ECLI:NL:RBMNE:2025:5106

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
30 september 2025
Publicatiedatum
29 september 2025
Zaaknummer
16.020505.24
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van verdachte in ontploffingszaak te Huizen

In deze strafzaak heeft de rechtbank Midden-Nederland op 30 september 2025 uitspraak gedaan in de zaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van het medeplegen van een ontploffing bij een woning in Huizen op 29 juli 2023. De rechtbank sprak de verdachte vrij van zowel het primair als het subsidiair ten laste gelegde. De officier van justitie had gevorderd tot een gevangenisstraf van vijftien maanden, waarvan vijf maanden voorwaardelijk, maar de rechtbank oordeelde dat er onvoldoende bewijs was om de betrokkenheid van de verdachte bij de ontploffing te bevestigen. De rechtbank concludeerde dat de rol van de verdachte, indien hij al betrokken was, zo klein was dat dit niet als medeplichtigheid kon worden aangemerkt. De feiten die uit het dossier naar voren kwamen, wezen op de mogelijkheid dat andere personen verantwoordelijk waren voor de ontploffing. De rechtbank nam in overweging dat er geen bewijs was dat de verdachte op de plaats delict aanwezig was tijdens de explosie en dat er geen getuigen waren die hem daar hebben gezien. De rechtbank verklaarde de benadeelde partij niet-ontvankelijk in zijn vordering, omdat de verdachte integraal werd vrijgesproken. De kosten van de benadeelde partij werden begroot op nihil.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Strafrecht
Zittingsplaats Utrecht
Parketnummer: 16.020505.24
Vonnis van de meervoudige kamer van 30 september 2025
in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren op [2001] in [geboorteplaats] ,
wonende aan [adres] in [woonplaats] ,
hierna: verdachte.

1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING

Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 16 september 2025.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering en standpunten van de officier van justitie, mr. drs. A.E. Lohuis, en van hetgeen verdachte en zijn raadsman, mr. M.A.W. Nillesen, advocaat te ‘s-Hertogenbosch, waarnemend voor zijn kantoorgenoot mr. L.M. van Spanjen, alsmede [A] van Slachtofferhulp Nederland namens de benadeelde partij [aangever 1] , naar voren hebben gebracht.

2.TENLASTELEGGING

De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er in het kort op neer dat verdachte:
primair
op 29 juli 2023 te Huizen, samen met anderen, opzettelijk een ontploffing teweeg heeft gebracht, waarbij gemeen gevaar voor goederen en/of levensgevaar en/of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor [aangever 1] en/of [aangever 2] en/of [aangever 3] te duchten was;
subsidiair
aan deze ontploffing medeplichtig was door het explosief te maken en/of verstrekken en/of op de uitkijk te staan.

