ECLI:NL:RBMNE:2025:3396
Rechtbank Midden-Nederland
- Proces-verbaal
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen besluit Dienst Toeslagen inzake kinderopvangtoeslag en gedupeerdenstatus in de toeslagenaffaire
In deze zaak heeft eiser, woonachtig in Duitsland, beroep ingesteld tegen een besluit van de Dienst Toeslagen, waarin hij niet als gedupeerde van de toeslagenaffaire werd aangemerkt. Eiser had verzocht om herbeoordeling van zijn recht op kinderopvangtoeslag op basis van de Wet herstel toeslagen (Wht). De Dienst Toeslagen voerde een 'lichte toets' uit, waaruit bleek dat eiser niet als gedupeerde kon worden aangemerkt en dus geen recht had op compensatie van € 30.000,- uit de Catshuisregeling. Eiser maakte bezwaar tegen dit besluit, maar de Dienst Toeslagen verklaarde dit bezwaar ongegrond na een integrale herbeoordeling op 17 september 2024. De rechtbank heeft op 4 juli 2025 het beroep behandeld en geconcludeerd dat eiser geen procesbelang heeft bij zijn beroep, omdat de integrale beoordeling de lichte toets heeft ingehaald. De rechtbank verklaarde het beroep niet-ontvankelijk, wat betekent dat de zaak niet inhoudelijk werd beoordeeld. Eiser krijgt geen griffierecht terug en ook geen vergoeding van proceskosten, omdat er geen procesbelang meer was op het moment van indienen van het beroep. De uitspraak werd gedaan door mr. I. Helmich, in aanwezigheid van griffier mr. M.L. Bressers.