4.3Het oordeel van de rechtbank
De verklaring van aangeefster [slachtoffer] voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven inhoudende:
V
:Waar heeft de verkrachting plaatsgevonden?
A: In mijn eigen huis (…) [adres] in [woonplaats] . (…) Het was vrijdag 8 maart 2024. (…) Hij haalde mij op bij het station [plaats] . (…) Het was denk ik rond 21.30 uur.
(…)
V: Hebben jullie aan de telefoon gesproken over seks?
A: (…) Ik zei: “ik ben al jaren alleen. Ik heb al jaren geen seks gehad. Ik ben ongesteld. Ik ga geen seks met je hebben. (…)
(…)
A: (…) Alleen toen hij hem erin deed toen zei ik: “doe je wel een condoom om?”(…) Hij had toen ook zijn handen om mijn keel dus ik deed alles wat hij zei. (…) Hij had zijn duim helemaal over mijn kaak met zijn hand over mijn mond, zodat ik niet luider kon gaan praten. (…) Hij schreeuwde wel hard op dat moment. Hij zei: “kankersletje en hoertje.”
V: We beginnen even bij het begin. (…)
(…) Hij zei: “doe je lingerie aan anders kom ik eraan.” Ik deed mijn ondergoed, legging, shirt en pantoffels aan en toen kwam hij mijn slaapkamer binnen. Hij duwde mij toen direct op het bed. (…) Hij kleedde zich toen heel snel uit. (…) Hij kwam toen op mij af. Hij deed direct een hand op mijn keel. Ik zei: “ik wil niet uitkleden, alsjeblieft. (…) Hij zei: “je bent mijn sletje, je moet doen wat ik zeg.” Hij deed mijn kleding uit. Toen voelde ik zijn ding aan de voorkant.
V: Wat bedoel je met zijn ding in jouw voorkant?
A: Zijn lul in mijn vagina. (…) Toen heeft hij mij weer geduwd. Hij wilde heel graag anaal. Ik zei steeds: “ik vind het vies, ik heb het nooit gedaan. (…) Hij ging maar door.
V: Waar ging hij mee door?
A: Met erin steken. Hij wilde er niet in. Hij bleef maar door steken. Dit deed hij eerst een paar keer in mijn vagina en daarna dus anaal. Maar dit was te strak, dit lukte niet. Toen heeft hij mij getrokken naar de woonkamer. (…)
V: Hoe ging je precies naar de woonkamer?
A: Hij hield mij vast aan mijn nek. Hij zei: “kom lopen, lopen, lopen.” (…) Hij duwde mij op de bank. Hij sloeg mij hard op mijn billen. (…) Hij pakte mij constant bij mijn nek. (…) Hij deed zijn hand op mijn nek. Hij zat met zijn knieën op de grond en ik op de bank. (…) Hij probeerde vaginaal en anaal. Ik zei steeds: ‘”ik heb pijn, ik heb pijn.” Toen ging hij mij weer op mijn buik gooien. Dit deed hij op de rand van de bank. Op dat moment ging hij anaal heel diep. Toen schreeuwde ik van de pijn: “laat mij los, ik heb pijn.” Hij zei: “je hebt niks te zeggen, je bent mijn vrouwtje, je bent mijn sletje.” Hij zei toen: “ga doggy staan, dan gaat hij er beter in.” Ik zei: “nee ik vind het niet fijn, ik wil dit niet.” Toch heeft hij mij over gegooid. Ik voelde weer zijn hand bij mijn nek.
V: Is hij anaal binnen geweest?
A; Ja. (…) In de slaapkamer en ook in de woonkamer.
V: Wat is er verder op de bank gebeurd?
A: Slaan, trekken, en mijn keel. Ik zei: “ik kan geen ademhalen, ik ga dood.” Hij zei: “dan ga je maar dood.” Hij zei: “je luistert naar mij.” Dit bleef zich herhalen.
V: Welke seksuele handelingen hebben er nog meer plaatsgevonden op de bank?
