Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
Strafrecht
Zittingsplaats Lelystad
Parketnummers: 16.706563.16; 16.659660.17 (gev. ttz); 16.705471.16 (gev. ttz)
Vonnis van de meervoudige kamer van 27 maart 2025
in de strafzaak tegen
[verdachte] ,
geboren op [1985] te [geboorteplaats] ,
wonende [adres] te [woonplaats] ,
hierna te noemen: verdachte.
hierna te noemen: verdachte.
1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING
Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen van 11 februari en 27 maart 2025.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering en standpunten van de officier van justitie, mr. B.C. Niks, en van wat verdachte en zijn raadsman, mr. G.I. Roos, advocaat te Almere, naar voren hebben gebracht.
2.INLEIDING
2.1
De tenlastelegging
De rechtbank nummert de bij de dagvaardingen met de parketnummers 16.706563.16, 16.659660.17 en 16.705471.16 ten laste gelegde feiten respectievelijk als de feiten 1 t/m 8.
De tenlastelegging is op de zitting van 16 oktober 2024 gewijzigd. De gewijzigde tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt erop neer dat verdachte:
1.
primair: in de periode van 1 juni 2016 tot en met 13 februari 2017 in Almere met anderen stoffen en voorwerpen heeft verstrekt en/of voorhanden heeft gehad, waarvan hij wist of ernstige reden had te vermoeden dat deze bestemd waren voor professionele of grootschalige hennepteelt;
primair: in de periode van 1 juni 2016 tot en met 13 februari 2017 in Almere met anderen stoffen en voorwerpen heeft verstrekt en/of voorhanden heeft gehad, waarvan hij wist of ernstige reden had te vermoeden dat deze bestemd waren voor professionele of grootschalige hennepteelt;
subsidiair: in de periode van 1 juni 2016 tot en met 13 februari 2017 in Almere met anderen feitelijk leiding heeft gegeven aan V.O.F. [VOF] , die stoffen en voorwerpen heeft verstrekt en/of voorhanden heeft gehad, waarvan zij wist of ernstige reden had te vermoeden dat deze bestemd waren voor professionele of grootschalige hennepteelt;
2.
op 13 februari 2017 in Almere met anderen een ‘jammer’ (verstoorder) aanwezig heeft gehad, zonder vergunning zoals bedoeld in de Telecommunicatiewet;
op 13 februari 2017 in Almere met anderen een ‘jammer’ (verstoorder) aanwezig heeft gehad, zonder vergunning zoals bedoeld in de Telecommunicatiewet;
3.
primair: op 13 februari 2017 in Almere met anderen geneesmiddelen in het handelsverkeer heeft gebracht, zonder handelsvergunning;
primair: op 13 februari 2017 in Almere met anderen geneesmiddelen in het handelsverkeer heeft gebracht, zonder handelsvergunning;
subsidiair: op 13 februari 2017 in Almere met anderen opzettelijk heeft gehandeld in geneesmiddelen en deze in voorraad heeft gehad, zonder handelsvergunning;
4.
op 13 februari 2017 in Almere met anderen ruim 13 kilogram hennep heeft geteeld dan wel opzettelijk aanwezig heeft gehad;
op 13 februari 2017 in Almere met anderen ruim 13 kilogram hennep heeft geteeld dan wel opzettelijk aanwezig heeft gehad;
5.
op 15 september 2013 in Almere opzettelijk ongeveer 218 hennepplanten heeft geteeld;
op 15 september 2013 in Almere opzettelijk ongeveer 218 hennepplanten heeft geteeld;
6.
in de periode van 1 maart tot en met 15 september 2013 in Almere stroom heeft gestolen;
in de periode van 1 maart tot en met 15 september 2013 in Almere stroom heeft gestolen;
7.
primair: op 25 februari 2015 in Almere met (een) ander(en), in de uitoefening van zijn beroep of bedrijf, opzettelijk ongeveer 584 hennepplanten heeft geteeld;
primair: op 25 februari 2015 in Almere met (een) ander(en), in de uitoefening van zijn beroep of bedrijf, opzettelijk ongeveer 584 hennepplanten heeft geteeld;
subsidiairten laste gelegd als het medeplichtig zijn hieraan;
8.
in de periode van 1 september 2013 tot en met 25 februari 2015 in Almere stroom heeft gestolen.
in de periode van 1 september 2013 tot en met 25 februari 2015 in Almere stroom heeft gestolen.
2.2
Het afdoeningsvoorstel en de beoordeling
Op 18 september 2019 stond de zaak voor het eerst op zitting. De inhoudelijke behandeling is destijds bepaald op 15 april 2020. Die heeft echter toen niet plaatsgevonden wegens de coronapandemie. Nadien is de zaak niet opnieuw ingepland. Gelet op het tijdsverloop heeft het Openbaar Ministerie (OM) in november 2020 de verdediging in overweging gegeven om procesafspraken te maken. De correspondentie tussen het OM en de verdediging is vervolgens gestokt.
Uiteindelijk hebben het OM en verdachte op 27 januari 2025 procesafspraken gemaakt met betrekking tot de afdoening van de strafzaak en hebben partijen naar aanleiding daarvan een overeenkomst gesloten.
De afspraken, die aan de rechtbank zijn voorgelegd, houden concreet het volgende in:
- er worden door de verdediging geen onderzoekswensen ingediend;
- het instellen van hoger beroep door de verdediging en het OM blijft achterwege, indien de rechtbank tot een bewezenverklaring en strafoplegging conform deze procesafspraken komt;
- er worden door de verdediging geen bewijs- en beslagverweren gevoerd;
- verdachte is aanwezig op de inhoudelijke behandeling;
- verdachte hoeft geen (nadere) verklaring af te leggen;
- verdachte doet afstand van de in een bijlage genoemde in beslag genomen goederen;
- het OM zal rekwireren tot een bewezenverklaring en kwalificatie van de feiten overeenkomstig de procesafspraken;
- het OM zal rekwireren dat verdachte schuldig wordt bevonden, zonder dat er straf aan hem wordt opgelegd, zoals bedoeld in artikel 9a van het Wetboek van Strafrecht.
