Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.De procedure
- de conclusie van antwoord met producties 1-3;
- de brief waarin een mondelinge behandeling is bepaald;
- het bij de mondelinge behandeling door Lapidus Argentum overgelegde overzicht van de betalingsachterstand.
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
feitelijkegrondslag, in de dagvaarding moeten zijn opgenomen. Anders dan [gedaagde] kennelijk meent, volgt uit dit artikel niet dat de eiser verplicht is om de
rechtsgrondslag van de ingestelde vorderingen te vermelden. De aan te leggen toets is of de gedaagde de eis en de (feitelijke) gronden daarvan kan begrijpen, zodat duidelijk is waartegen hij verweer moet voeren. Daaraan wordt in deze zaak naar het oordeel van de kantonrechter voldaan, zodat er geen aanleiding bestaat de dagvaarding nietig te verklaren. Duidelijk is immers dat Lapidus Argentum 1) ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de woning vordert en daaraan de aanwezigheid van drugs in de woning ten grondslag legt en 2) betaling van een bedrag gelijk aan de maandelijkse huurprijs vanaf oktober 2024 vordert en daaraan het gebruik van de woning door [gedaagde] aan ten grondslag legt.
- Huurachterstand:een compleet overzicht van de actuele huurachterstand tot en met februari 2025, waarin is gespecificeerd 1) op welke data welke huurtermijnen verschuldigd zijn geworden, 2) op welke data welke betalingen door [gedaagde] zijn gedaan en 3) aan welke huurtermijnen die betalingen moeten worden toegerekend;
- Servicekosten: een rubrieksgewijs overzicht van de in het jaar 2022 aan Lapidus Argentum in rekening gebrachte kosten van leveringen en diensten, met vermelding van de wijze van berekening daarvan en voor zover van toepassing, het aandeel van de huurder in die kosten, een en ander zoals bepaald in artikel 4.3 huurovereenkomst in verbinding met artikel 14.2 van de algemene bepalingen.