Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING
2.VORDERING
€ 138.211,33 x 0,8=)
€ 70.834,51 x 0,8=) € 56.667,61.
3.BEOORDELING VAN DE VORDERING
‘we kunnen er 5 leveren tegen 32’ (…) ‘Schoon geven ze 34’. [7] ‘32’en
‘34’correspondeert met de verkoopprijs die [medeveroordeelde] noemt, te weten € 3.200,- tot € 3.400,- per kilo. [8] De rechtbank acht het aannemelijk geworden dat met het
‘aanleveren’van
‘5’wordt bedoeld dat de oogst in augustus 2017 slechts 5 kilo bedroeg.
753 planten x € 4,50=) € 3.388,50 per oogst.
(€ 3,88 per stek x 753 planten =) € 2.921,64 per oogst. Dit bedrag is ook niet door de verdediging betwist.
‘half april & mei’. De rechtbank ziet dat in deze notitie een kostenpost van € 9.000,- in mindering wordt gebracht voordat de winst tussen [medeveroordeelde] en veroordeelde werd verdeeld. [9]
dames’. [10] Daarnaast is in de telefoon van de veroordeelde een notitie aangetroffen over de kosten en de verdeling van de winst in
‘half april & mei’. Hierin worden ook kosten gerekend voor de
‘dames’. [11] De rechtbank gaat voor de berekening van de kosten van de knippers in het voordeel van veroordeelde uit van de standaardnorm uit het rapport van het Functioneel Parket Afpakken van 1 juni 2016 van € 2,- per plant. Dit is hoger dan het bedrag dat volgens de verdediging zou zijn betaald voor het knippen van de hennep. De totale kosten voor het knippen zijn dan per oogst: (
753 planten x € 2,- =) € 1.506,-.
6 x € 35.533,86 - € 766,14 =)€ 212.437,06.
€ 213.203,20 x 1/3 =) € 71.067,72.
(€ 71.067,72 x 0,8=) € 56.854,18.
4.TOEGEPAST WETSARTIKEL
5.BESLISSING
€ 56.854,18aan de staat ter ontneming van het wederrechtelijk verkregen voordeel;