Gelet op het feit dat verdachte in de procesafspraken afstand doet van bepaalde aan hem toekomende verdedigingsrechten, dient de rechtbank te onderzoeken of is voldaan aan de eisen van het recht op een eerlijk proces zoals vermeld in artikel 6 van het Europees Verdrag van de Rechten van de Mens, alvorens zij deze afspraken in overweging kan nemen.
Tijdens de inhoudelijke behandeling op 11 februari 2025 zijn de bovenstaande procesafspraken met verdachte besproken. Daarbij heeft de rechtbank getoetst of verdachte begreep wat de gemaakte afspraken inhielden en welke gevolgen deze voor hem en de afdoening van zijn strafzaak konden hebben. Verdachte heeft ter terechtzitting uitdrukkelijk bevestigd dat hij op basis van voldoende en duidelijke informatie vrijwillig de keuze heeft gemaakt om in te stemmen met de procesafspraken en zich bewust is geweest van de inhoud, de procedure en de rechtsgevolgen daarvan. Daarbij heeft hij zich door zijn raadsman laten adviseren.
De rechtbank ziet dan ook geen reden om de inhoud van de procesafspraken niet bij haar oordeel te betrekken.
Zowel bij het onderzoek ter terechtzitting als in dit vonnis heeft de beantwoording van de vragen van artikel 348 en 350 van het Wetboek van Strafvordering (Sv) centraal gestaan. Bij het bepalen van de straf en de motivering daarvan zal de inhoud en doorwerking van de procesafspraken worden besproken.
3.VOORVRAGEN
Voordat de rechtbank een inhoudelijke beslissing kan nemen, moet zij eerst de in de wet gestelde voorvragen beantwoorden, namelijk: of de dagvaarding geldig is, de rechtbank bevoegd is tot kennisneming van het tenlastegelegde, de officier van justitie ontvankelijk is in de vervolging van verdachte en of er redenen zijn voor schorsing van de vervolging. De eerste drie vragen beantwoordt de rechtbank bevestigend. Daarnaast zijn er geen redenen voor schorsing van de vervolging. De rechtbank kan dan ook verder gaan met de inhoudelijke beoordeling.
4.WAARDERING VAN HET BEWIJS
4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht – overeenkomstig de procesafspraken – het onder 1 primair, 2, 3 subsidiair, 4, 5, 6 en 7 primair tenlastegelegde wettig en overtuigend te bewijzen. Van het onder 3 primair en 8 tenlastegelegde moet verdachte worden vrijgesproken.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft, conform de procesafspraken, geen bewijsverweer gevoerd.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
4.3.1
De bewijsmiddelen
Indien hoger beroep wordt ingesteld, zullen de bewijsmiddelen worden uitgewerkt en opgenomen in een bijlage die aan het vonnis zal worden gehecht.
4.3.2
Bewijsoverwegingen ten aanzien van het onder 1 t/m 4 tenlastegelegde
Ten aanzien van het onder 1 t/m 4 tenlastegelegde heeft verdachte zich op zijn zwijgrecht beroepen.
De rechtbank overweegt ten aanzien van deze ten laste gelegde feiten als volgt.
Feiten 1 en 4
Naar aanleiding van TCI-informatie is er een onderzoek gestart naar V.O.F. [VOF] en de daarbij betrokken personen. Het onderzoek liep van medio 2016 tot begin 2017. Het vermoeden bestond dat de vennootschap een dekmantel was voor de handel in goederen bestemd voor hennepteelt.
Uit tapgesprekken, gevoerd door onder meer verdachte – de zoon van één van de twee vennoten van [VOF] en de broer van de andere vennoot – volgt dat [VOF] goederen heeft besteld die worden gebruikt voor hennepteelt. Zo zijn er assimilatielampen, knipscharen, droognetten en koolstoffilters aangekocht. Daarnaast is uit observaties gebleken dat het bedrijf regelmatig werd bezocht door auto’s waarvan de tenaamgestelden of hun huisgenoten antecedenten hadden op het gebied van de Opiumwet.
Op 13 februari 2017 heeft er een doorzoeking plaatsgevonden in twee bedrijfspanden die kunnen worden gekoppeld aan [VOF] . Bij de doorzoeking van de [adres] in [woonplaats] is verdachte samen met onder meer medeverdachte [medeverdachte 1] , vennoot van [VOF] en broer van verdachte, in het pand aangetroffen. Beide verdachten hebben verklaard dat ze in het pand aan het werk waren. Verder zijn in het pand grote hoeveelheden goederen aangetroffen die gerelateerd zijn aan hennepteelt. Daarnaast is er in een verborgen ruimte van het pand ruim dertien kilogram hennep gevonden. In die ruimte zijn tevens weegschalen, strijkzakken, een lamineerapparaat en een luchtafvoersysteem aangetroffen.
Ook in het andere bedrijfspand dat aan [VOF] kan worden gekoppeld, aan de [adres] in [woonplaats] , wordt een grote hoeveelheid hennep gerelateerde goederen aangetroffen.
De rechtbank concludeert op basis van het voorgaande dat de bedrijfsvoering van [VOF] op (producten gerelateerd aan) hennep(teelt) gericht was. Verdachte was als werknemer onderdeel van het bedrijf en was op de dag van de doorzoeking aanwezig in het bedrijfspand aan de [adres] .
De rechtbank oordeelt dat er sprake is van medeplegen ten aanzien van de onder 1 primair en 4 ten laste gelegde hennepfeiten. Uit afgeluisterde telefoongesprekken is gebleken dat, behalve verdachte, ook andere personen van [VOF] zich bezighielden met de bedrijfsvoering aangaande hennep. De opzet hiervan had een bedrijfsmatig karakter. Toen de doorzoeking plaatsvond waren ook meerdere personen aanwezig. Naar het oordeel van de rechtbank kan het onder 1 primair en 4 tenlastegelegde daarom wettig en overtuigend worden bewezen.
