ECLI:NL:RBMNE:2025:3099

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
16 april 2025
Publicatiedatum
27 juni 2025
Zaaknummer
C/16/573082 / HA RK 24-66
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Benoeming deskundige na uitspraak in deelgeschil en verzoek voorlopig deskundigenonderzoek met onenigheid over vraagstelling

In deze beschikking van de Rechtbank Midden-Nederland, uitgesproken op 16 april 2025, wordt de benoeming van een deskundige behandeld in het kader van een deelgeschil tussen de verzoeker en de verwerende partij, Inshared. De rechtbank had eerder op 5 februari 2025 al een uitspraak gedaan over het verzoek tot benoeming van deskundigen, waarbij het verzoek om een verzekeringsgeneeskundige te benoemen werd toegewezen, terwijl het verzoek om een arbeidsdeskundige werd afgewezen. Inshared kreeg de gelegenheid om te reageren op het advies van de medisch adviseur van de verzoeker, maar er ontstond onenigheid over de vraagstelling die aan de deskundige voorgelegd moest worden.

De rechtbank benoemt drs. H.J. Hullen als deskundige en legt de partijen op om de deskundige van alle relevante processtukken te voorzien. De rechtbank overweegt dat de vraagstelling aan de deskundige moet focussen op de functionele beperkingen van de verzoeker, waarbij eerdere rapporten van medisch specialisten als uitgangspunt dienen. De rechtbank wijst erop dat de verzekeringsgeneeskundige niet dezelfde vragen moet beantwoorden als de eerder ingeschakelde deskundigen, maar zich moet richten op de belastbaarheid van de verzoeker in het dagelijks leven en zijn werk. De rechtbank benadrukt ook het belang van het blokkeringsrecht van de verzoeker, dat inhoudt dat hij als eerste het conceptrapport van de deskundige moet ontvangen.

De beschikking bevat verder instructies voor de deskundige over de uitvoering van het onderzoek, de communicatie met de partijen en de rapportage. De rechtbank verklaart de beslissing over het voorschot voor de kosten van de deskundige uitvoerbaar bij voorraad, maar voor de overige beslissingen is hoger beroep niet mogelijk. De rechtbank wijst het meer of anders verzochte af.

Uitspraak

RECHTBANK Midden-Nederland

Civiel recht
Zittingsplaats Utrecht
Zaaknummer / rekestnummer: C/16/573082 / HA RK 24-66
Beschikking van 16 april 2025
in de zaak van
[verzoeker],
te [plaats 1] ,
verzoekende partij,
advocaat: mr. J.A.C. Bruin,
tegen
INSHARED,
te Leusden,
verwerende partij,
advocaat: mr. S.D. Palper.
Partijen worden hierna Inshared en [verzoeker] genoemd.

1.Het verdere verloop van de procedure

1.1.
In de beschikking van 5 februari 2025 heeft de rechtbank uitspraak gedaan in het deelgeschil tussen partijen (met zaak-rekestnummer C/16/579858 HA RK 24/153) en in deze zaak waar het gaat om het verzoek tot benoeming van deskundigen. Het verzoek van [verzoeker] tot het benoemen van een verzekeringsgeneeskundige is toegewezen; het verzoek tot benoeming van een arbeidsdeskundige is afgewezen in de beschikking. Vervolgens is Inshared in de gelegenheid gesteld om binnen twee weken een reactie te geven op het advies van de medisch adviseur van [verzoeker] van 23 augustus 2024, wat betreft de persoon van de deskundige en de aan de deskundige voor te leggen vragen.
1.2.
Bij akte van 18 februari 2025 heeft Inshared gereageerd. Uit de akte blijkt dat Inshared kan instemmen met het inschakelen van drs. H.J. Hullen. Verder legt Inshared in de akte uit waarom zij het niet eens is met de vraagstelling die [verzoeker] voorstelt. De rechtbank zal in 2.2 en verder ingaan op de bezwaren van Inshared.
1.3.
Nu volgt deze uitspraak.

