Op 4 februari 2025 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in een zaak tussen eiseres, een Belgische, en de Dienst Toeslagen. Eiseres had op 14 maart 2023 een aanvraag ingediend voor herbeoordeling van haar kinderopvangtoeslag, maar de Dienst Toeslagen had niet tijdig beslist. Eiseres stelde dat de beslistermijn was overschreden en heeft op 16 december 2024 beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit. De rechtbank heeft vastgesteld dat de beslistermijn inderdaad is overschreden en dat eiseres correct in beroep is gegaan. De rechtbank oordeelde dat de Dienst Toeslagen alsnog een besluit moet nemen, met een termijn van uiterlijk 25 maart 2025 voor het doen van een vooraankondiging. Tevens is er een dwangsom van € 50,- per dag opgelegd voor elke dag dat de Dienst Toeslagen de termijnen overschrijdt, met een maximum van € 15.000,-. Eiseres heeft recht op vergoeding van de proceskosten, die zijn vastgesteld op € 453,50, en het door haar betaalde griffierecht van € 51,- moet ook worden vergoed. De uitspraak is openbaar uitgesproken en partijen zijn geïnformeerd over hun recht om in beroep te gaan bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.