Feit 2
Ten aanzien van feit 2, het aanwezig hebben van de ‘jammer’, stelt de rechtbank vast dat deze in een kantoor van het bedrijfspand aan de [adres] is aangetroffen. Verdachte was dan weliswaar geen vennoot, maar wel werkte hij bij het bedrijf en was ook aanwezig in het pand toen de politie het pand wilde doorzoeken. De rechtbank komt daarom tot een bewezenverklaring van het medeplegen van het aanwezig hebben van de ‘jammer’, zoals onder 2 ten laste is gelegd.
Feit 3
Ook zijn bij de doorzoeking van het pand aan de [adres] twaalf spuiten Genotropin –waarvoor een vergunning verplicht is – aangetroffen. De politie vond deze in een koelkast in een kantoorruimte. Verder zijn in een andere kantoorruimte andersoortige geneesmiddelen aangetroffen, deels in ampullen, waarbij ook een briefje werd gevonden met daarop de namen ‘ [medeverdachte 1] ’ en ‘ [verdachte] ’ geschreven en daaronder benamingen van verschillende geneesmiddelen. In de auto van medeverdachte [medeverdachte 1] , die voor het bedrijfspand geparkeerd stond, zijn ook twee ampullen aangetroffen. Gelet op deze vondst en gezien het feit dat het bedrijfspand door [medeverdachte 1] werd gehuurd, koppelt de rechtbank de naam ‘ [medeverdachte 1] ’ op het briefje aan medeverdachte [medeverdachte 1] . Ook concludeert de rechtbank dat verdachte de ‘ [verdachte] ’ op het briefje moet zijn, nu verdachte bij zijn broer [medeverdachte 1] werkte en ook in het bedrijfspand kwam. Daaruit volgt naar het oordeel van de rechtbank dat verdachte samen met medeverdachte [medeverdachte 1] de in het pand aangetroffen geneesmiddelen in voorraad heeft gehad. Dit geldt daarmee ook voor de aangetroffen twaalf spuiten Genotropin, die onder feit 3 ten laste zijn gelegd. Niet kan worden bewezen dat verdachte deze geneesmiddelen in het handelsverkeer heeft gebracht, zoals onder 3 primair ten laste is gelegd. Het onder 3 subsidiair tenlastegelegde, te weten het medeplegen van het in voorraad hebben van de betreffende geneesmiddelen, zonder daarvoor een vergunning te hebben, kan wel wettig en overtuigend bewezen worden.
4.3.3
Bewijsoverwegingen ten aanzien van het onder 5 en 6 tenlastegelegde
Feiten 5 en 6
Over de hennepteelt en diefstal van stroom in 2013 in zijn eigen woning heeft verdachte een bekennende verklaring afgelegd. Gelet hierop, in combinatie met het aantreffen van de hennepplantage in de woning en de aangifte van Liander N.V. van de diefstal van stroom, oordeelt de rechtbank dat het onder 5 en 6 tenlastegelegde wettig en overtuigend is bewezen.
4.3.3
Bewijsoverwegingen ten aanzien van het onder 7 en 8 tenlastegelegde
De rechtbank overweegt ten aanzien van deze feiten als volgt.
Feit 7
Verdachte wordt op 25 februari 2015 in de woning aan de [adres] te [woonplaats] aangetroffen. Hij heeft verklaard dat de woning van een kennis van hem is en dat hij die kennis in 2015 heeft geholpen met hennepteelt, door een paar keer op dat adres te controleren of het goed ging met de planten. Dit alles in combinatie met het aantreffen van de hennepplantage is naar het oordeel van de rechtbank medeplegen van hennepteelt wettig en overtuigend bewezen. Niet is bewezen dat verdachte in de uitoefening van zijn beroep of bedrijf heeft gehandeld en hiervan zal hij (partieel) worden vrijgesproken.
Feit 8
De rechtbank is met de officier van justitie van oordeel dat verdachte moet worden vrijgesproken van het onder 8 tenlastegelegde, nu er onvoldoende bewijs is dat verdachte stroom heeft gestolen.
5.BEWEZENVERKLARING
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte:
1 primair
in de periode van 1 juni 2016 tot en met 13 februari 2017 te [woonplaats] , tezamen en in vereniging met anderen,
(telkens) stoffen en voorwerpen in de bedrijfsruimte gelegen aan de [adres] aldaar (in ruimte 8)
- een doos met stickers op welke stickers de afbeelding(en) van een hele tulp en/of vier halve
tulpen met tekst “A" “best" "basisvoeding" en "B" "best" "basisvoeding" en
- stickers met de opdruk van (een) (halve) tulp(en) met tekst "Roots" "best" en
- vijf water, lucht en warmtepompen en
- veertig zakken potgrond Plagron cocos light 50 liter en
- tweeëntwintig zakken potgrond Plagron cocos premium a 50 liter en
- zestig zakken potgrond surpreme lightmix a 50 liter en
- drieënveertig zakken potgrond Plagron cocos light a 50 liter en
- twaalf zakken Plagron promix a 50 liter en
- acht armaturen en assimilatielampen (à 400 watt) en
- een dompelpomp a 600 watt en
- twee dompelpompen en
- een handsproeier en
- twee koolstoffilters en
- vijfentwintig thermohygrometers en
- zes assimilatielampen 600 watt en
- negen assimilatielampen Osram a 600 watt en
- twee assimilatielampen Papillon a 1.000 watt en
- een temperatuurmeter (Climate) en
- twee cannacutters en
- een doos stekblokjes (384 blokjes a 8 stekjes per blok) en
- achtendertig scharen (Perfection) en
- een fancontroller en
- vier fancontrollers (Airtech) en
- vier red dot scharen en
- drieëndertig blauwe scharen en
- vier thermo-hygrometers en
- twee GI I zuurkool (a 1 liter) en
- negenenvijftig ongebruikte knippakken en
- vijf ph meters (Adwa) en
- vier combo ph meters (Bluelab) en
- zes EC meters (Hanna) en
- een canfilter en
- dertien droognetten en
- vijf Co2 boosters en
- twee ph pro en
- drie ph combometers gebruikt
- een ph meter (Hanna) en
- een ph pen en
- een temperatuurventilatieregelaar en
- twee thermo/hygrometers (Shiva) en
- vierentwintig stuks voedingsmiddel (Bio Optimal) en
- zeven stuks insectenvanger insect glue high catch en
- tweeduizendeenentachtig stuks sealbags en
