ECLI:NL:RBMNE:2025:2891
Rechtbank Midden-Nederland
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Afwijzing wrakingsverzoek tegen rechter in familierechtelijke procedure
Op 5 juni 2025 heeft de wrakingskamer van de Rechtbank Midden-Nederland het wrakingsverzoek van verzoeker afgewezen. Verzoeker had op 9 mei 2025 mr. M. Weistra gewraakt, die betrokken was bij de behandeling van twee zaken met betrekking tot de ondertoezichtstelling van zijn zoon en de omgangsregeling. Het wrakingsverzoek werd behandeld op 22 mei 2025, waarbij verzoeker en de rechter aanwezig waren. Verzoeker verliet de zitting na het indienen van zijn schriftelijke toelichting, waarna de wrakingskamer de behandeling voortzette zonder verzoeker.
De wrakingskamer beoordeelde of de door verzoeker aangevoerde gronden voor de wraking voldoende onderbouwd waren. Verzoeker stelde dat de rechter partijdig was en samenwerkte met Samen Veilig Midden-Nederland, wat leidde tot belangenverstrengeling en schending van mensenrechten. De rechter ontkende deze beschuldigingen en stelde dat zij geen persoonlijk belang had in de zaak. De wrakingskamer concludeerde dat verzoeker zijn beschuldigingen niet had onderbouwd en dat er geen aanwijzingen waren voor partijdigheid van de rechter.
De wrakingskamer verklaarde verzoeker niet-ontvankelijk in zijn wrakingsverzoek voor de zaak met nummer C/16/591423 / JL RK 25-252 en wees het wrakingsverzoek voor de zaak met nummer C/16/591427 / JL RK 24-253 af. De procedure in deze laatste zaak moet worden voortgezet in de stand waarin deze zich bevond op het moment van de schorsing. De beslissing is openbaar uitgesproken en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.