2.De beoordeling

Deskundige
2.1.
Partijen zijn het er over eens (geworden) dat zij drs. H.J. Hullen, verzekeringsgeneeskundige, willen vragen het onderzoek uit te voeren. De griffier heeft daarom drs. Hullen via een e-mailbericht per Zivver benaderd en gevraagd of hij bereid is en het hem vrij staat om onderzoek te doen. Drs. Hullen heeft vervolgens telefonisch aangegeven bereid en in de gelegenheid te zijn het onderzoek te verrichten. De rechtbank zal daarom in deze beschikking drs. Hullen als deskundige benoemen.
te stellen vragen
2.2.
Partijen zijn het niet eens geworden over de aan de deskundige te stellen vragen. [verzoeker] heeft - kort gezegd - voorgesteld om de verzekeringsgeneeskundige te vragen hem op te roepen en op basis van onderzoek tot een vaststelling van belastbaarheid te komen en daarbij een Functionele Mogelijkhedenlijst te hanteren. Inshared is het daar niet mee eens en wil de IWMD vraagstelling voorleggen aan de verzekeringsgeneeskundige. [verzoeker] stelt dat alleen de vragen 1g en 2e relevant zijn voor het onderzoek van de verzekeringsgeneeskundige.
2.3.
Uit de akte die Inshared heeft genomen na de beschikking van 5 februari 2025 blijkt dat Inshared van mening is dat het vragen naar een Functionele Mogelijkheden Lijst en het voorleggen van alleen de vragen 1g en 2e van de IWMD-vraagstelling te beperkt is voor een verzekeringsgeneeskundig onderzoek. Inshared is - kort gezegd - van mening dat de IWMD-vraagstelling volledig aan de verzekeringsgeneeskundige voorgelegd moet worden zodat deze een eigen beeld van de situatie van [verzoeker] kan vormen. Volgens Inshared worden de specifieke systemen van het UWV, de FML en de CBBS, minder gebruikt in de civielrechtelijke schaderegeling en meer in het kader van de beoordeling voor de sociale wetgeving. Tot slot is de volledige IWMD-vraagstelling volgens Inshared ook van belang om partijen voldoende in zicht te geven in de overwegingen van de verzekeringsgeneeskundige om te komen tot de beperkingen.
2.4.
De rechtbank overweegt als volgt wat betreft de vraagstelling. De eerder betrokken deskundigen (MKA-chirurg, neuroloog en psychiater) zijn benoemd om de klachten van [verzoeker] te objectiveren, de gezondheidsschade in kaart te brengen en/of een diagnose te stellen. Met die medische informatie in ogenschouw genomen kan een verzekeringsarts aangeven of en zo ja in hoeverre [verzoeker] beperkt en verminderd belastbaar is voor zijn werk/beroep en in het dagelijks leven (huishouden, zelfwerkzaamheid). Aan de verzekeringsgeneeskundige wordt gevraagd een zogenoemd beperkingen- en belastbaarheidsprofiel op te stellen. Een verzekeringsarts zal daarvoor een zogenoemde FML maken: een Functionele Mogelijkheden Lijst. Naar het oordeel van de rechtbank zou het voorleggen van de (volledige) IWMD-vraagstelling aan de verzekeringsgeneeskundige er toe leiden dat hij zou overdoen wat de medisch specialisten, de eerder ingeschakelde deskundigen, al hebben gedaan en wat hun terrein is. Het is nu juist van belang dat de verzekeringsgeneeskundige vaststelt wat de klachten, de gezondheidsschade en/of de diagnose betekent voor de belastbaarheid voor zijn werk en in het dagelijks leven.
De medisch adviseur van [verzoeker] heeft nog aangegeven dat de vragen 1g en 2e van de IWMD-vraagstelling wel aan de verzekeringsgeneeskundige voorgelegd kunnen worden. Naar het oordeel van de rechtbank is dat niet nodig, omdat de inhoud van deze vragen al terugkomt in de vraagstelling zoals die nu aan de verzekeringsgeneeskundige voorgelegd zal worden (zie hierna in overweging 2.6).
2.5.