(in ruimte 11)
- een watergekoelde airconditioner en
- acht zakken met 50 liter substraat en
- acht armaturen (merk Gravita) met assimilatielampen (merk Phillips) en
- vier watergekoelde airconditioners en
(in ruimte 14)
- twee volledige schakelborden en
- acht dozen met onderdelen voor schakelborden en
in de bedrijfsruimte gelegen aan de [adres] aldaar onder andere
- tweehonderdendertig flessen a 1 liter inhoud groeimiddel en
- driehonderdenvijftig jerrycans a 5 liter en
- drie emmers a 5 liter inhoud groeimiddelen
- zesendertig jerrycans a 10 liter met groeimiddel en
- twee jerrycans a 20 liter met groeimiddel en
- drie emmers a 4 kilogram met voeding en
- tweeëntwintig flesjes met groeimiddel en
- vijftien doosjes met groeimiddelen en
- twee growtenten en/of zes (grote) koolstoffilters en
- drie slakkenhuisventilatoren en
- zes voorschakelapparaten en
- een tumble trimmer en
- twee kniptafels
en
(in de bedrijfsruimte gelegen aan de [adres] aldaar)
ruimten, te weten een verkoopruimte en opslagruimten en gelden, te weten
- een geldbedrag van 200,- Euro en
- een geldbedrag van 855,- Euro en
- een geldbedrag van 6.050,- Euro en
- een geldbedrag van 975,- Euro en
- een geldbedrag van 9.200 Euro (waaronder 63 bankbiljetten met een nominale waarde van 100,- Euro) en
- een geldbedrag van 7.005,- Euro en
- een geldbedrag van 12.790,- Euro (waaronder 5 bankbiljetten met een nominale waarde van 100,- Euro en 22 bankbiljetten van 500,- Euro) en
- een geldbedrag van 10.000,- Euro (bestaande uit 22 bankbiljetten met een nominale waarde van 50,- Euro) en
- een geldbedrag van 15.350,- Euro en
- een geldbedrag van 650,- Euro en
- een geldbedrag van 8.340,- Euro en
- een geldbedrag van 660 Euro en
- een geldbedrag van 1.685,- Euro
en andere betaalmiddelen en gegevens, te weten
- een catalogus HGP inclusief een bladzijde met bestelcodes en
- een catalogus HGP 2017 en
- twee mappen HGP 2014 en 2015 en
- prijslijsten Airsupplies 2013 en 2014,
bestemd tot het plegen van feiten strafbaar gesteld in artikel 11, derde en vijfde lid van de Opiumwet,
heeft verstrekt en
voorhanden heeft gehad,
terwijl hij, verdachte en zijn mededaders wisten dat die stoffen en voorwerpen bestemd waren tot het plegen van die feiten;
2
op 13 februari 2017 te Almere tezamen en in vereniging met anderen, opzettelijk een)apparaat, te weten een multiband jammer (verstoorder) (bestemd voor het uitzenden van radiosignalen met grote brandbreedte), aanwezig heeft gehad, terwijl voor het gebruik ervan aan de houder van die radioapparaten geen vergunning voor het gebruik van frequentieruimte was verleend op grond van hoofdstuk 3 van de Telecommunicatiewet;
3 subsidiair
op 13 februari 2017 in Almere, tezamen en in vereniging met een ander opzettelijk een geneesmiddel, te weten twaalf voorgevulde pennen (met somatropine 12mg, merk Genotropin 12 mg GoQuick), waarvoor geen handelsvergunning geldt, in voorraad heeft gehad;
4
op 13 februari 2017 te Almere, tezamen en in vereniging met anderen, opzettelijk aanwezig heeft gehad, een hoeveelheid van ongeveer 7.960 gram en een hoeveelheid van ongeveer 5.300 gram, in elk geval een hoeveelheid van meer dan 30 gram hennep, zijnde hennep een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
5
op 15 september 2013 te Almere, opzettelijk heeft geteeld en opzettelijk aanwezig heeft gehad, een hoeveelheid van 218 hennepplanten, in elk geval een hoeveelheid van meer dan 30 gram hennep, zijnde hennep een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
6
in de periode van 1 maart 2013 tot en met 15 september 2013 te Almere, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen minimaal 40.234 kWh elektriciteit, toebehorende aan Liander N.V., waarbij verdachte dat weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door verbreking van een zegel van de hoofdaansluitkast;
7 primair
op 25 februari 2015 te Almere, tezamen en in vereniging met een ander, opzettelijk heeft geteeld en opzettelijk aanwezig heeft gehad (in een pand aan de [adres] te [woonplaats] ) 584 hennepplanten, , in elk geval een hoeveelheid van meer dan 30 gram van een materiaal bevattende hennep, zijnde hennep een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst II, dan wel aangewezen krachtens artikel 3a, vijfde lid van die wet.
Voor zover in het bewezen verklaarde deel van de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. Verdachte wordt hiervan vrijgesproken.
6.STRAFBAARHEID VAN DE FEITEN
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezenverklaarde uitsluit, zodat dit strafbaar is.
Het bewezenverklaarde levert volgens de wet de volgende strafbare feiten op:
feit 1 primair:
medeplegen van stoffen en voorwerpen verstrekken en voorhanden hebben, waarvan hij weet dat zij bestemd zijn tot het plegen van een van de in artikel 11, derde en vijfde lid, van de Opiumwet strafbaar gestelde feiten;
feit 2:
medeplegen van overtreding van een voorschrift, gesteld bij artikel 10.15 van de Telecommunicatiewet, opzettelijk begaan;
feit 3 subsidiair:
medeplegen van overtreding van een voorschrift gesteld bij artikel 40, tweede lid van de Geneesmiddelenwet, opzettelijk begaan;
feit 4:
medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 3 onder C van de Opiumwet gegeven verbod;
feit 5:
opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 3 onder B van de Opiumwet gegeven verbod;
feit 6:
diefstal, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van verbreking;
feit 7:
medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 3 onder B van de Opiumwet gegeven verbod.
