ECLI:NL:RBMNE:2024:7284

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
30 december 2024
Publicatiedatum
3 januari 2025
Zaaknummer
24/6576
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Bestuursprocesrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van beroep tegen niet tijdig beslissen op bezwaar inzake kinderopvangtoeslag

In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, enkelvoudige kamer, wordt het beroep van eiser tegen de Dienst Toeslagen behandeld. Eiser, woonachtig in België, heeft bezwaar gemaakt tegen een besluit van de Dienst Toeslagen van 1 maart 2024, waarin hem werd meegedeeld dat hij geen aanspraak kan maken op de Catshuisregeling (lichte toets) voor kinderopvangtoeslag. Eiser heeft op 3 april 2024 bezwaar gemaakt tegen dit besluit, maar de Dienst Toeslagen heeft pas op 5 augustus 2024 op dit bezwaar beslist. Eiser heeft vervolgens op 1 oktober 2024 een ingebrekestelling verzonden en later beroep ingesteld bij de rechtbank wegens het niet tijdig nemen van een besluit op zijn bezwaar.

De rechtbank heeft geoordeeld dat het beroep niet-ontvankelijk is, omdat er geen sprake is van een niet tijdig genomen besluit. De rechtbank heeft vastgesteld dat de voorwaarden voor het instellen van beroep tegen het niet tijdig beslissen niet zijn vervuld. Hierdoor wordt het beroep niet inhoudelijk behandeld en verklaart de rechtbank het beroep kennelijk niet-ontvankelijk op basis van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank heeft geen proceskostenvergoeding toegewezen, en de uitspraak is openbaar uitgesproken op 30 december 2024.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
Zittingsplaats Utrecht
Bestuursrecht
zaaknummer: UTR 24/6576

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 30 december 2024 in de zaak tussen

[eiser] , uit [plaats] (België), eiser,

(gemachtigde: mr. P.W.E. Ros),
en

Dienst Toeslagen, verweerder,(gemachtigde: mr. [gemachtigde] ).

Inleiding

Deze uitspraak gaat over het beroep dat eiser heeft ingesteld, omdat verweerder volgens hem niet op tijd heeft beslist op zijn bezwaar van 3 april 2024 tegen de lichte toets compensatie kinderopvangtoeslag.
Op 31 oktober 2024 heeft verweerder een verweerschrift ingediend.

Overwegingen

1. De rechtbank nodigt partijen niet uit voor een zitting, omdat dat in deze zaak niet nodig is. [1]
2. Verweerder heeft eiser in haar besluit van 1 maart 2024 bericht dat hij geen geslaagd beroep kan doen op de Catshuisregeling (lichte toets) en dus geen aanspraak kan maken op het bedrag van € 30.000,-. Eiser heeft op 3 april 2024 bezwaar gemaakt tegen het besluit van 1 maart 2024. Verweerder heeft op 5 augustus 2024 op het bezwaar beslist. Eiser heeft hierna op 1 oktober 2024 een ingebrekestelling aan verweerder verzonden. Meer dan twee weken hierna, te weten bij brief van 23 oktober 2024, heeft eiser beroep bij de rechtbank ingesteld wegens het niet tijdig nemen van een besluit op zijn bezwaar.
3. De rechtbank oordeelt dat het beroep tegen het niet-tijdig beslissen niet-ontvankelijk is omdat geen sprake is van een niet tijdig genomen besluit. Er wordt niet voldaan aan voorwaarden voor het instellen van dit beroep.
4. Het beroep zal niet inhoudelijk worden behandeld. Het beroep is kennelijk niet-ontvankelijk (artikel 8:54 Awb).
5. Van een vergoeding van de proceskosten is geen sprake.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Deze uitspraak is gedaan door mr. B. Fijnheer, rechter, in aanwezigheid van A.C. van de Biesebos, griffier. De uitspraak is uitgesproken in het openbaar op 30 december 2024.
(
De griffier is verhinderd de uitspraak
mede te ondertekenen).
griffier
rechter
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Bent u het niet eens met deze uitspraak?Als u het niet eens bent met deze uitspraak, kunt u een brief sturen naar de rechtbank waarin u uitlegt waarom u het er niet mee eens bent. Dit heet een verzetschrift. U moet dit verzetschrift indienen binnen zes weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. U ziet deze datum hierboven. Als u graag een zitting wilt waarin u uw verzetschrift kunt toelichten, kunt u dit in uw verzetschrift vermelden.

Voetnoten

1.Artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).