ECLI:NL:RBMNE:2024:728
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Bestuurlijke boete wegens overtreding van de Alcoholwet
In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiser, handelend onder de naam [cafetaria], tegen de aan hem opgelegde bestuurlijke boete van € 1.360,- wegens overtreding van artikel 20, eerste lid, van de Alcoholwet. De boete werd opgelegd omdat bij een controle is gebleken dat eiser alcoholhoudende drank heeft verkocht aan een persoon waarvan niet is vastgesteld dat deze de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt. Eiser heeft bezwaar gemaakt tegen de boete, maar het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Gooise Meren heeft het besluit om de boete op te leggen gehandhaafd.
De rechtbank heeft het beroep op 29 december 2023 behandeld. Eiser betwist dat het college de boete heeft mogen opleggen en stelt dat hij direct na de verkoop van het blikje bier aan de testkoopster heeft ingegrepen. De rechtbank oordeelt dat het college terecht de boete heeft opgelegd en dat er geen aanleiding was om deze te matigen. Eiser heeft niet aannemelijk gemaakt dat hij uit eigen beweging heeft ingegrepen tijdens of direct na de verkoop.
De rechtbank concludeert dat de opgelegde boete van € 1.360,- in stand blijft. Eiser krijgt het griffierecht niet terug en ontvangt geen vergoeding van zijn proceskosten. De uitspraak is gedaan door mr. P.J. Blok, rechter, en is openbaar uitgesproken op 7 februari 2024. Eiser kan binnen zes weken na verzending van de uitspraak hoger beroep instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.