7.STRAFBAARHEID VAN VERDACHTE
Er is geen omstandigheid gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. Verdachte is dan ook strafbaar.
8.OPLEGGING VAN STRAF
8.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft bij requisitoir, in overeenstemming met het afdoeningsvoorstel, gevorderd dat verdachte schuldig zal worden verklaard zonder oplegging van straf of maatregel.
8.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft ten aanzien van de strafmaat geen opmerkingen gemaakt.
8.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank heeft rekening gehouden met de ernst van het bewezenverklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte, zoals ter terechtzitting is gebleken.
Aard en ernst van de feiten
Verdachte heeft zich in verschillende periodes, in 2013, 2015 en 2016-2017, beziggehouden met hennepteelt, dan wel handelingen verricht ter voorbereiding of bevordering van professionele en grootschalige hennepteelt.
In het algemeen geldt voor verdovende middelen dat zij verslavend zijn, met nadelige gevolgen voor de gebruikers zelf en voor de samenleving. Hennepplantages leveren gevaren op voor de (brand) veiligheid van direct omwonenden, en voor degenen die belast zijn met de opsporing en ontmanteling. Het op illegale wijze onttrekken van elektriciteit voor de hennepkwekerij en het aanleggen van de elektrische installatie waarbij de veiligheidsnormen niet in acht zijn genomen, levert naast (brand)gevaar voor de omgeving ook gevaar op voor elektrocutie en persoonlijk letsel.
Persoon van verdachte
De rechtbank heeft ten aanzien van de persoon van verdachte kennis genomen van een de verdachte betreffend uittreksel justitiële documentatie van 22 oktober 2024. Hieruit volgt dat verdachte door de meervoudige kamer van de rechtbank Midden-Nederland is veroordeeld tot een taakstraf van tweehonderdveertig uur, wegens hennepteelt. Dit maakt dat artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht van toepassing is. De hennepteelt waar verdachte voor veroordeeld is, heeft in 2021 plaatsgevonden. Voordat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan onderhavige feiten, had hij zich niet schuldig gemaakt aan soortgelijk strafbare feiten.
Geen straf of maatregel
Het OM heeft gesteld dat, zonder procesafspraken, verdachte zou worden schuldig verklaard zonder oplegging van straf of maatregel, zoals bedoeld in artikel 9a van het Wetboek van Strafrecht (Sr). De rechtbank begrijpt hieruit dat de officier van justitie, ook zonder procesafspraken, toepassing van artikel 9a Sr zou hebben gevorderd. Dit met name vanwege het forse tijdsverloop, het feit dat de zaak ongeveer vijfeneenhalf jaar geleden al eens op zitting heeft gestaan en de bereidheid van verdachte om in te stemmen met afstand van het beslag en de betaling van een totaalbedrag van ongeveer € 45.000,- aan wederrechtelijk verkregen vermogen (naar aanleiding van de hennepteelt in 2013 en 2015).
De rechtbank weegt in haar strafoordeel voorts mee dat verdachte meewerkt aan een procedure die uiteindelijk tot een snellere afdoening leidt. Snellere of verkorte afdoening van een specifieke zaak kan zowel in het belang van die ene zaak, als in het belang van andere zaken zijn, omdat – ook in hoger beroep en cassatie – (zittings)capaciteit beschikbaar blijft om andere zaken af te doen. De procesafspraken doen daarmee recht aan de belangen van de maatschappij.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan meerdere misdrijven, waaronder Opiumwetfeiten. Dit waren geen feiten die raakten aan harddrugs, noch feiten waar direct geweld en slachtoffers bij te betreuren waren. Daarnaast betreffen het feiten van zeer lang geleden. Het oudste feit is van 2013 en het meest recente van 2017: ongeveer 12 tot 8 jaar geleden. Gelet op al het hiervoor overwogene, in combinatie met het feit dat verdachte naar aanleiding van de hennepteelt in 2013 en 2015 een aanzienlijk bedrag aan wederrechtelijk verkregen voordeel aan de Staat moet betalen en daarmee reeds de consequenties van zijn handelen zal voelen, is de rechtbank van oordeel dat met het opleggen van enige straf geen redelijk strafrechtelijk doel meer wordt gediend. Daarom zal verdachte, zoals gevorderd, schuldig worden verklaard zonder oplegging van straf of maatregel, zoals bedoeld in artikel 9a Sr.
9.BESLAG
Verdachte heeft in het afdoeningsvoorstel getekend voor afstand van de in beslag genomen goederen, waaronder een personenauto waarop conservatoir beslag lag.
Gelet hierop zal de rechtbank geen beslissing nemen ten aanzien van het beslag.
10.BESLISSING
De rechtbank:
Vrijspraak
- verklaart het onder 3 primair en 8 tenlastegelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij;
Bewezenverklaring
- verklaart het onder 1 primair, 2, 3 subsidiair, 4, 5, 6 en 7 primair tenlastegelegde bewezen zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld;
- verklaart het meer of anders tenlastegelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij;
Strafbaarheid
- verklaart het bewezenverklaarde strafbaar en kwalificeert dit zoals hiervoor in rubriek 6 is vermeld;
- verklaart verdachte strafbaar;
Geen straf of maatregel
- bepaalt dat ten aanzien van het bewezenverklaarde geen straf of maatregel wordt opgelegd.
Dit vonnis is gewezen door mr. B.F. Hammerle, voorzitter, mrs. S.C. Hagedoorn en V.A. Groeneveld, rechters, in tegenwoordigheid van mr. C.N. Aalders, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 27 maart 2025.
