Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.De procedure
- de akte uitlating huwelijksvermogen met gewijzigde verzoeken van de vrouw, ontvangen op 22 mei 2024;
- het bericht van de man met gewijzigde/aanvullende verzoeken, ontvangen op 18 juni 2024;
- het bericht van de man met bijlagen, ontvangen op 26 september 2024;
- de akte overlegging producties met aanvullend voorwaardelijk verzoek van de vrouw, ontvangen op 26 september 2024;
- het bericht van de man met bijlage, ontvangen op 30 september 2024.
2.Waar de procedure over gaat
- de verdeling van de tussen partijen bestaande beperkte gemeenschap te gelasten op een nog nader te bepalen / te verzoeken wijze;
- voor wat betreft de woning:
- te bepalen dat partijen over dienen te gaan tot verdeling bij helfte van de saldi van de tot de gemeenschap behorende bankrekeningen;
- te bepalen dat partijen ieder het zijne/hare hebben ontvangen ten aanzien van de inboedel;
- voorwaardelijk, als het verzoek van de man om restitutie van de hypotheeklasten wordt toegewezen, te veroordelen om een gebruiksvergoeding aan de vrouw te voldoen vanaf de peildatum, althans een zodanige datum als de rechtbank in goede justitie juist acht, te betalen ter hoogte van de helft van de netto hypotheeklasten;
- voorwaardelijk, als de man na datum van de inschrijving van de echtscheiding nog in de woning verblijft, hem te veroordelen om een gebruiksvergoeding aan de vrouw te betalen ter hoogte van de helft van de netto hypotheeklasten, onroerende zaak belasting en gemeentelijke heffingen, althans een zodanige vergoeding als de rechtbank in goede justitie juist acht, tot de datum waarop de woning wordt overgedragen aan een derde, dan wel aan de man;
- te bepalen dat partijen dienen over te gaan tot verdeling van hun vermogen overeenkomstig het recht van Californië alsmede een door de man nader in te dienen voorstel;
- de wijze van verdeling te gelasten van de inboedel van partijen, waarbij aan een ieder van hen wordt toebedeeld de inboedel die zij reeds feitelijk onder zich hebben, zonder nadere verrekening tussen partijen (met gesloten beurzen);
- de wijze van verdeling te gelasten van de saldi van de bankrekeningen van partijen op de peildatum, in die zin dat dat aan ieder van partijen worden toegedeeld de op zijn/haar naam gestelde bankrekeningen, onder de verplichting om de helft van de saldi op de peildatum over en weer te vergoeden;
- de wijze van verdeling te gelasten van de onroerende zaak te [woonplaats] aan het [adres] , in die zin dat:
3.De beoordeling
- het ouderschapsplan aan deze beschikking hechten;
- beslissen over de verdeling van de beperkte gemeenschap tussen partijen, het vergoedingsrecht van de vrouw, de hypotheekrente en gebruiksvergoeding zoals onder 4.3. en 4.4. staat vermeld.
“(a) “Date of separation” means the date that a complete and final break in the marital relationship has occurred, as evidenced by both of the following: (1) The spouse has expressed to the other spouse the intent to end the marriage. (2) The conduct of the spouse is consistent with the intent to end the marriage. (b) In determining the date of separation, the court shall take into consideration all relevant evidence. (…)”. [7] Partijen zijn het niet eens over wat de datum van uiteengaan (date of separation) is. De vrouw stelt dat uitgegaan moet worden van 22 juli 2022, de datum waarop de vrouw aan de man kenbaar heeft gemaakt dat zij het huwelijk wilde beëindigen, of van 12 september 2022, de datum van het eerste gesprek van partijen bij de mediator. De man is het daarmee niet eens. Hij stelt dat de datum van uiteengaan 19 december 2022 was omdat de vrouw toen de echtelijke woning heeft verlaten en partijen feitelijk uiteen zijn gegaan. Tot die tijd ging hij ervan uit dat het huwelijk nog te herstellen was, aldus de man. De man heeft zijn stelling echter niet onderbouwd. Dat had wel op zijn weg gelegen. Bovendien blijkt uit het verslag van Veilig Thuis van 6 december 2023 dat partijen ten tijde van de zorgmeldingen in november 2022, dus eerder dan 19 december 2022, hebben gezegd dat zij gaan scheiden. De rechtbank volgt de vrouw in haar stelling dat partijen in ieder geval op 12 september 2022 uiteen zijn gegaan omdat zij toen een gesprek bij de mediator hadden om te praten over de scheiding. Op dat moment was het voor partijen duidelijk dat zij zouden gaan scheiden.
- De woning wordt toegedeeld aan de man tegen de nog te taxeren waarde en onder de voorwaarden dat de man de overname van de woning kan financieren en het ontslag van de vrouw uit de hoofdelijke aansprakelijkheid voor de hypothecaire geldlening kan regelen.
- Partijen geven na de zitting op de spoedigst mogelijk termijn opdracht aan de makelaar [makelaar] om de woning te taxeren. Partijen delen de kosten van de makelaar.
- Vanaf de datum van de beschikking krijgt de man een termijn van 10 weken om te onderzoeken of hij de overname van de woning kan financieren en het ontslag van de vrouw uit de hoofdelijke aansprakelijkheid voor de hypothecaire geldlening kan regelen.
- Na de datum waarop de man bericht van de bank krijgt dat hij de financiering voor de overname van de woning krijgt en dat de vrouw wordt ontslagen uit de hoofdelijke aansprakelijkheid voor de hypothecaire geldlening, wordt de woning binnen vier weken aan de man geleverd tenzij de notaris aangeeft dat er een langere termijn nodig is.
- Als de man de woning niet in de termijn van 10 weken na de beschikking kan overnemen, dan geven partijen binnen twee weken een verkoopopdracht aan de makelaar die zij in onderling overleg kiezen. Als het partijen niet lukt om samen een makelaar te kiezen, dan noemt de vrouw drie makelaars waaruit de man één kiest.
- Als partijen het niet eens worden over de vraagprijs van de woning, dan bepaalt de makelaar deze.
- [rekeningnummer] ten name van de vrouw;
- [rekeningnummer] ten name van de vrouw;
- [rekeningnummer] ten name van de man;
- [rekeningnummer] de en/of rekening;
- [rekeningnummer] de en/of rekening.
niet uit te sluitenis dat gemeenschapsgeld op de Vanguard rekening is gestort, is niet hetzelfde als
stellen dat dit zo is,laat staan dat het een onderbouwd standpunt is.
“So if spouse puts separate property funds into a bank account acquired during marriage, that does not change the character of the funds.”
4.De beslissing
5 november 2024.