In deze zaak vordert eiseres schadevergoeding na een eenzijdig ongeval met een bestelauto, bestuurd door gedaagde. De rechtbank kwalificeert de rechtsverhouding tussen partijen als een overeenkomst van goederenvervoer over de weg. Eiseres, die een huwelijksfeest organiseerde, houdt gedaagde aansprakelijk voor de schade die is ontstaan door het ongeval. Gedaagde betwist zowel de aansprakelijkheid als de hoogte van de schade. De rechtbank oordeelt dat er sprake is van een vervoersovereenkomst, ondanks dat gedaagde stelt dat hij als vriendendienst handelde en geen betaling zou ontvangen. De rechtbank stelt vast dat het niet vereist is dat het vervoer met een eigen voertuig plaatsvindt en dat de kwalificatie als vervoersovereenkomst niet wordt belemmerd door het feit dat eiseres de bestelauto ter beschikking heeft gesteld. Partijen krijgen de gelegenheid om zich uit te laten over deze kwalificatie en moeten uiterlijk op 5 februari 2025 conceptakten aan elkaar toesturen. De zaak wordt aangehouden voor verdere beslissingen.