A; Pijpen. Hij zei: “ga op je billen zitten en doe mijn lul in je mond.” (…) Hij werd toen nog agressiever. Hij pakte mij bij mijn haar. Hij drukte mijn mond over zijn lul. Hij ging heel diep. Ik kreeg tranen in mijn ogen. (…) Toen ging hij mij weer duwen.
V: Hoe bedoel je duwen?
A: Toen moest ik weer gaan liggen en ging hij hem weer in mijn vagina steken. (…)
V: Hoe vaak heeft hij het herhaald, dat jij hem moest pijpen?
A: Ik denk wel 5 of 6 keer tussen het penetreren in mijn vagina en anus door. Ik had niks te zeggen en moest luisteren naar wat hij zei. Anders ging hij mij nog harder bij mijn keel pakken. Ik dacht als ik niet luister dan lig ik hier misschien wel dood. (…) Ik heb me gewoon overgegeven. (…) Tijdens het roken moest ik hem nog een keer pijpen. Dit was op de bank. Ik lag toen en hij zat rechtop de bank. Hij had in één hand een sigaret en in de andere hand hield hij mijn haar vast tijdens het pijpen. Tussendoor sloeg hij mij hard met deze hand op mijn billen of hij hield mijn keel vast.
V: Toen de sigaret op was?
A: Toen gooide hij mij weer om. Ging hij mij weer of vaginaal of anaal pakken. (…) Ik trilde helemaal. Ik zei: (...) “ik kan het niet.” Hij zei: “maakt niet uit.” Hij ging gewoon door. (…) en als ik dan weer iets zei om de controle te krijgen dan kreeg ik weer die hand om mijn keel. (…) Hij zei: “ik ben de man en jij de vrouw. Dit zijn mijn regels in de slaapkamer. Zo hoort een vrouw zich te gedragen anders word ik niet geil.”(…)
Ik zei steeds stop. (…) heb overal blauwe plekken. (…) Hij heeft dit allemaal gedaan. (…) Hij ging gewoon door terwijl ik mijn grenzen heb aangegeven. Hij wilde mij gewoon verkrachten. Misschien dat hij daar opgewonden van werd.
O: [slachtoffer] is erg geëmotioneerd.
(…)
A: Er is een pijnlijke plek bij mijn kaak. Dit is een plek waar zijn duim heel hard heeft gedrukt toen hij mij vast hield en kneep om mijn nek. Daarnaast heb ik veel spierpijn. Dit is over mijn hele lichaam.
De bevindingen van verbalisant [verbalisant 1] voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven, inhoudende:
Op zaterdag 9 maart 2024 omstreeks 00.31 uur (…) kregen wij de melding te gaan naar de [adres] te [woonplaats] . Ik hoorde van het operationeel centrum dat de meldster had aangegeven dat zij was verkracht, maar dat de verdachte zijn rijbewijs had achter gelaten. (…) Omstreeks 00.31 uur kwam ik ter plaatse. Ik zag dat een dame de deur open deed. Later zag ik in het politiesysteem staan dat de meldster was: [slachtoffer] . (…) Ik zag dat het slachtoffer plaats nam op de bank. (…) Ik zag dat het slachtoffer aan het huilen was. Ik hoorde het slachtoffer het volgende zeggen: “hij pakte mij bij mijn keel. Ik zei dat ik geen seks met hem wilde, maar hij ging maar door. Ik ben vervolgens anaal verkracht.” (…) Ik vroeg waar het rijbewijs was van de verdachte. Het slachtoffer overhandigde mij vervolgens een rijbewijs. (…) Deze persoon bleek te zijn [verdachte] , [1988] .
