ECLI:NL:RBMNE:2024:7350
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet-ontvankelijk verklaring van bezwaar wegens termijnoverschrijding
In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedateerd 9 december 2024, wordt het beroep van eiser tegen de niet-ontvankelijk verklaring van zijn bezwaar door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Almere behandeld. Eiser had bezwaar gemaakt tegen een besluit van het college van 22 oktober 2024, dat zijn eerdere bezwaar tegen een primair besluit van 17 oktober 2023 niet-ontvankelijk verklaarde omdat het te laat was ingediend. De rechtbank oordeelt dat het bezwaar inderdaad te laat is ingediend, aangezien de termijn voor het indienen van een bezwaarschrift zes weken bedraagt en deze eindigde op 30 november 2023. Eiser had zijn bezwaarschrift pas op 4 december 2023 ingediend, wat buiten de termijn viel.
Eiser voerde aan dat hij eerst met de handhaver wilde overleggen voordat hij bezwaar indiende, en dat hij het besluit pas op 24 oktober 2023 had ontvangen. De rechtbank oordeelt echter dat de verzenddatum van het besluit, 19 oktober 2023, leidend is voor de termijn. Eiser had ook de mogelijkheid om pro forma bezwaar te maken en later de gronden in te dienen. De rechtbank concludeert dat het college op goede gronden heeft vastgesteld dat het bezwaarschrift te laat is ingediend en dat er geen reden is om de termijnoverschrijding als verschoonbaar te beschouwen.
De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen. Eiser kan binnen zes weken na verzending van de uitspraak een verzetschrift indienen als hij het niet eens is met de uitspraak.