ECLI:NL:RBMNE:2024:7100
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het beroep wegens ontbrekende handtekening van de gemachtigde
In deze zaak heeft eiseres, woonachtig in België, op 26 juli 2024 een beroepschrift ingediend tegen de Dienst Toeslagen. Dit beroep was gericht tegen het uitblijven van een beslissing op haar aanvraag van 16 juli 2021 voor herbeoordeling van de kinderopvangtoeslag. De rechtbank heeft op 14 augustus 2024 een verweerschrift ontvangen van de Dienst Toeslagen.
De rechtbank heeft besloten om partijen niet uit te nodigen voor een zitting, omdat het beroepschrift niet persoonlijk was ondertekend door de gemachtigde van eiseres, mr. N. Köse-Albayrak. Volgens artikel 6:5 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) is ondertekening van het beroepschrift vereist. De rechtbank heeft eiseres de kans gegeven om dit gebrek te herstellen, maar ondanks herhaalde verzoeken is het beroepschrift niet correct ondertekend.
Eiseres heeft meerdere keren de mogelijkheid gekregen om het beroepschrift persoonlijk te ondertekenen, maar dit is niet gebeurd. De rechtbank heeft uiteindelijk geoordeeld dat het beroep niet-ontvankelijk is op grond van artikel 6:6 van de Awb, omdat niet voldaan is aan de vereisten voor ondertekening. De rechtbank heeft geen proceskostenvergoeding toegewezen. De uitspraak is gedaan door mr. M. Eversteijn en is openbaar uitgesproken op 9 december 2024.