ECLI:NL:RBMNE:2025:4168
Rechtbank Midden-Nederland
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Loonvordering na onterechte opschorting loondoorbetaling tijdens ziekte
In deze zaak heeft [eiser] een kort geding aangespannen tegen [gedaagde] B.V. vanwege de onterechte opschorting van zijn loonbetaling tijdens ziekte. [eiser] is sinds 22 mei 2000 in dienst bij [gedaagde] en is op 8 april 2025 door ziekte uitgevallen. [gedaagde] heeft per 1 juni 2025 de loonbetaling opgeschort, met als reden dat [eiser] veelvuldig afwezig was en zich niet correct gedroeg tijdens zijn ziekte. Na een dagvaarding heeft [gedaagde] het loon over juni 2025 pas op 17 juli 2025 betaald, maar de jubileumuitkering bleef uit. De kantonrechter heeft geoordeeld dat [gedaagde] onterecht het loon heeft opgeschort en heeft [gedaagde] veroordeeld tot hervatting van de loonbetalingen met terugwerkende kracht, betaling van de jubileumuitkering, wettelijke verhoging, wettelijke rente, buitengerechtelijke kosten en proceskosten. De kantonrechter heeft vastgesteld dat [eiser] een spoedeisend belang heeft bij zijn vorderingen, omdat hij zijn loon nodig heeft om aan zijn betalingsverplichtingen te voldoen. De rechter heeft de vorderingen van [eiser] grotendeels toegewezen, met uitzondering van het meer of anders gevorderde.