de auto open en schreeuwde "geef dat kanker geld". Persoon 2 en 4 kwamen op mij afgerend. Ik hoorde dat die personen zeiden: " geef dat kanker geld.". Persoon 1, 2 en 4 duwde mij constant tegen de auto. Persoon 1 en 2 begonnen op mij in te slaan in de richting van mijn gezicht. Ik zag van persoon 1 en 2 meerdere malen dat ze hun vuist balde en met een krachtige beweging richting mijn gezicht brachten. Ik voelde de vuisten tegen mijn gezicht aankomen.
Terwijl de personen mij vasthielden zag ik dat persoon 1 of 2 een mes pakte uit zijn zak. Persoon 1 of 2 was mij aan het steken met het mes richting mijn been. Gelukkig bleek later dat er alleen twee oppervlakkige krasjes op mijn been zaten, vermoedelijk door het mes.
Persoon 3 pakte mij bij mijn kraag en hij zei tegen mij: "pak en geef dat kanker geld." Het geld werd meteen uit mijn handen getrokken.
Ik zag dat persoon 3 bij mij kwam en ik zag en voelde dat hij mij begon te slaan. Ik voelde één klap in mijn gezicht op mijn rechter jukbeen. Door de klap viel ik op de grond. Op het moment dat ik op de grond viel zag ik dat persoon 3 voorovergebogen in mijn auto stond aan de bestuurderszijde. Ik voelde aan mijn oog en ik voelde toen dat mijn oog erg dik was. Mijn oog is opgezwollen en blauw.
Ik zag dat mijn telefoon niet meer in het middenconsole lag waar ik die had neergelegd. Er is een geldbedrag van mij gestolen. Mijn telefoon die gestolen is betreft een iPhone 16.
Uit een
aanvullend verhoor van aangever [slachtoffer 1]van 15 mei 2025 volgt, zakelijk weergegeven:
De overval van 27 december 2024 in Lelystad ging om de verkoop van vuurwerk. Via Telegram Marketplace had ik contact met de verkoper. De jongen die jullie hebben aangehouden sloeg mij op enig moment met een kettingslot op mijn oog. Het geld dat is afgenomen ging om € 1.700, dit was wat ik had afgesproken voor de koop van het vuurwerk.
Uit een
proces-verbaal van verhoor van getuige [slachtoffer 2]van 27 december 2024 volgt, zakelijk weergegeven:
Op 27 december 2024 ging ik samen met mijn vriend [slachtoffer 1] naar Lelystad. Ik zag twee personen naar het raam van [slachtoffer 1] lopen. Ik zag bij de steeg waar deze personen vandaan kwamen lopen nog twee jongens staan.
Toen [slachtoffer 1] uitgestapt was, stonden er ineens drie personen bij hem. Ik zag dat persoon 3 naar mij toe kwam. Hij trok mijn deur open en ik zag dat hij een mesje pakte. Ik hoorde hem aan mij vragen waar het geld was. Hij begon toen wat met het mesje voor zich te zwaaien. Ik ben toen achterover gaan leunen in mijn stoel en heb hem toen door middel van te trappen met mijn benen, hem bij mij weg te houden. Het werd toen wat over en weer trappen van hem en van mij. Ik hoorde een hoorde een hoop geschreeuw en gerommel achter de auto. Ik zag [slachtoffer 1] met die andere personen staan vechten. Ik zag toen dat [slachtoffer 1] in elkaar zakte, waarop ik iemand hoorde roepen dat ze weg moesten wezen.
Ik zag dat [slachtoffer 1] toen naar de auto kwam, en hoorde hem aan mij vragen waar zijn telefoon was. Ik zag meteen dat [slachtoffer 1] een dik oog had.
Uit een
aanvullend proces-verbaal van verhoor van getuige [slachtoffer 2]van 15 mei 2025 volgt, zakelijk weergegeven:
Op 27 december 2024 in Lelystad inzake de overval heb ik een kettingslot gezien.
Uit een
proces-verbaal van bevindingenvan 5 juni 2025 volgt, zakelijk weergegeven:
Ik heb de mobiele telefoon met telefoonnummer [telefoonnummer] en device name: iPhone van [verdachte] onderzocht. Het onderzoek aan de telefoon betreft de periode van 23 december 2024 tot en met 10 januari 2025. Ik deed een onderzoek naar de internet zoekgeschiedenis en zag de volgende zoektermen afkomstig van Safari:
hoeveel celstraf straatroof;
crimineel [verdachte] ;
Lelystad zware mishandeling;
2 mannen gewond geraakt Lelystad;
Lelystad straatroof;
melding straatroof Lelystad;
melding overval Lelystad;
Lelystad overval;
Lelystad steekincident Griend 2024.