Bijlage: de tenlastelegging
Aan verdachte wordt ten laste gelegd dat:
1 primair
hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 01 juni 2016 tot en met 13 februari 2017 te [woonplaats] tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen
(telkens) stoffen en/of voorwerpen in de bedrijfsruimte gelegen aan de [adres] aldaar (in ruimte B) (onder andere)
- een doos met stickers op welke stickers de afbeelding(en) van een hele tulp en/of vier halve
tulpen met tekst Ä""best" "basisvoeding" en/of "B""best" "basisvoeding" en/of
- stickers met de opdruk van (een) (halve) tulp(en) met tekst "Roots" "best" en/of
- vijf, althans een of meer water, lucht en warmtepomp(en) en/of
- veertig zakken potgrond Plagron cocos light 50 liter en/of
- tweeentwintigzakken potgrond Plagron cocos premium a 50 liter en/of
- zestig zakken potgrond surpremelightmix a 50 liter en/of
- drieenveertig zakken potgrond Plagron cocos light a 50 liter en/of
- twaalf zakken Plagron promix a 50 liter en/of
- acht armaturen en assimilatielampen ( à 400 watt) en/of
- een dompelpomp a 600 watt en/of
- twee dompelpompen en/of
- een handsproeier en/of
- twee koolstoffilters en/of
- vijfentwintig thermohygrometers en/of
- zes assimilatielampen 600 watt en/of
- negen assimilatielampen Osram a 600 watt en/of
- twee assimilatielampen Papillon a 1.000 watt en/of
- een temperatuuruurmeter (Climate) en/of
- twee cannacutters en/of
- een doos stekblokjes (384 blokjes a 8 stekjes per blok) en/of
- achtendertig scharen (Perfection) en/of
- een fancontroller en/of
- vier fancontrollers (Airtech) en/of
- vier red dot scharen en/of
- drieendertig blauwe scharen en/of
- vier thermo-hygrometers en/of
- twee GI I zuurkool ( a 1 liter) en/of
- negenenvrijftig ongebruiikte knippakken en/of
- vijf ph-meters (Adwa) en/of
- vier combo ph meters (Bluelab) en/of
- zes EC meters (Hanna) en/of
- een canfilter en/of
- dertien droognetten en/of
- vijf Co2 boosters en/of
- twee ph pro en/of
- drie ph combometers gebruikt
- een ph meter (Hanna) en/of
- een ph pen en/of
- een temperatuurventilatieregelaar en/of
- twee thermo/hygrometers (Shiva) en/of
- vierentwintig stuks voedingsmiddel (Bio Optimal) en/of
- zevenstuks insectenvanger insect glue high catch en/of
- tweeduizendeneenentachtig stuks sealbags en/of
(in ruimte 11)
- een watergekoelde airconditioner en/of
- acht zakken met 50 liter substraat en/of
- acht armaturen (merk Gravita) met assimilateilampen (merk Phillips) en/of
- vier watergekoelde airconditioners en/of
(in ruimte 14)
- twee volledige schakelborden en/of
- acht dozen met onderdelen voor schakelborden en/of
in de bedrijfsruimte gelegen aan de [adres] aldaar onder andere
- tweehonderdendertig flessen a 1 liter inhoud groeimiddel en/of
- driehonderdenvijftig jerrycans a 5 liter en/of
- drie emmers a 5 lieter inhoud groeimiddelen/of
- zesendertig jerrycans a 10 liter met groeimiddel en/of
- twee jerrycans a 20 liter met groeimiddel en/of
- drie emmers a 4 kilogram met voeding en/of
- tweeentwintig flesjes met groeimiddel en/of
- vrijftien doosjes met groeimiddelen en/of
- twee growtenten en/of zes (grote) koolstoffilters en/of
- drie slakkenhuisventilatoren en/of
- zes voorschakelapparaten en/of
- een tumble trimmer en/of
- twee kniptafels
en/of
(in de bedrijfsruimte gelegen aan de [adres] aldaar) (telkens) vervoermiddelen en/of (telkens)
ruimten te weten een verkoopriuimte en/of een of meer opslagruimte(n) en/of (telkens) gelden, te weten
- een geldbedrag van 200,- Euro en/of
- een geldbedrag van 855,- Euro en/of
- een geldbedrag van 6.050,- Euro en/of
- een geldbedrag van 975,- Euro en/of
- een geldbedrag van 9200 Euro (waaronder 63 bankbiljetten met een nominale waarde van 100,- Euro en/of
- een geldbedrag van 7.005,- Euro en/of
- een geldbedrag van 12.790,- Euro (waaronder 5 bankbiljetten met een nominale waarde van 100,- Euro en 22 bankbiljketten van 500,- Euro) en/of
- een geldbedrag van 10.000,- Euro (bestaande uit 22 bankbiljetten met een nominale waarde van 50,- Euro) en/of
- een geldbedrag van 15.350,- Euro en/of
- een geldbedrag van 650,- Euro en/of
- een geldbedrag van 8.340,- Euro en/of
- een geldbedrag van 660 Euro en/opf
- een geldbedrag van 1.685,- Euro
en/of andere betaalmiddelen en/of (telkens) gegevens te weten
- een catalogus HGP inclusief een bladzijde met bestelcodes en/of
- een cataloguis HGP 2017 en/of
- twee mappen HGP 2014 en 2015 en/of
- prijslijsten Airsupplies 2013 en 2014
(telkens) bestemd tot het plegen van een of meer feiten strafbaar gesteld in artikel 11, derde en/of vijfde lid van de Opiumwet
(telkens) heeft bereid en/of bewerkt en/of verstrekt en/of vervoerd en/of vervaardigd en/of
voorhanden heeft gehad;
terwijl hij, verdachte en/of zijn mededader(s) wist(en) of ernstige redenen had te vermoeden dat die stoffen en/of voorwerpen bestemd was/waren tot het plegen van dat/die feit(en);
(Artikel art 11a Opiumwet, art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht)
subsidiairalthans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
V.O.F. [VOF] op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 01 juni 2016 tot en met 13 februari 2017 in [woonplaats] , althans in Nederland, (telkens) stoffen en/of voorwerpen in de bedrijfsruimte gelegen aan de [adres] aldaar (in ruimte B) (onder andere)
- een doos met stickers op welke stickers de afbeelding(en) van een hele tulp en/of vier halve
tulpen met tekst Ä""best" "basisvoeding" en/of "B""best" "basisvoeding" en/of
- stickers met de opdruk van (een) (halve) tulp(en) met tekst "Roots" "best" en/of
