In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, enkelvoudige kamer, op 12 januari 2024, wordt het beroep van eiseres behandeld tegen de Belastingdienst/Toeslagen. Eiseres heeft bezwaar gemaakt tegen de definitieve beschikking compensatie kinderopvangtoeslag, maar stelt dat verweerder niet tijdig heeft beslist op haar bezwaar van 22 december 2022. De rechtbank heeft vastgesteld dat de beslistermijn is overschreden en dat eiseres terecht beroep heeft ingesteld. De rechtbank heeft geen zitting nodig geacht en heeft de zaak op basis van de ingediende stukken beoordeeld.
De rechtbank oordeelt dat het beroep gegrond is en dat verweerder alsnog een besluit moet nemen. De rechtbank legt een termijn op van zes weken na de uitspraak voor het nemen van dit besluit. Tevens wordt verweerder verplicht een dwangsom van € 100,- per dag te betalen voor elke dag dat hij deze termijn overschrijdt, met een maximum van € 15.000,-. Eiseres krijgt een vergoeding voor de proceskosten van € 218,75 en het door haar betaalde griffierecht van € 50,- moet door verweerder worden vergoed. De uitspraak is openbaar uitgesproken en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.