3.3.Oordeel van de rechtbank
Een proces-verbaal van aangifte door [slachtoffer 1] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Plaats delict: [adres] , [woonplaats]
Pleegdatum/tijd: 3 september 2024 om 05:01 uur
Op 3 september 2024 werd ik wakker gebeld door de buurman. Ik hoorde hem zeggen dat er een bom voor mijn deur was gelegd. Ik hoorde hem zeggen dat mijn deur is opgeblazen. Daarna ben ik naar mijn woning gegaan. Ik zag een beschadigde voordeur. Ik zag dat de voordeur verbrand was. Ik zag ook dat de stenen voor mijn deur kapot waren. Ik zag dat de ruit aan de buitenkant kapot was en ik zag ook dat de brievenbus kapot is. Ook zag ik dat er roet op mijn kozijnen zit. Ik zag dat er ook aan de binnenkant brandschade is.
De verklaring van de verdachte op de zitting, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Ik was op 3 september 2024 rond 05:00 uur nabij de woning op de [adres] in [woonplaats] . Ik was dichtbij de explosie in mijn auto en heb mezelf gefilmd terwijl de explosie plaatsvond. In de uren voor de explosie ben ik in mijn auto, een Volkswagen Polo voorzien van kenteken [kenteken] , samen met twee anderen eerst van Weert naar een parkeerplaats in Amsterdam gereden. Ik was de bestuurder. Daarna zijn wij bij een tankstation op de Muntbergweg in Amsterdam geweest. Ik heb daar een leeg flesje gevuld met benzine. Het zou kunnen dat we daarna weer terug zijn gegaan naar die parkeerplaats in Amsterdam. Daarna hebben we even stilgestaan bij een tankstation in Nieuwegein en vervolgens zijn we naar [woonplaats] gegaan. Ik heb in [woonplaats] de auto in de omgeving van de [straat] geparkeerd. De twee anderen in mijn auto (de rechtbank begrijpt medeverdachten [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] ) zijn toen uitgestapt en kwamen na enkele minuten weer terug in de auto. Hierna zijn we weer weggereden.
Een proces-verbaal van verhoor, betreffende de verklaring van medeverdachte [medeverdachte 1] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
We zijn naar een parkeerplaats in [woonplaats] gereden. Toen zijn we uitgestapt. Bij de woning aan de [adres] in [woonplaats] pakte ik mijn camera. De jongen die bij mij was, plaatste de explosief en stak het af. Ik filmde van een afstandje. Toen is het ontploft.
Een proces-verbaal van bevindingen, betreffende de beschrijving van de camerabeelden van de Shell Muntbergweg in Amsterdam, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
In dit proces-verbaal van bevindingen zijn de op camera vastgelegde bewegingen uitgewerkt van de inzittenden van de personenauto, voorzien van kenteken [kenteken] , die op
3 september 2024 omstreeks 02.28 uur te zien waren bij het tankstation Shell, gevestigd op de Muntbergweg 20 in Amsterdam.
03-09-2024, 02:36:24 uur: ik zag dat de bijrijder de fles leeggooide op de grond naast de personenauto. Ik zag dat de bijrijder de lege fles aan de bestuurder gaf.
03-09-2024, 02:36:43: ik zag dat de bestuurder een pompslang in het flesje deed en vervolgens vulde met brandstof.
03-09-2024, 02:38:30 uur: ik zag dat de bestuurder vervolgens de pompslang weer pakte en de fles verder vulde.
03-09-2024, 02:38:59 uur: ik zag dat de bijrijder vanuit zijn stoel de fles dichtdraaide die voor de pomp op de grond stond.
03-09-2024, 02:39:41 uur: ik zag dat de bijrijder naar de achterklep van de personenauto liep deze opende. Vervolgens legde hij de fles in de kofferbak.
Een proces-verbaal van bevindingen, betreffende het forensisch onderzoek op het plaats delict, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op dinsdag 3 september 2024 om 06:13 uur kwam ik, naar aanleiding van een bomaanslag,
voor forensisch onderzoek aan op de locatie [adres] , [woonplaats]
.De woning aan de [adres] te [woonplaats] betreft een linkerhoekwoning.
Voor de deur van huisnummer [nummer] heeft een explosie plaatsgevonden waarbij brand is ontstaan. Op de plaats delict zijn meerdere kartonnen snippers en twee blauwe doppen aangetroffen. Tevens zijn er vele verbrande delen PET-fles aangetroffen met drie doppen. Er is hier zeer vermoedelijk gebruik gemaakt van een VBC die zeer waarschijnlijk bestond uit minimaal twee Super Cobra's 6 en minimaal drie PET-flessen met ontbrandbare vloeistof. Deze werden bijeengehouden door tape waarvan meerdere restanten zijn aangetroffen op de plaats delict.
Uit de beschreven situatie en het aangetroffen schadebeeld bleek dat bij deze explosie gemeen gevaar voor goederen zoals bedoeld in artikel 157 onder eerste lid Wetboek van Strafrecht. Hierbij is door ingrijpen van het personeel van de brandweer een brand geblust en mogelijk grotere schade voorkomen aan mogelijk het pand ofwel de voertuigen die voor de woning stonden geparkeerd.
