3.20.[gedaagde sub 3] moet het overgrote deel van de schade van [eiseres] vergoeden. [eiseres] heeft haar schade onderbouwd aan de hand van meerdere facturen. [eiseres] heeft toegelicht dat de btw op de facturen geen onderdeel is van de schade, omdat zij die kan aftrekken. [gedaagde sub 3] moet € 50.090,66 aan schade vergoeden. Dat bedrag bestaat uit de volgende factuurbedragen.
[eiseres] heeft de rekening van [bedrijf 1] van het bezoek van [A] in augustus 2023 betaald. Die factuur komt voor vergoeding in aanmerking en is niet concreet betwist door [gedaagde sub 3] . Daarom moet [gedaagde sub 3] dat bedrag ter hoogte van € 1650,00 (exclusief btw) vergoeden;
Daarnaast heeft [eiseres] drie facturen van [bedrijf 2] overgelegd voor kosten van herstel van de auto. Bij de mondelinge behandeling heeft [gedaagde sub 3] de hoogte van de factuur betwist, door aan te voeren dat de kosten van de waterpomp geen verband houden met motorschade. Dat heeft [eiseres] daarna niet nader onderbouwd. Die kosten hoeft [gedaagde sub 3] daarom niet te vergoeden. Het overige deel van de factuur is niet concreet betwist en daarom moet [gedaagde sub 3] wel het restant van € 41.397,81 (exclusief btw) vergoeden;
Na het tussenvonnis van 3 september 2025 heeft [eiseres] de in het dossier ontbrekende vierde factuur van [bedrijf 2] overgelegd. [gedaagde sub 3] betwist dat die kosten verband houden met de motorproblemen. Die kosten zijn in de stukken en op de zitting niet door [eiseres] onderbouwd. Daarom is niet vast komen te staan dat die kosten verband houden met de reparatie van de motor van de auto, behalve het eenmaal verversen van de olie. Die post komt wel voor vergoeding in aanmerking en daarom moet [gedaagde sub 3] van deze factuur € 255,60 (exclusief btw) vergoeden;
[eiseres] heeft ook vergoeding van de kosten van [B] , voor hulp bij het onderzoek van de problemen van de auto, gevorderd. Die kosten zijn niet concreet betwist door [gedaagde sub 3] . Die kosten komen daarom voor vergoeding in aanmerking. Dat betekent dat [gedaagde sub 3] deze kosten ter hoogte van € 6.787,25 (exclusief btw) moet vergoeden;
Ten slotte heeft [eiseres] vergoeding van € 5.445,00 gevorderd omdat zij dat bedrag aan bemiddelingskosten aan [gedaagde sub 2] heeft betaald voor de koop van de auto. Dat bedrag hoeft [gedaagde sub 3] niet te betalen. Het causale verband tussen het onrechtmatig handelen en deze schade is onvoldoende gesteld. [eiseres] heef onvoldoende onderbouwd waar de afspraak met [gedaagde sub 2] voor betaling van bemiddelingskosten op gebaseerd is en waarom [gedaagde sub 3] dat zou moeten vergoeden.