Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 19 december 2024 in de zaak tussen
[eiser] , [woonplaats] , eiser,
.
Rechtbank Midden-Nederland
In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedateerd 19 december 2024, wordt het beroep van eiser tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hilversum behandeld. Eiser had beroep ingesteld tegen een besluit dat op 9 april 2024 was genomen. De rechtbank heeft echter besloten om het beroep niet inhoudelijk te behandelen, omdat eiser het verschuldigde griffierecht van € 187,- niet had betaald. Volgens artikel 8:41, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) is het betalen van griffierecht een vereiste voor het indienen van een beroep. De rechtbank heeft eiser op 9 oktober 2024 een aangetekende brief gestuurd met het verzoek om het griffierecht binnen vier weken te betalen. De brief werd op 17 oktober 2024 afgehaald, maar het griffierecht is niet ontvangen door de rechtbank. Eiser heeft geen geldige reden opgegeven voor het niet betalen van het griffierecht. Hierdoor kon de rechtbank het beroep niet inhoudelijk behandelen en werd het beroep kennelijk niet-ontvankelijk verklaard op basis van artikel 8:54 Awb. Eiser krijgt geen gelijk en er wordt geen vergoeding van proceskosten toegekend. De uitspraak is openbaar uitgesproken en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid om een verzetschrift in te dienen als zij het niet eens zijn met deze uitspraak.