In deze zaak heeft de oorspronkelijk eiser, [opposant], gesteld dat de oorspronkelijk gedaagde, [geopposeerde], een bedrag aan hem verschuldigd is op basis van een leningsovereenkomst. De kantonrechter heeft in een tussenvonnis van 5 februari 2025 het voornemen geuit om een handschriftdeskundige te benoemen om te onderzoeken of de handtekening op de leningsovereenkomst van [geopposeerde] afkomstig is. In het tussenvonnis is het deskundigenonderzoek bevolen en zijn de vragen daarvoor vastgesteld. Partijen zijn in de gelegenheid gesteld om zich uit te laten over de voorgenomen deskundige en het voorschot. Beide partijen hebben ingestemd met het voornemen van de kantonrechter om een handschriftdeskundige te benoemen. De kantonrechter heeft de heer ing. C. Verhulst voorgesteld als deskundige, die zich bereid heeft verklaard het onderzoek uit te voeren. De kosten voor het deskundigenonderzoek komen voorlopig voor rekening van [geopposeerde], omdat hij de bewijslast heeft. Partijen worden in de gelegenheid gesteld om zich uit te laten over de benoeming van de deskundige en de hoogte van het voorschot. De zaak is aangehouden voor verdere beslissingen.