Uitspraak
1.De procedure
- de mondelinge behandeling van 21 augustus 2025, waarvan de griffier aantekeningen heeft gemaakt.
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 4 september 2025 uitspraak gedaan in een kort geding tussen de stichting Woonstichting Centrada en een gedaagde partij die niet is verschenen. Centrada vorderde ontruiming van de woning van de gedaagde, omdat deze de woning en de tuin niet goed onderhoudt, wat heeft geleid tot overlast in de vorm van een muizenplaag. Daarnaast vorderde Centrada betaling van huurachterstand en een gebruiksvergoeding. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de gedaagde partij niet op de dagvaarding heeft gereageerd en niet is verschenen op de zitting, waardoor verstek is verleend. De kantonrechter oordeelde dat er sprake was van een spoedeisend belang en dat de vordering tot ontruiming niet ongegrond was. De gedaagde partij kreeg veertien dagen de tijd om de woning te ontruimen. De kantonrechter heeft ook de vordering tot betaling van huurachterstand en gebruiksvergoeding toegewezen, maar de gevorderde wettelijke rente werd afgewezen vanwege een oneerlijk beding in de huurovereenkomst. De proceskosten werden toegewezen aan Centrada, die in totaal € 1.479,45 aan kosten mocht vorderen van de gedaagde partij.