De bevindingen van verbalisant [verbalisant 2] voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven, inhoudende:
(…) ik kreeg de opdracht te gaan naar de [adres] te [woonplaats] . Op zaterdag 9 maart 2024 te 00.37 uur kwamen wij ter plaatse. Ik zag dat een vrouw de deur open deed. Ik weet via de politiesystemen dat het ging om [slachtoffer] , verder genoemd het slachtoffer. (…) Ik zag dat het slachtoffer op de bank zat (…) Ik zag dat het slachtoffer met haar handen in het haar zat. Ik hoorde haar snikken en huilen. (…) Ik hoorde het slachtoffer zeggen dat ze verkracht was.(…) Ik zag dat de vrouw haar handen voor haar gezicht legde. Ik zag dat ze erg aan het trillen was.
De bevindingen van [A] (forensisch onderzoek persoon) voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven, inhoudende:
Op zaterdag 9 maart 2024 om 05.30 uur (…) heb ik onderzoek gedaan:
Betrokkene/slachtoffer: [slachtoffer] (…)
Tijdens het onderzoek maakte ik foto’s. Een selectie van de foto’s is weergegeven in de fotomap.
In samenwerking met [arts] , arts werd het slachtoffer bekeken op letsels. Wij hebben de volgende letsels waargenomen:
- drie hematomen in de hals overgang kaak
- meerdere hematomen op de linkerbovenarm
- hematoom op de rechterbovenarm
- hematoom en een krasverwonding boven de rechterborst
De hematomen zouden passend kunnen zijn bij stevig vastpakken met de handen, mogelijk fingertip bruising. Het slachtoffer gaf aan veel pijn te hebben in haar hals, het gelaat en lichaam.
Door de arts en de verbalisant werd het slachtoffer bemonsterd met de goederen uit de zedenkit. De volgende plaatsen werden bemonsterd:
(…)
- in de anus
Biologische sporen:
(…)
SIN: ZAAE5190NL
Wijze veiligstellen: zedenkit
De resultaten, interpretaties en conclusie van het onderzoek door het Nederlands Forensisch Instituut voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven, inhoudende:
In onderstaande tabel staan de resultaten van het onderzoek naar biologische sporen en het DNA-onderzoek. (…)
SIN
DNA kan afkomstig zijn van:
Bewijskracht
ZAAE5190NL#05
- slachtoffer [slachtoffer]
- verdachte [verdachte]
- meer dan 1 miljard
-aanwijzing spermavloeistof aanwezig?
ja
Voor onderstaande bemonsteringen is de bewijskracht berekend (…):
ZAAE5190NL#05
Voor deze bemonstering is de bewijskracht ten aanzien van [verdachte] berekend. Hierbij is aangenomen dat de bemonstering DNA bevat van twee personen. Tevens is aangenomen dat slachtoffer [slachtoffer] één van de donoren is.
DNA-mengprofiel ZAAE5190NL#05 is meer dan 1 miljard keer waarschijnlijker wanneer het DNA in de bemonstering afkomstig is van slachtoffer [slachtoffer] en verdachte [verdachte] , dan wanneer het DNA in de bemonstering afkomstig is van slachtoffer [slachtoffer] en een willekeurige onbekende persoon.
De verklaring van verdachte voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven, inhoudende:
[slachtoffer] woont in [woonplaats] . Op de avond van 8 maart 2024 had ik met haar afgesproken en ik ben toen in haar woning geweest. In haar woning hebben wij seks met elkaar gehad. Wij hebben toen geneukt en ik ben dus met mijn penis in haar vagina geweest. Ook ben ik een klein stukje met mijn penis in haar anus geweest. [slachtoffer] heeft mij toen ook gepijpt. De bij [slachtoffer] geconstateerde letsels passen bij de wijze waarop ik [slachtoffer] heb vastgepakt.
De verklaring van aangeefster is volgens de raadsman onbetrouwbaar omdat zij op verscheidene cruciale punten en momenten tegenstrijdige verklaringen heeft afgelegd. De raadsman heeft dan ook verzocht om de verklaring van aangeefster niet te gebruiken voor het bewijs. De raadsman heeft verder bepleit dat de seksuele handelingen vrijwillig hebben plaatsgevonden en met wederzijds goedvinden.