Voor de vraagstelling aan de deskundige is verder nog het volgende belang. In het kader van het deelgeschil heeft de rechtbank op 5 februari 2025 geoordeeld dat er geen zwaarwegende en steekhoudende bezwaren zijn om te beslissen dat de onafhankelijke deskundigenrapporten van dr. [A] en dr. [B] partijen niet zouden binden. Dat betekent dat de verzekeringsgeneeskundige deze rapporten, en ook het rapport van MKA-chirurg [C] , als uitgangspunt moet nemen bij het vaststellen van de beperkingen en de belastbaarheid van [verzoeker] .
2.6.
Gelet op het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat de vraagstelling aan de verzekeringsarts als volgt moet luiden:
1. Wilt u [verzoeker] oproepen voor een gesprek en aan de hand van het rapport van
8 november 2021 van MKA-chirurg [C] , het rapport van 28 maart 2022 van neuroloog dr. [A] en het rapport van 27 juni 2023 van psychiater dr. [B] , de functionele beperkingen van [verzoeker] omschrijven en de belastbaarheid neerleggen in een belastbaarheidsprofiel (een Functionele Mogelijkheden Lijst), een en ander ten behoeve van arbeidsdeskundig onderzoek?
2. Zijn er nog andere punten die u naar voren wilt brengen waarvan de rechtbank volgens u kennis moet nemen bij de verdere beoordeling?
stukken voor de deskundige(n)
2.7.
De rechtbank zal bepalen dat partijen de deskundige voorzien van de processtukken en dat de griffier een kopie van deze beschikking aan de deskundige toestuurt. De rechtbank gaat ervan uit dat partijen de deskundige inzage zullen geven in alle bescheiden die hij voor de uitvoering van de opdracht van belang acht.
blokkeringsrecht
2.8.
De rechtbank overweegt ambtshalve dat nu het onderzoek door de deskundige een medisch onderzoek is waarvoor geen geneeskundige behandelingsovereenkomst bestaat, [verzoeker] het inzage- en blokkeringsrecht heeft als bedoeld in artikel 7:464 lid 2 sub b van het Burgerlijk Wetboek (BW). Dit betekent dat [verzoeker] als eerste het conceptrapport van de deskundige moet ontvangen en vervolgens, als bij dat rapport het blokkeringsrecht niet is uitgeoefend, ook als eerste het definitieve rapport van de deskundige moet ontvangen. De deskundige zal daarom moeten handelen als hierna in de beslissing is opgenomen. De rechtbank wijst er bovendien op dat als [verzoeker] van het blokkeringsrecht gebruik maakt de rechtbank daaraan de conclusies kan verbinden die zij passend vindt.
voorschot
2.9.
In overweging 3.3.4 van de beschikking van 5 februari 2025 heeft de rechtbank al bepaald dat Inshared het voorschot voor de kosten van de deskundige moet betalen. Dit zal in de beslissing worden opgenomen.
instructies
2.10.
De rechtbank wijst erop dat partijen wettelijk verplicht zijn om mee te werken aan het onderzoek door de deskundige. De rechtbank zal deze verplichting uitwerken zoals nader onder de beslissing omschreven. Voldoet een partij niet aan een van deze verplichtingen, dan kan de rechtbank in het nadeel van die partij beslissen.
2.11.
Als een partij op verzoek van de deskundige of op eigen initiatief contact heeft met
de deskundige, moet dat schriftelijk gebeuren. Die schriftelijke opmerkingen en verzoeken
aan de deskundige moet hij dan ook meteen in kopie aan de andere partij sturen.
tot slot
2.12.
Omdat Inshared een advocaat heeft, hoeft [verzoeker] haar geen kopie van deze uitspraak toe te sturen zoals in artikel 206 Wetboek van Rechtsvordering (oud) staat, dat doet de griffier van de rechtbank.
uitvoerbaar bij voorraad
2.13.
[verzoeker] vraagt de rechtbank de beschikking uitvoerbaar bij voorraad te verklaren. De rechtbank verklaart de beslissing over het voorschot uitvoerbaar bij voorraad. Voor het overige doet de rechtbank dat niet omdat tegen een beschikking over voorlopige bewijsverrichtingen in principe geen hoger beroep kan worden ingesteld. Dat volgt uit artikel 200 lid 2 Rv.

