Op 7 februari 2025 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke zaak tussen een eiser en de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. De eiser had op 12 december 2023 beroep ingesteld omdat de minister niet tijdig had beslist op zijn verzoek om informatie op basis van de Wet open overheid (Woo). De minister diende op 4 januari 2024 een verweerschrift in, waarop de eiser reageerde. De rechtbank oordeelde dat het niet tijdig beslissen door de minister gegrond was, omdat de eiser eerst een ingebrekestelling had moeten indienen. De rechtbank stelde vast dat de minister binnen vier weken op het verzoek moest beslissen, maar dat deze termijn was overschreden. De rechtbank bepaalde dat de minister binnen twee weken na de uitspraak alsnog een besluit moest nemen en dat hij een dwangsom van € 100,- per dag moest betalen voor elke dag dat deze termijn werd overschreden, met een maximum van € 15.000,-. Daarnaast werd de minister veroordeeld tot betaling van € 453,50 aan proceskosten aan de eiser en het griffierecht van € 184,-. De uitspraak werd openbaar gemaakt op 7 februari 2025, en de griffier was verhinderd om de uitspraak te ondertekenen.