ECLI:NL:RBMNE:2025:162
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens niet-betaling griffierecht
Op 27 januari 2025 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in de zaak tussen eiser, woonachtig in [woonplaats], en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Lelystad. Eiser had beroep aangetekend tegen een besluit van verweerder, maar de rechtbank kon de zaak niet inhoudelijk behandelen omdat eiser het griffierecht van € 187 niet had betaald. De rechtbank heeft partijen niet uitgenodigd voor een zitting, aangezien dit in deze zaak niet nodig was.
Volgens artikel 8:41, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) is het verplicht om griffierecht te betalen bij het indienen van een beroep. De rechtbank heeft eiser op 3 december 2024 een aangetekende brief gestuurd met de mededeling dat het griffierecht binnen twee weken betaald moest worden. Aangezien de rechtbank het bedrag niet heeft ontvangen en eiser geen geldige reden heeft gegeven voor de niet-betaling, kon de rechtbank het beroep niet inhoudelijk behandelen.
De rechtbank heeft geconcludeerd dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is op basis van artikel 8:54 Awb. Eiser krijgt geen gelijk en er wordt geen vergoeding van proceskosten toegekend. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 27 januari 2025 door mr. R.C. Moed, rechter, in aanwezigheid van L. El Kabch, griffier.