3.VRIJSPRAAK

3.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht het primair ten laste gelegde wettig en overtuigend te bewijzen, met dien verstande dat partieel vrijspraak dient te volgen voor het onderdeel ‘voor personen te duchten levensgevaar en/of zwaar lichamelijk letsel’. De officier van justitie heeft gevorderd verdachte te veroordelen tot een gevangenisstraf van vijftien maanden, waarvan vijf maanden voorwaardelijk, met aftrek van het voorarrest en een proeftijd van twee jaren met oplegging van bijzondere voorwaarden.
3.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft vrijspraak bepleit van het primair en subsidiair ten laste gelegde vanwege het ontbreken van wettig en overtuigend bewijs.
3.3
Het oordeel van de rechtbank
De feiten
De rechtbank leidt de volgende feiten af uit het dossier.
Op 29 juli 2023 omstreeks 03:00 uur vond een ontploffing plaats bij de woning op de [adres] in [woonplaats] . Uit het forensisch onderzoek volgt dat de ontploffing waarschijnlijk is veroorzaakt door het gebruik van een vuurwerk brandstof combinatie (VBC), bestaande uit een Cobra 6 (knalvuurwerk) vastgemaakt aan een petfles, gevuld met enige ontbrandbare vloeistof. Op de drinkopening van de petfles is het DNA van medeverdachte [medeverdachte] (hierna: de medeverdachte) gevonden.
Op camerabeelden is volgens de politie te zien dat er een personenauto met hoge snelheid voorbij de woning aan de [adres] rijdt, waarna een lichtflits van het explosief volgt en te zien is dat twee personen wegrennen. Volgens de politie vertoont het voertuig dat na de ontploffing wegrijdt sterke overeenkomsten met een Kia Stonic. Vervolgens blijkt uit de politiesystemen dat de medeverdachte op 29 juli 2023 gebruik maakte van een Kia Stonic.
Vlak na de ontploffing heeft de dochter van aangever [aangever 3] verklaard dat zij in de periode voorafgaand aan de ontploffing door verdachte beschuldigd werd van het stelen van € 10.000,- van hem en/of zijn ‘organisatie’ en dat zij in de dagen voorafgaand aan de ontploffing bedreigd zou zijn door ene [B] en een onbekende man. [B] zou hebben gezegd ‘ik ga bij deuren komen, een handgranaat is niet zo duur’. Uit de historische verkeersgegevens blijkt dat de telefoons van de medeverdachte en verdachte in de dagen voorafgaand aan en rond het tijdstip van de ontploffing verbinding maakten met telecommunicatiemasten in de buurt van de [adres] in [woonplaats] . Tot slot is uit onderzoek gebleken dat met de telefoons van verdachte en de medeverdachte op het internet gezocht is naar de [straat] in Huizen en naar een ontploffing in Huizen op 29 juli 2023.
Uit de camerabeelden volgt dat (tenminste) twee personen betrokken zijn geweest bij de ontploffing bij de woning aan de [adres] . Deze personen zijn niet geïdentificeerd en de signalementen van die personen zijn onduidelijk. Daardoor kan niet worden vastgesteld dat verdachte op de camerabeelden te zien is. Ook zijn er geen getuigen die verdachte op de plaats delict hebben gezien. Het dossier bevat verder geen bewijs dat verdachte tijdens de explosie aanwezig was op de plaats delict.
Verdachte heeft zich bij zijn verhoren en ter terechtzitting beroepen op zijn zwijgrecht, en alle betrokkenheid bij de ontploffing ontkend. De medeverdachte heeft over het voorgaande ook geen verklaring afgegeven.
Vrijspraak van het medeplegen van/ medeplichtigheid aan het teweegbrengen van de ontploffing
Hoewel de omstandigheden die uit het dossier naar voren komen een stevige verdenking van betrokkenheid van verdachte rechtvaardigen, zal de rechtbank niet bewezen verklaren dat verdachte het explosief heeft geplaatst of ten behoeve van het delict een andere intellectuele of materiële bijdrage van enig gewicht heeft geleverd. Uit het dossier blijkt immers dat [aangever 3] juist door andere personen dan verdachte bedreigd is, waarbij specifiek werd gesproken over het ‘bij deuren komen’ en over een handgranaat. Ook uit de chatgesprekken op de telefoon van verdachte blijkt dat meerdere personen zich actief met het conflict bemoeiden, op verdachte inpraatten en contact hadden met [aangever 3] , met het oog op het verkrijgen van de vermeend gestolen € 10.000,-. Het is daarom ook mogelijk en voorstelbaar dat de tenlastegelegde feiten door andere personen zijn gepleegd en dat de rol van verdachte, als hij betrokken was, dusdanig klein was dat het ook geen medeplichtigheid oplevert. Dat verdachte niet heeft verklaard terwijl omstandigheden die uit het dossier naar voren komen wel om een verklaring vragen, leidt er bij deze stand van zaken niet toe de rechtbank de overtuiging heeft gekregen dat verdachte het primair en subsidiair ten laste gelegde feit heeft gepleegd. De rechtbank zal verdachte daarvan vrijspreken.

