Uitspraak
RECHTBANK Midden-Nederland
[eiseres],
[gedaagde],
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak heeft de rechtbank Midden-Nederland op 10 januari 2025 een mondelinge uitspraak gedaan in een kort geding. De eiseres, de dochter van de heer [A], heeft een vordering ingediend om afscheid te nemen van haar vader, die in een hospice verblijft en naar verwachting spoedig zal overlijden. De eiseres wenst dit afscheid te nemen zonder de aanwezigheid van haar stiefmoeder, [gedaagde], en andere familieleden. Tijdens de mondelinge behandeling heeft de voorzieningenrechter telefonisch contact opgenomen met de vader om zijn wensen te vernemen. De vader gaf aanvankelijk aan geen contact met de eiseres te willen, maar later stemde hij in met een bezoek van de eiseres, mits [gedaagde] hiermee akkoord ging.
De voorzieningenrechter heeft de belangen van de partijen afgewogen en geconcludeerd dat het belang van de eiseres om afscheid te nemen van haar vader nu hij nog leeft zwaarder weegt dan de bezwaren van de vader en [gedaagde]. De vordering van de eiseres om eenmalig voor 30 minuten afscheid te nemen is toegewezen. Daarnaast is [gedaagde] veroordeeld om de eiseres dagelijks op de hoogte te houden van de gezondheid van de vader en om haar binnen 12 uur na het overlijden van de vader te informeren. De vordering van [gedaagde] om de eiseres te verbieden contact met haar op te nemen is afgewezen. De voorzieningenrechter heeft ook een dwangsom opgelegd voor het geval [gedaagde] niet aan de veroordelingen voldoet.
De uitspraak benadrukt de noodzaak van een zorgvuldige belangenafweging in situaties waarin emotionele en familiale belangen op het spel staan. De rechter heeft de beslissing uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de uitspraak onmiddellijk moet worden nageleefd, ook als er hoger beroep wordt ingesteld.