In deze zaak heeft gedaagde in november 2022 de gevel van het huis van eiser vernieuwd. Na afloop van de werkzaamheden constateerde eiser schade aan zijn woning, waaronder schade aan ramen, kozijnen, deuren en sloten. Eiser stelt dat gedaagde deze onderdelen niet goed heeft afgedekt tijdens de werkzaamheden, terwijl gedaagde dit ontkent en andere oorzaken voor de schade aanvoert. Beide partijen hebben expertiserapporten laten opstellen om de schade en de oorzaak ervan te beoordelen. De kantonrechter heeft op basis van deze rapporten geoordeeld dat een deel van de schade is ontstaan door het niet goed afdekken van de ramen en kozijnen door gedaagde, en dat gedaagde deze schade moet vergoeden.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat de schade aan de ramen en kozijnen, die door gedaagde is veroorzaakt, moet worden vergoed. De totale schadevergoeding is begroot op € 5.082,00. Gedaagde had echter ook een vordering in reconventie ingesteld wegens een onbetaalde factuur van eiser. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de vordering van gedaagde in reconventie moet worden afgewezen, omdat eiser succesvol een beroep op verrekening heeft gedaan. Uiteindelijk moet gedaagde € 3.338,39 aan eiser betalen, naast de expertisekosten en buitengerechtelijke kosten. De kantonrechter heeft de proceskosten van eiser toegewezen en de vordering uitvoerbaar bij voorraad verklaard.