- vijf, althans een of meer water, lucht en warmtepomp(en) en/of
- veertig zakken potgrond Plagron cocos light 50 liter en/of
- tweeentwintigzakken potgrond Plagron cocos premium a 50 liter en/of
- zestig zakken potgrond surpremelightmix a 50 liter en/of
- drieenveertig zakken potgrond Plagron cocos light a 50 liter en/of
- twaalf zakken Plagron promix a 50 liter en/of
- acht armaturen en assimilatielampen ( à 40 watt) en/of
- een dompelpomp a 600 watt en/of
- twee dompelpompen en/of
- een handsproeier en/of
- twee koolstoffilters en/of
- vijfentwintig thermohygrometers en/of
- zes assimilatielampen 600 watt en/of
- negen assimilatielampen Osram a 600 watt en/of
- twee assimilatielampen Papillon a 1.000 watt en/of
- een temperatuuruurmeter (Climate) en/of
- twee cannacutters en/of
- een doos stekblokjes (384 blokjes a 8 stekjes per blok) en/of
- achtendertig scharen (Perfection) en/of
- een fancontroller en/of
- vier fancontrollers (Airtech) en/of
- vier red dot scharen en/of
- drieendertig blauwe scharen en/of
- vier thermo-hygrometers en/of
- twee GI I zuurkool ( a 1 liter) en/of
- negenenvrijftig ongebruiikte knippakken en/of
- vijf ph-meters (Adwa) en/of
- vier combo ph meters (Bluelab) en/of
- zes EC meters (Hanna) en/of
- een canfilter en/of
- dertien droognetten en/of
- vijf Co2 boosters en/of
- twee ph pro en/of
- drie ph combometers gebruikt
- een ph meter (Hanna) en/of
- een ph pen en/of
- een temperatuurventilatieregelaar en/of
- twee thermo/hygrometers (Shiva) en/of
- vierentwintig stuks voedingsmiddel (Bio Optimal) en/of
- zevenstuks insectenvanger insect glue high catch en/of
- tweeduizendeneenentachtig stuks sealbags en/of
(in ruimte 11)
- een watergekoelde airconditioner en/of
- acht zakken met 50 liter substraat en/of
- acht armaturen (merk Gravita) met assimilateilampen (merk Phillips) en/of
- vier watergekoelde airconditioners en/of
(in ruimte 14)
- twee volledige schakelborden en/of
- acht dozen met onderdelen voor schakelborden en/of
in de bedrijfsruimte gelegen aan de [adres] aldaar onder andere
- tweehonderdendertig flessen a 1 liter inhoud groeimiddel en/of
- driehonderdenvijftig jerrycans a 5 liter en/of
- drie emmers a 5 lieter inhoud groeimiddelen/of
- zesendertig jerrycans a 10 liter met groeimiddel en/of
- twee jerrycans a 20 liter met groeimiddel en/of
- drie emmers a 4 kilogram met voeding en/of
- tweeentwintig flesjes met groeimiddel en/of
- vrijftien doosjes met groeimiddelen en/of
- twee growtenten en/of zes (grote) koolstoffilters en/of
- drie slakkenhuisventilatoren en/of
- zes voorschakelapparaten en/of
- een tumble trimmer en/of
- twee kniptafels
en/of
(in de bedrijfsruimte gelegen aan de [adres] aldaar) (telkens) vervoermiddelen en/of (telkens)
ruimten te weten een verkoopriuimte en/of een of meer opslagruimte(n) en/of (telkens) gelden, te weten
- een geldbedrag van 200,- Euro en/of
- een geldbedrag van 855,- Euro en/of
- een geldbedrag van 6.050,- Euro en/of
- een geldbedrag van 975,- Euro en/of
- een geldbedrag van 9200 Euro (waaronder 63 bankbiljetten met een nominale waarde van 100,- Euro en/of
- een geldbedrag van 7.005,- Euro en/of
- een geldbedrag van 12.790,- Euro (waaronder 5 bankbiljetten met een nominale waarde van 100,- Euro en 22 bankbiljketten van 500,- Euro) en/of
- een geldbedrag van 10.000,- Euro (bestaande uit 22 bankbiljetten met een nominale waarde van 50,- Euro) en/of
- een geldbedrag van 15.350,- Euro en/of
- een geldbedrag van 650,- Euro en/of
- een geldbedrag van 8.340,- Euro en/of
- een geldbedrag van 660 Euro en/opf
- een geldbedrag van 1.685,- Euro
en/of andere betaalmiddelen en/of (telkens) gegevens te weten
- een catalogus HGP inclusief een bladzijde met bestelcodes en/of
- een cataloguis HGP 2017 en/of
- twee mappen HGP 2014 en 2015 en/of
- prijslijsten Airsupplies 2013 en 2014
(telkens) bestemd tot het plegen van een of meer feiten strafbaar gesteld in artikel 11, derde en/of vijfde lid van de Opiumwet
(telkens) heeft bereid en/of bewerkt en/of verstrekt en/of vervoerd en/of vervaardigd en/of
voorhanden heeft gehad;
terwijl voornoemde V.O.F. [VOF] , wist of
ernstige redenen had te vermoeden dat die stoffen en/of voorwerpen bestemd was/waren tot het plegen van dat/die feit(en), aan welke verboden gedraging hij, verdachte, tezamen en in
vereniging met een ander of anderen, althans alleen, toen en daar opdracht dan wel feitelijk
leiding heeft gegeven;
(art 51 Wetboek van Strafrecht, art 47 lid 1 ahf en onder 1 Wetboek van Strafrecht en
Artikel art 11a Opiumwet)
2
hij op of omstreeks 13 februari 2017 te Almere, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, al dan niet opzettelijk, een (radio)apparaat, te weten een multiband jammer (verstoorder) ((bestemd voor het uitzenden van radiosignalen met grote brandbreedte), heeft aangelegd, geheel of gedeeltelijk aangelegd aanwezig heeft gehad en/of heeft gebruikt, terwijl voor het gebruik ervan aan de houder van die radioapparaten geen vergunning voor het gebruik van frequentieruimte was verleend op grond van hoofdstuk 3 van de Telecommunicatiewet;
(art 47 lid 1 ahf en onder 1 Wetboek van Strafrecht art 1 sub 1 Wet op de economische delicten art 2 lid 1 Wet op de economische delicten Artikel art 10.15 lid 1 Telecommunicatiewet)
3 primair
hij op of omstreeks 13 februari 2017 in Almere, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, al dan niet opzettelijk een geneesmiddel, te weten twaalf, althans een of meer, voorgevulde pen(nen) (met somatropine 12mg, merk Genotropin 12 mg GoQuick) in het handelsverkeer heeft gebracht zonder handelsvergunning van de Europese Gemeenschap, verleend krachtens verordening 726/2004 dan wel krachtens die verordening juncto verordening 1394/2007, of van het College, verleend krachtens dit hoofdstuk;
