Uitspraak
RECHTBANK Midden-Nederland
1.De kern van de zaak
2.De procedure
– met instemming van [eiseres] – beschouwd als voorgelezen op de mondelinge behandeling (als mondeling antwoord). [eiseres] heeft aan de hand van (overgelegde) pleitaantekeningen haar standpunten toegelicht. Verder hebben partijen vragen van de voorzieningenrechter beantwoord. De griffier heeft aantekeningen gemaakt van wat is besproken.
3.De achtergrond van het geschil
Rectificatie” van 10 maart 2024 (hierna: de akte van rectificatie) verbeterd in die zin dat de oorspronkelijke leveringsakte betrekking heeft op zowel perceel A als perceel B.
4.De beoordeling
Ik ben akkoord met het concept”. Toen het tekenen hierna niet vlotte en [eiseres] per e-mail van 28 november 2024 een ultimatum stelde, liet [gedaagde] per
e-mail van 29 november 2024 weten dat zij diezelfde dag een afspraak had bij de notaris om de volmacht te tekenen voor het passeren van de akte bijpandstelling. Toch ging [gedaagde] hier uiteindelijk niet toe over.
Besluit vergoeding buitengerechtelijke incassokostenniet van toepassing is, omdat de vorderingen van [eiseres] niet strekken tot betaling van een geldsom voortvloeiend uit een overeenkomst. Daarom moet worden getoetst aan de eisen zoals geformuleerd in het
Rapport Voorwerk II(en bijgesteld in het
Rapport BGK-Integraal). Die eisen houden in dat [eiseres] niet alleen moet stellen dat daadwerkelijk buitengerechtelijke kosten zijn gemaakt, maar ook dat die kosten zien op werkzaamheden die meer omvatten dan een enkele sommatie, het enkel doen van een schikkingsvoorstel of het inwinnen van (verhaals)inlichtingen.
5.De beslissing
binnen drie werkdagenna betekening van dit vonnis haar volledige en onvoorwaardelijke medewerking te verlenen aan het passeren van de akte van bijpandstelling, ten kantoren van
Schaap advocaten en notarissenin Rotterdam,