4.BENADEELDE PARTIJ

[aangever 1] heeft zich als benadeelde partij in het geding gevoegd en vordert een bedrag van € 7.861,25. Dit bedrag bestaat uit € 1.361,25 aan materiële schade en € 6.500,00 aan immateriële schade, ten gevolge van het aan verdachte ten laste gelegde. De benadeelde partij heeft zijn vordering ter zitting gewijzigd, in die zin dat enkel € 6.500,00 aan immateriële schade gevorderd wordt.
De rechtbank zal de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaren in de vordering nu verdachte integraal wordt vrijgesproken.
Omdat de benadeelde partij niet-ontvankelijk wordt verklaard in zijn vordering, zal de rechtbank hem veroordelen in de kosten van verdachte voor zover deze betrekking hebben op het verweer tegen de vorderingen. Deze kosten worden tot op dit moment begroot op nihil.

5.BESLISSING

De rechtbank:
Vrijspraak
- verklaart het primair en subsidiair ten laste gelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij;
Benadeelde partij [aangever 1]
- verklaart de benadeelde partij [aangever 1] niet-ontvankelijk in de vordering;
- veroordeelt de benadeelde partij in de proceskosten door de verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil.
Dit vonnis is gewezen door mr. O. Böhmer, voorzitter, mr. J.E.S. Dolmans en mr. G.M.C. Klink, rechters, in tegenwoordigheid van mr. A. Belhadi en mr. E.J. van Bergeijk, griffiers, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 30 september 2025.
Mrs. J.E.S. Dolmans en G.M.C. Klink zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage: de tenlastelegging
Aan verdachte wordt ten laste gelegd dat:
hij op of omstreeks 29 juli 2023 te Huizen, in elk geval in Nederland, tezamen en in
vereniging, opzettelijk een ontploffing teweeg heeft gebracht door een (zelfgemaakt)
explosief (te weten een plastic fles met daarin brandbare stof en vuurwerk), in elk
geval (een) stof(fen)/voorwerp(en) en/of een combinatie van stoffen/voorwerpen
die tot ontploffing kunnen komen en/of vuurwerk in brand te steken, in elk geval
(een) brandbare stof(fen), ten gevolge waarvan een ontploffing is teweeg gebracht
(in een bewoond gebied) en daarvan gemeen gevaar voor
aangrenzende/omliggende woningen en/of aldaar geparkeerd staande auto’s, in elk
geval gemeen gevaar voor goederen en/of levensgevaar voor [aangever 1] en/of [aangever 2]
en/of [aangever 3] en/of een medebewoner en/of een of meer
omwonende(n), in elk geval levensgevaar voor een ander of anderen en/of gevaar
voor zwaar lichamelijk letsel voor die [aangever 1] en/of [aangever 2] en/of [aangever 3]
en/of medebewoner en/of een of meer omwonende(n), in elk geval gevaar voor
zwaar lichamelijk letsel voor een ander of anderen, te duchten was;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou
kunnen leiden:
een of meer onbekend gebleven perso(o)n(en) op of omstreeks 29 juli 2023 te
Huizen, opzettelijk een ontploffing teweeg heeft/hebben gebracht door een
(zelfgemaakt) explosief (te weten een plastic fles met daarin onder andere een
brandbare stof en vuurwerk), in elk geval (een) stof(fen)/voorwerp(en) en/of een
combinatie van stoffen/voorwerpen die tot ontploffing kunnen komen en/of
vuurwerk in brand te steken, in elk geval (een) brandbare stof(fen), ten gevolge
waarvan een ontploffing is teweeg gebracht (in een bewoond gebied) en daarvan
gemeen gevaar voor aangrenzende/omliggende woningen en/of aldaar geparkeerd
staande auto’s, in elk geval gemeen gevaar voor goederen en/of levensgevaar voor
[aangever 1] en/of [aangever 2] en/of [aangever 3] en/of en/of een medebewoner
en/of een of meer omwonende(n), in elk geval levensgevaar voor een ander of
anderen en/of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor die [aangever 1] en/of [aangever 2]
en/of [aangever 3] en/of medebewoner en/of een of meer omwonende(n), in
elk geval gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een ander of anderen, te duchten
was,
tot en/of bij het plegen van welk misdrijf verdachte op of omstreeks 29 juli 2023 te
Huizen, in elk geval in Nederland, opzettelijk behulpzaam is geweest en/of
gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft, door
- zelf een explosief te maken en/of
- ( vervolgens) het zelfgemaakte explosief te verstrekken en/of
- op de uitkijk te staan.