ECLI:NL:RBMNE:2025:116

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
20 januari 2025
Publicatiedatum
21 januari 2025
Zaaknummer
UTR 24/6659
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijk verklaring van bezwaar tegen WIA-uitkering wegens te late indiening

In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 20 januari 2025 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure tussen eiseres en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv). Eiseres had bezwaar gemaakt tegen de definitieve berekening van haar WIA-uitkering over de periode van 1 november 2023 tot en met 30 april 2024, zoals vastgesteld door het Uwv op 27 mei 2024. Het Uwv verklaarde het bezwaar van eiseres op 25 september 2024 niet-ontvankelijk, omdat het te laat was ingediend. Eiseres heeft hiertegen beroep ingesteld.

De rechtbank heeft in haar overwegingen vastgesteld dat een bezwaarschrift binnen zes weken na bekendmaking van het besluit moet worden ingediend, conform de artikelen 6:7 en 6:8 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Het besluit was op 27 mei 2024 bekendgemaakt, waardoor het bezwaarschrift uiterlijk op 8 juli 2024 ingediend had moeten zijn. Aangezien het Uwv het bezwaarschrift pas op 10 september 2024 ontving, was dit te laat.

Eiseres voerde aan dat zij niet op de hoogte was van de bekendmaking omdat zij geen e-mailbericht had ontvangen. De rechtbank oordeelde echter dat de digitale bekendmaking via MijnUWV.nl correct was en dat eiseres toegang had tot deze berichtenbox. Het niet regelmatig controleren van deze digitale omgeving kwam voor rekening van eiseres. De rechtbank concludeerde dat het Uwv terecht het bezwaar niet-ontvankelijk had verklaard en verklaarde het beroep ongegrond. Er werd geen proceskostenvergoeding toegekend.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Zittingsplaats Utrecht
Bestuursrecht
zaaknummer: UTR 24/6659

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 20 januari 2025 in de zaak tussen

[eiseres] , uit [woonplaats] , eiseres,

en
de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv), verweerder.

Procesverloop

Met het besluit van 27 mei 2024 heeft het Uwv de WIA-uitkering van eiseres definitief berekend over de periode van 1 november 2023 tot en met 30 april 2024. Eiseres heeft bezwaar gemaakt tegen dit besluit. Met de beslissing op bezwaar van 25 september 2024 heeft het Uwv het bezwaar van eiseres niet-ontvankelijk verklaard, omdat het niet op tijd was ingediend. Eiseres heeft beroep ingesteld tegen de beslissing op bewaar van
25 september 2024.

Overwegingen

1.De rechtbank nodigt partijen niet uit voor een zitting, omdat dat in deze zaak niet nodig is. Hieronder legt de rechtbank dat verder uit.
2. Een bezwaarschrift moet worden ingediend binnen zes weken nadat het besluit bekend is gemaakt (artikelen 6:7 en 6:8 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb)). In artikel 3:41 van de Awb staat hoe dat bekendmaken gebeurt. In dit geval is het besluit bekendgemaakt op 27 mei 2024. Het bezwaarschrift had dus uiterlijk op 8 juli 2024 door het Uwv ontvangen moeten zijn. Het Uwv heeft het bezwaarschrift ontvangen op
10 september 2024. Dat is dus te laat. De hoofdregel is dan dat het Uwv het bezwaar niet inhoudelijk mag behandelen. Soms is dat anders. Dan is er een geldige reden waarom het bezwaarschrift te laat is ingediend. Het gaat dan om omstandigheden waar eiseres niets aan kan doen.
3. Eiseres zegt dat zij te laat was met het indienen van een bezwaarschrift omdat zij geen (e-mail)bericht heeft ontvangen dat het besluit digitaal bekend was gemaakt in de berichtenbox van MijnUWV.nl (de digitale postbus voor digitale berichten van het Uwv). Eiseres kijkt weinig op de website van het Uwv en heeft dus niet op tijd kennis genomen van het besluit. Dat is geen geldige reden, de rechtbank legt dat hierna uit.
4. In dit geval is het besluit op 27 mei 2024 aan eiseres bekend gemaakt via digitale bekendmaking op MijnUWV.nl. Dat is een correcte wijze van bekendmaking, gelet op artikel 32e, lid 1 van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen (Wet SUWI) en het bestaande beleid van het Uwv. Uit dit wetsartikel en beleid volgt dat het Uwv verplicht is om de beslissing bekend te maken door plaatsing in de berichtenbox van eiseres.
5. Aan de hand van de stukken stelt de rechtbank vast dat eiseres beschikt over een berichtenbox op MijnUWV.nl. Eiseres is dus bekend met en heeft toegang tot MijnUWV.nl waarin het besluit is bekendgemaakt. Dat eiseres weinig kijkt in deze digitale omgeving komt voor haar eigen risico.
6. Het Uwv heeft dus terecht het bezwaar niet-ontvankelijk verklaard. Het beroep is daarom kennelijk ongegrond (artikel 8:54 van de Awb).
7. Van een vergoeding van de proceskosten is geen sprake.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. R.C. Stijnen, rechter, in aanwezigheid van
mr. M.A. Barmentlo, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op
20 januari 2025.
griffier rechter
Afschrift verzonden aan partijen op:

Bent u het niet eens met deze uitspraak?

Als partijen het niet eens zijn met deze uitspraak, kunnen zij een verzetschrift sturen naar de rechtbank waarin zij uitleggen waarom zij het niet eens zijn met deze uitspraak. Het verzetschrift moet worden ingediend binnen zes weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. Als partijen graag een zitting willen om het verzetschrift toe te lichten, moeten zij dit in het verzetschrift vermelden. Digitaal verzet instellen kan via “Formulieren en inloggen” op www.rechtspraak.nl. Verzet instellen kan eventueel ook nog steeds door verzending van een brief aan de rechtbank Midden-Nederland, Afdeling Bestuursrecht, Postbus 16005, 3500 DA Utrecht.