ECLI:NL:RBMNE:2025:2998
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing vordering tot tenuitvoerlegging van voorwaardelijke straf en wijziging bijzondere voorwaarden
Op 16 juni 2025 heeft de politierechter van de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in de zaak tegen een veroordeelde, die eerder was veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van vier weken met bijzondere voorwaarden. De officier van justitie had een vordering ingediend tot tenuitvoerlegging van deze voorwaardelijke straf, omdat de veroordeelde zich niet aan de bijzondere voorwaarden had gehouden. De rechtbank heeft de vordering tot tenuitvoerlegging afgewezen, omdat de reclassering had aangegeven dat de bijzondere voorwaarden niet toereikend waren en dat verdere begeleiding niet mogelijk was. De rechtbank heeft vastgesteld dat de veroordeelde, ondanks eerdere interventies, bleef recidiveren en grensoverschrijdend gedrag vertoonde. De reclassering had geen vertrouwen in de effectiviteit van de bijzondere voorwaarden en stelde dat detentie niet zou bijdragen aan gedragsverandering. De rechtbank heeft besloten de bijzondere voorwaarden te wijzigen door deze geheel te laten vervallen, waardoor de reclassering niet langer belast is met het toezicht op de veroordeelde. De rechtbank benadrukte dat het voorkomen van recidive voorop staat en dat de huidige situatie niet bijdraagt aan de veiligheid van de reclasseringsmedewerkers. De beslissing is genomen in het belang van zowel de veroordeelde als de maatschappij.