ECLI:NL:RBMNE:2024:7055
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Veroordeling college tot betaling van proceskosten na intrekking beroep
In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland op 23 december 2024, wordt het verzoek van verzoeker om veroordeling van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Soest in de proceskosten beoordeeld. Verzoeker had eerder beroep ingesteld tegen het uitblijven van een besluit door het college, maar trok dit beroep in nadat het college op 1 augustus 2024 alsnog een besluit had genomen. De rechtbank heeft het college in de gelegenheid gesteld om te reageren op het verzoek om proceskostenveroordeling, maar het college heeft hierop niet gereageerd.
De rechtbank oordeelt dat, wanneer een beroep wordt ingetrokken omdat het bestuursorgaan tegemoet is gekomen aan de indiener, de bestuursrechter op verzoek van de indiener het bestuursorgaan kan veroordelen in de proceskosten. In dit geval heeft de rechtbank vastgesteld dat het college inderdaad tegemoet is gekomen aan verzoeker door op 1 augustus 2024 een besluit te nemen.
De rechtbank wijst het verzoek om proceskostenveroordeling toe en kent verzoeker een vergoeding van € 437,50 toe voor de gemaakte proceskosten. Dit bedrag is berekend op basis van het indienen van een beroepschrift. Daarnaast is het college verplicht om het door verzoeker betaalde griffierecht van € 187,- te vergoeden. De uitspraak is gedaan door rechter I. Helmich, in aanwezigheid van griffier N. Koopmans, en is openbaar uitgesproken op dezelfde datum.