(art 47 lid 1 ahf en onder 1 Wetboek van Strafrecht art 40 lid 1 Geneesmiddelenwet art 1 lid 1 Wet economische delicten art 2 lid 1 Wet economische delicten Artikel art 40 lid 1 Geneesmiddelenwet)
subsidiairalthans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij op of omstreeks 13 februari 2017 in Almere, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, al dan niet opzettelijk een geneesmiddel, te weten twaalf, althans een of meer, voorgevulde pen(nen) (met somatropine 12mg, merk Genotropin 12 mg GoQuick), waarvoor geen handelsvergunning geldt, in voorraad heeft gehad en/of heeft verkocht en/of heeft afgeleverd en/of ter hand heeft gesteld en/of heeft ingevoerd en/of anderszins binnen of buiten het Nederlands grondgebied heeft gebracht; art 47 lid 1 ahf en onder 1 Wetboek van Strafrecht art 40 lid 2 Geneesmiddelenwet art 1 ahf sub 1 wet op de econmische delicten art 2 lid 1 wet op de economische delicten
(Artikel art 40 lid 2 Geneesmiddelenwet)
4
hij op of omstreeks 13 februari 2017 te Almere, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen opzettelijk heeft geteeld en/of bereid en/of bewerkt en/of verwerkt en/of verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd, in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad, in elk geval opzettelijk heeft vervaardigd, een hoeveelheid van ongeveer 7.960 gram en/of een hoeveelheid van ongeveer 5.300 gram, in elk geval een hoeveelheid van meer dan 30 gram hennep, zijnde hennep een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
(art 3 ahf/ond C Opiumwet art 3 ahf/ond D Opiumwet Artikel art 3 ahf/ond B Opiumwet, art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht, art 11 lid 2 Opiumwet)
5
hij op of omstreeks 15 september 2013 te Almere, althans in Nederland, opzettelijk heeft geteeld en/of bereid en/of bewerkt en/of verwerkt en/of verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd, in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad, een hoeveelheid van (in totaal) ongeveer 218 hennepplanten en/of delen daarvan, in elk geval een hoeveelheid van meer dan 30 gram hennep, zijnde hennep een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
(art 3 ahf/ond B Opiumwet, art 11 lid 2 Opiumwet)
6
hij in of omstreeks de periode van 1 maart 2013 tot en met 15 september 2013 te Almere, althans in het arrondissement Midden-Nederland, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen minimaal 40.234 kWh energie/elektriciteit, in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele toebehorende aan Liander N.V., in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft verschaft en/of die weg te nemen goederen onder zijn bereik heeft gebracht door braak/verbreking van (een) zegel(s) van de hoofdaansluitkast;
(art 310 Wetboek van Strafrecht, art 311 lid 1 ahf en onder 5 Wetboek van Strafrecht)
7 primair
op of omstreeks 25 februari 2015 te Almere, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, in de uitoefening van zijn beroep of bedrijf, opzettelijk heeft geteeld en/of bereid en/of bewerkt en/of verwerkt, in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad (in een pand aan de [adres] te [woonplaats] ) 584 hennepplanten, althans een groot aantal hennepplanten en/of delen daarvan, in elk geval een hoeveelheid van meer dan 30 gram van een materiaal bevattende hennep, zijnde hennep een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst II, dan wel aangewezen krachtens artikel 3a, vijfde lid van die wet;
(art 3 ahf/ond C Opiumwet Artikel art 3 ahf/ond B Opiumwet, art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht, art 11 lid 2 Opiumwet)
subsidiairalthans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
[medeverdachte 2] en/of een of meer onbekend gebleven personen op of omstreeks 25 februari 2015 te Almere met elkaar, althans één van hen, in de uitvoering van zijn/hun beroep of bedrijf, opzettelijk heeft/hebben geteeld, bereid, bewerkt en/of verwerkt, in elk geval opzettelijk aanwezig heeft/hebben gehad (in een pand aan de [adres] in [woonplaats] ) 584 hennepplanten, althans een groot aantal hennepplanten en/of delen daarvan, in elk geval een hoeveelheid van meer dan 30 gram van een materiaal bevattende hennep, zijnde hennep een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst II, dan wel aangewezen krachtens artikel 3a, vijfde lid van die wet,
tot en/of bij het plegen van welk(e) misdrijf/misdrijven verdachte op of omstreeks 25 februari 2015 te Almere, in elk geval in Nederland, meermalen, althans eenmaal (telkens) opzettelijk gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen heeft verschaft en/of opzettelijk
behulpzaam is geweest, door aan die [medeverdachte 2] en/of die onbekend gebleven persoon/personen voornoemd pand voor de teelt/het kweken van hennepplanten ter beschikking te stellen;
8
hij in of omstreeks de periode van 1 september 2013 tot en met 25 februari 2015 te Almere, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een pand aan de [adres] heeft weggenomen een hoeveelheid elektriciteit/stroom, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan Liander N.V., in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of die weg te nemen goederen onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak/verbreking.
(art 310 Wetboek van Strafrecht, art 311 lid 1 ahf en onder 4 Wetboek van Strafrecht en art 311 lid 1 ahf en onder 5 Wetboek van Strafrecht)