Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.[gedaagde sub 1] ,
[gedaagde sub 2],
1.De procedure
- de conclusie van antwoord, met twee producties;
- de conclusie van repliek;
- de conclusie van dupliek.
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak vordert eiser, [eiser], schadevergoeding van de ouders van [A (voornaam)], die als minderjarige betrokken zou zijn geweest bij de beschadiging van zijn oldtimers. De schade aan de zwarte oldtimer is vastgesteld op € 13.097,04 en aan de Peugeot op € 2.227,25. Eiser stelt dat [A (voornaam)] deel uitmaakte van een groep van zeven jongeren die de schade heeft veroorzaakt. Aangezien [A (voornaam)] jonger is dan veertien jaar, kan hij niet rechtstreeks aansprakelijk worden gesteld, maar vordert eiser dat zijn ouders hoofdelijk aansprakelijk worden gesteld op basis van artikel 6:169 lid 1 BW, dat ouders aansprakelijk stelt voor schade veroorzaakt door hun kinderen.
De kantonrechter oordeelt dat eiser voldoende bewijs heeft geleverd dat [A (voornaam)] betrokken was bij de beschadiging van de zwarte oldtimer, onderbouwd door verklaringen van medeverdachten en een lijst van vastgestelde verdachten. De vordering tot schadevergoeding voor de zwarte oldtimer wordt toegewezen, terwijl de vordering voor de Peugeot wordt afgewezen wegens onvoldoende bewijs van betrokkenheid van [A (voornaam)]. De kantonrechter legt de aansprakelijkheid bij de ouders van [A (voornaam)], die hoofdelijk moeten betalen. Daarnaast worden buitengerechtelijke kosten en proceskosten toegewezen aan eiser. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad en de ouders worden veroordeeld tot betaling van de schadevergoeding, inclusief rente en kosten.