Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
[gedaagde sub 1] B.V.,
1.De procedure
2.De kern van de zaak
3.De beoordeling
De achtergrond
2025.
1.228,00(2 punten × tarief € 614,00)
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak heeft eiseres, na het overlijden van haar echtgenoot, een betwistingsprocedure aangespannen tegen gedaagden, [gedaagde sub 1] B.V. en [gedaagde sub 2]. Eiseres heeft beslag gelegd onder [bedrijf 1] om dwangsommen te innen, maar gedaagden hebben in hun derdenverklaringen aangegeven dat zij geen schulden hebben bij [bedrijf 1]. Eiseres betwist deze verklaringen en vordert dat gedaagden gerechtelijke verklaringen afleggen over hun schulden aan [bedrijf 1]. De rechtbank heeft op 16 juli 2025 vonnis gewezen en de vorderingen van eiseres afgewezen. De rechtbank oordeelde dat de dwangsommen waren verjaard en dat gedaagden geen openstaande schulden hadden bij [bedrijf 1]. Eiseres heeft niet voldoende bewijs geleverd om haar vorderingen te onderbouwen. De rechtbank heeft eiseres in de proceskosten veroordeeld, die zijn begroot op € 1.315,-.