Anders dan de raadsman acht de rechtbank de verklaringen van aangeefster betrouwbaar, nu zij niet op zichzelf staan maar afdoende ondersteund worden door ander bewijs, te weten de bij aangeefster geconstateerde letsels, de door de verbalisanten waargenomen emoties/gemoedstoestand bij aangeefster en de verklaring van verdachte zelf, zoals die hiervoor bij de bewijsmiddelen zijn weergegeven.
Dat er bij nauwkeurige vergelijking van de door aangeefster afgelegde verklaringen kleine verschillen zijn te constateren over de volgorde van handelingen en de exacte omschrijving van de handelingen, doet daaraan niet af, gelet op de consistentie van haar verklaringen op essentiële onderdelen, die de kern van het verwijt tegen verdachte raken.
De raadsman heeft erop gewezen dat niet kan worden uitgesloten dat de bij aangeefster geconstateerde emoties het gevolg zijn geweest van andere factoren dan het ten laste gelegde. De rechtbank volgt de raadsman hierin niet en wijst erop dat aangeefster kort nadat verdachte haar woning had verlaten de politie heeft gebeld en dat meerdere verbalisanten hierna ter plaatse zijn gekomen. De in de bewijsmiddelen weergegeven emoties (erg trillen, huilen en handen voor het gezicht), passen in het beeld van hetgeen haar kort daarvoor is overkomen. Dat deze, op dat moment door de verbalisanten waargenomen emoties, voortkomen uit stemmingsschommelingen in verband met haar maandelijkse periode of in verband staan met andere ingrijpende gebeurtenissen acht de rechtbank niet aannemelijk.
Gelet op hetgeen hiervoor is overwogen over haar verklaringen en het steunbewijs, hecht de rechtbank geen geloof aan de verklaring van verdachte dat de seksuele handelingen met wederzijds goedvinden hebben plaatsgevonden en dat de blauwe plekken bij aangeefster zijn ontstaan omdat zij aan hem zou hebben gevraagd om op een hardhandige wijze seks met haar te hebben. Hierbij neemt de rechtbank ook in aanmerking dat verdachte kort na de verkrachting door de politie is aangehouden (op de A2) en verhoord en dat hij toen met geen woord heeft gerept over de hardhandige wijze waarop de seks zou hebben plaatsgevonden. Pas een dag later bij het volgende verhoor, toen verdachte werd geconfronteerd met de verklaring van aangeefster over het door hem gebruikte geweld en de bij haar geconstateerde letsels, heeft hij verklaard dat hij aangeefster bij haar keel heeft beetgepakt. Dit zou hij gedaan hebben om haar met hem besproken fantasie in vervulling te laten gaan en omdat aangeefster dat aan hem vroeg.
De stelling van de verdediging dat verdachte in zijn eerste verhoor niet is gevraagd naar de wijze waarop hij seks zou hebben gehad en culturele achtergronden een rol zouden hebben gespeeld bij het geen openheid van zaken geven acht de rechtbank niet aannemelijk. In dat kader wijst de rechtbank erop dat verdachte op dat moment op de hoogte was van de verdenking jegens hem.
De rechtbank kan tot slot niet uitsluiten dat, op basis van de voorafgaande verstuurde appberichten tussen verdachte een aangeefster, eerder bij verdachte de indruk is ontstaan dat het slachtoffer ontvankelijk was voor seksuele toenadering. Uit haar verklaringen blijkt echter overduidelijk dat zij dit op enig moment tijdens hun samenzijn niet (meer) wilde en voor verdachte moet ook overduidelijk zijn geweest dat van vrijwilligheid geen sprake (meer) was.
Overige bewijsverweren vinden hun weerlegging in de gebruikte bewijsmiddelen.
De rechtbank zal verdachte partieel vrijspreken voor zover de tenlastelegging ziet op het brengen van de vinger(s) in de vagina en/of tussen de schaamlippen. Aangeefster heeft hier namelijk niet over verklaard en ook overigens volgt dit niet uit het proces-verbaal.
De rechtbank acht het ten laste gelegde bewezen zoals hieronder in rubriek 5 weergegeven.