Uit de beschreven situatie en het aangetroffen schadebeeld bleek dat bij deze explosie tevens levensgevaar of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een ander te duchten was geweest als bedoeld in artikel 157 onder 2e lid Wetboek van Strafrecht. De brandduur van een lont van een Super Cobra 6, samen met de voorlading, bedraagt circa 20 seconden. Vanaf het moment dat de lont wordt aangestoken is deze onomkeerbaar en zal de Super Cobra 6 circa 20 seconden later tot ontploffing komen. In deze tijd is er geen invloed op de omgeving meer uit te oefenen. Hierdoor is het goed mogelijk dat (buurt)bewoners naar de deur komen om te kijken wat er gebeurd of dat er voorbijgangers door de straat gaan. Als zij dichtbij een dergelijke VBC zijn ten tijde van de ontploffing is er levensgevaar of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel te duchten.
Bewijsoverwegingen feit 1
Medeplegen
De advocaat heeft aangevoerd dat de verdachte niet als medepleger kan worden beschouwd, omdat zijn rol beperkt is gebleven tot het met de auto vervoeren van de medeverdachten. De rechtbank verwerpt dit verweer en overweegt als volgt.
De verdachte ontkent dat hij wist dat er een plan was om een ontploffing teweeg te brengen, maar de rechtbank vindt dit volkomen ongeloofwaardig. Uit de verklaring van de verdachte blijkt dat hij in de nacht van 2 op 3 september 2024 een urenlange autoreis heeft gemaakt met de medeverdachten, die vrienden van hem zijn. De drie verdachten zijn van Weert naar verschillende locaties in Amsterdam gereden en vervolgens via Nieuwegein uiteindelijk naar [woonplaats] doorgereden. In Amsterdam is een pakket met zwaar vuurwerk in de auto van de verdachte gelegd en even later heeft de verdachte bij een benzinestation een fles gevuld met benzine. Toen er in [woonplaats] politie achter de verdachten aanreed, hebben de medeverdachten het pakket uit de auto gehaald en ergens verstopt. De verdachten zijn vervolgens naar een benzinestation gereden. Intussen hadden medeverdachten telefonisch contact met de opdrachtgever over de vraag of zij het plan zouden uitvoeren. Vervolgens is verdachte naar een parkeerplaats in [woonplaats] gereden, vanaf waar de medeverdachten naar de woning aan de [adres] zijn gelopen om de vuurwerkbom te laten ontploffen. Op de telefoon van de verdachte is een filmpje aangetroffen dat gemaakt is rond het tijdstip van de ontploffing. Op het filmpje is de verdachte te zien, terwijl een enorme knal te horen is en het beeld trilt. Na de knal lacht de verdachte en maakt hij een gebaar met zijn hand.
Uit voorgaande feiten en omstandigheden leidt de rechtbank af dat het de verdachte, voordat het plan werkelijk werd uitgevoerd, duidelijk moet zijn geweest dat zijn medeverdachten een ontploffing teweeg zouden gaan brengen.
De verdachte wist niet alleen van het plan van de ontploffing, maar hij heeft ook een belangrijke bijdrage aan de totstandkoming van de ontploffing geleverd. Door de hele nacht als chauffeur op te treden heeft de verdachte het mogelijk gemaakt om het vuurwerk en de flessen brandstof op te halen en hiermee naar de woning in [woonplaats] te rijden. Bovendien heeft de verdachte zelf een flesje gevuld met brandstof. Met deze handelingen heeft de verdachte een wezenlijke bijdrage aan de ontploffing geleverd, die van voldoende gewicht is om hem als medepleger aan te merken.
Gevaarzetting
De ontploffing is veroorzaakt met gebruik van meerdere stukken zwaar illegaal vuurwerk (minimaal twee Super Cobra’s 6) en meerdere flessen ontbrandbare brandstof. Deze werden bijeen gehouden door tape waarvan meerdere restanten zijn aangetroffen op de plaats delict. Vanaf het moment dat de lont wordt aangestoken, is het verbrandingsproces onomkeerbaar en zal de Super Cobra 6 circa 20 seconden later tot ontploffing komen. In deze tijd is er geen invloed op de omgeving meer uit te oefenen. De ‘vuurwerkbrandstofcombinatie’ (hierna: VBC) is voor de deur gelegd van een rijtjeshuis (een hoekwoning) in een woonwijk in [woonplaats] , rond 05:00 uur ’s ochtends. Het ging dus om een tijdstip waarop de kans zeer groot is dat een deel van de bewoners van omliggende woningen thuis is. Het is ook een moment waarop passanten, bijvoorbeeld vroege vogels, op straat kunnen zijn. Met de kracht van een dergelijke VBCis, gelet op de locatie (een hoekwoning in een woonwijk) en het tijdstip (in de vroege ochtend), gevaar voor zwaar lichamelijk letsel en levensgevaar naar algemene ervaringsregels voorzienbaar. Dit geldt ook als, zoals in dit geval, in de woning zelf niemand aanwezig is. Het vuur kan immers overslaan (dat heeft de brandweer voorkomen) of er kan iemand nieuwsgierig worden naar wat er plaatsvindt en nabij komen op het moment dat de medeverdachten de VBC aansteken. Bij de ontploffing was dus niet alleen gevaar voor goederen, maar ook levensgevaar en gevaar voor zwaar lichamelijk letsel te duchten.
Bewijsmiddelen feit 2
De bewezenverklaring is gebaseerd op de inhoud van de bewijsmiddelen. Dit deel van het vonnis is verkort en bevat geen bewijsmiddelen. Als er hoger beroep wordt ingesteld, zal het vonnis worden aangevuld met een bijlage met daarin de inhoud van de bewijsmiddelen.