3.De beslissing

De rechtbank:
deskundigenonderzoek
3.1.
beveelt een
verzekeringsgeneeskundig onderzoekdoor de deskundige ter beantwoording van de vragen die zijn opgenomen onder punt 2.6,
3.2.
benoemt tot deskundige ter beantwoording van deze vragen:
Drs. H.J. Hullen
[adres]
[postcode] [plaats 2]
[e-mailadres]
[telefoonnummer]
kosten
3.3.
bepaalt met het oog op de vaststelling van het voorschot voor de kosten van de deskundige het volgende:
- de deskundige moet
binnen drie wekenna de datum van deze beschikking een begroting van zijn kosten opgeven aan de rechtbank, met een specificatie van het aantal uren, het uurtarief en de overige kosten,
- de griffie zal die opgave van de deskundige aan partijen toesturen,
- partijen kunnen
binnen twee wekendaarna bij de rechtbank schriftelijk bezwaar maken tegen de begroting,
- als niet op tijd bezwaar wordt gemaakt, wordt het voorschot voor de kosten van de deskundige nu alvast bepaald op het door de deskundige te begroten bedrag,
- als wel op tijd bezwaar wordt gemaakt, zal de rechtbank een beslissing nemen over de hoogte van het voorschot,
3.4.
bepaalt dat Inshared het bedrag van het voorschot ter griffie moet deponeren
binnen twee wekennadat zij een daartoe strekkend betalingsverzoek van de griffie heeft ontvangen,
3.5.
draagt de griffier op om de deskundige onmiddellijk in kennis te stellen van de betaling van het voorschot,
3.6.
verklaart de beslissing over het voorschot uitvoerbaar bij voorraad,
3.7.
wijst de deskundige erop dat hij het onderzoek onmiddellijk moet te staken en contact moet op te nemen met de griffie, indien tijdens de uitvoering van de werkzaamheden het voorschot niet toereikend blijkt te zijn,
de werkwijze van de deskundige
3.8.
draagt de deskundige op een schriftelijk, ondertekend en met redenen omkleed bericht op te stellen en dat hij dit bericht, behalve in het geval [verzoeker] het blokkeringsrecht uitoefent,
binnen drie maandenna de datum van deze beschikking zal inleveren ter griffie van deze rechtbank,
3.9.
bepaalt dat de deskundige niet met zijn werkzaamheden behoeft te beginnen voordat hij van de griffie van de rechtbank bericht heeft ontvangen dat het voorschot is gedeponeerd,
3.10.
schrijft de deskundige voor dat hij bij zijn onderzoek partijen in de gelegenheid moet stellen opmerkingen te maken en verzoeken te doen, en dat uit het schriftelijk bericht van de deskundige moet blijken of aan dit voorschrift is voldaan, terwijl in het bericht tevens melding moet worden gemaakt van de inhoud van zodanige opmerkingen en verzoeken,
3.11.
bepaalt dat de deskundige een concept van het rapport eerst aan [verzoeker] zal toezenden en dat hij schriftelijk aan Inshared zal laten weten dat hij het concept-rapport aan [verzoeker] heeft gezonden,
3.12.
bepaalt dat de deskundige, indien [verzoeker] het blokkeringsrecht niet binnen veertien dagen, of een door partijen nader overeen te komen termijn, heeft uitgeoefend, zijn concept-rapport vervolgens aan Inshared zal toezenden,
3.13.
bepaalt dat de deskundige partijen vervolgens in de gelegenheid zal stellen opmerkingen over het concept te maken en dat hij in zijn rapport moet vermelden of aan dit voorschrift is voldaan en waaruit die opmerkingen bestaan, alsmede zijn reactie daarop,
3.14.
bepaalt dat de deskundige zijn definitieve rapport eerst aan [verzoeker] zal toezenden en dat hij schriftelijk aan Inshared zal laten weten dat hij het definitieve rapport aan [verzoeker] heeft gezonden,
3.15.
bepaalt dat de deskundige, indien [verzoeker] het blokkeringsrecht niet binnen veertien dagen, of een door partijen nader overeen te komen termijn, heeft uitgeoefend, zijn definitieve rapport vervolgens aan de rechtbank zal toezenden, met afschrift aan Inshared,
3.16.
bepaalt dat de deskundige, indien [verzoeker] het blokkeringsrecht heeft uitgeoefend, daarvan schriftelijk bericht zal geven aan de rechtbank, met afschrift aan Inshared,
3.17.
bepaalt dat de deskundige bij zijn rapport een gespecificeerde einddeclaratie zal voegen,
3.18.
verzoekt de deskundige om de landelijke Leidraad deskundigen op www.rechtspraak.nl te raadplegen,
de overige beslissingen
3.19.
draagt de griffier op een afschrift van deze beschikking toe te zenden aan de deskundige,
3.20.
bepaalt dat de verdere processtukken van deze procedure binnen één week na de datum van deze beschikking aan de deskundige moeten worden toegezonden door partijen,
3.21.
wijst het meer of anders verzochte af.
Deze beschikking is gegeven door mr. M.H. Erich en in het openbaar uitgesproken op
16 april 2025.