Uitspraak
1.De procedure
2.De kern van de zaak
3.De beoordeling
Huurder zal het gehuurde gedurende de huurtijd zelf als woonruimte voor hem en leden van zijn huishouden bewonen en er zijn hoofdverblijf hebben.’ Volgens Centrada volgt uit de verschillende huisbezoeken en het uitgevoerde buurtonderzoek dat [gedaagde] niet zijn hoofdverblijf in de woning heeft. [gedaagde] heeft dit gemotiveerd betwist.
Het is de huurder uitsluitend met voorafgaande schriftelijke toestemming van Centrada toegestaan het gehuurde geheel of gedeeltelijk onder te verhuren of aan derden in gebruik te geven.’ [gedaagde] heeft namelijk de woning in gebruik gegeven aan zijn nicht, haar dochter en de vriend van haar nicht. [gedaagde] heeft dit niet betwist, zodat vaststaat dat [gedaagde] tekortgeschoten is in de nakoming van zijn verplichting uit artikel 6.5 van het huurreglement.