Uitspraak
1.[gedaagde sub 1] ,
2.
[gedaagde sub 2],
1.De procedure
- de conclusie van antwoord in conventie en van eis in reconventie;
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak gaat het om een huurgeschil tussen [eiser] en [gedaagden c.s.] over een tijdelijke huurovereenkomst voor woonruimte. De huurovereenkomst, die op 31 oktober 2023 eindigde, leidde tot onduidelijkheid over de voortzetting van de huur. Na de einddatum hebben partijen gesproken over een mogelijke verlenging, maar de kantonrechter oordeelt dat er geen stilzwijgende verlenging heeft plaatsgevonden. [Eiser] vordert ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming vanwege huurachterstand, terwijl [gedaagden c.s.] in reconventie betaling van de waarborgsom en schadevergoeding vordert. De kantonrechter wijst de vorderingen van [gedaagden c.s.] af en oordeelt dat de huurovereenkomst is geëindigd. [Eiser] krijgt gelijk in zijn vorderingen tot ontruiming en betaling van gebruiksvergoeding en proceskosten. De kantonrechter verklaart het vonnis uitvoerbaar bij voorraad.