4.3Het oordeel van de rechtbank
Bewijsmiddelen
Een proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer] , genummerd PL0900-2023077520-36, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
V: Waar was u vanavond [
de rechtbank begrijpt: 15 maart 2023]?
A: Ik was op de [adres 2] te [plaats 2] . Toen werd er aangebeld. Dat was tussen 21.00 uur en 21.15 uur. Ik hoorde dat iemand vroeg: "is [slachtoffer] er?". Mijn vriend zei toen: "nee hij is er niet". Zij werden woedend en begonnen te trappen tegen de buitendeur beneden. Op een gegeven moment zag ik dat één van de drie op het balkon aan de achterzijde was geklommen. Hij wilde de keukendeur openen om naar binnen te gaan. Hij zei tegen mij dat ik naar buiten moest komen.
V: Kende u een van de mannen?
A: Ja ik kende alle drie de mannen. Ik kende ze vanuit Almere. Daar hebben zij een [bedrijf] genaamd [naam] .Ik deed de deur open en toen kreeg ik achter elkaar twee knallen. Dat was bij de deur beneden. Ik kreeg die knallen van [medeverdachte 2] en die andere man.[medeverdachte 1] geloof ik dat hij heet.Zij sloegen mij dus allebei een keer en toen pakten ze mij bij mijn jas vast en bij mijn haar. Toen werd ik met geweld naar de auto gesleept. Ik werd van achter geschopt en ik werd geslagen. Ik voelde dat ik in mijn nek werd geslagen en op mijn hoofd.
V: Heeft u gezien wie u vast pakte bij uw jas?
A: Ik denk die kleinere, [medeverdachte 1] . Hij pakte mij ter hoogte van mijn rechterschouder vast aan mijn jas. [medeverdachte 2] pakte mij bij mijn haren. [medeverdachte 1] was degene die mij sloeg en schopte terwijl ze mij naar de auto sleurde.
V: Waar was die man op het balkon toen?
A: Ik zag dat hij ook bij mij was toen in meegesleurd werd.
V: Wat gebeurde er toen u bij de auto kwam?
A: De man van het balkon deed de achter rechter schuifdeur aan de achterzijde open. Het was een Vitobusje van Mercedes. Ik kreeg toen nog twee van die klappen omdat ik niet naar binnen wilden. Ik kreeg die klappen van die kleine, [medeverdachte 1] . Ik kreeg die klappen met een vuist in mijn gezicht. Hij sloeg echt met harde klappen. Ze duwde mij het busje in. En toen reden ze hard weg. Die [medeverdachte 1] stapte bij mij aan de achterkant in. In het busje sloeg hij mij ook nog. Als ik iets tegen hem wilde zeggen dan werd ik door hem geslagen.
V: Wat werd er tegen u gezegd?
A: Door alle drie werd tegen mij gezegd dat ze mij mee zouden nemen naar Almere en dat ik het werk alsnog moest gaan doen. Ze zouden mij vast zetten tot ik het geld terug zou geven.
V: Waarmee hebben zij gedreigd?
A: Ze dreigden dat als ik niet zou komen dat ze mij zouden vinden en dat ze mij iets zouden doen. Die [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] die zeiden tegen mij dat ze mij waar dan ook zouden vinden. Ze zeiden verder niet wat er dan zou gebeuren. Maar ik had het idee dat als ze mij zouden vinden dat ze mij dan zouden breken. Ze zouden mij niet doden maar wel iets aandoen
V: Werd u vastgehouden in het busje?
A: Nee maar eentje zat wel kort op mij. Ik had geen gelegenheid om iets te doen. Ik denk dat het busje wel op slot was.
Een proces-verbaal van verhoor van getuige [getuige] op 16 maart 2023, genummerd PL0900-2023077520-2, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op 15 maart 2023 omstreeks 21.40 uur bevond ik mij in mijn woning op de zolderverdieping. Ik hoorde hard geschreeuw uit de richting van de [straat 1] . Ik zag dat er voor de [adres 2] twee mannen voor de voordeur stonden. Ik zag dat er een andere man op de stoep bij deze mannen stond.Ik hoorde harde klappen uit de richting van deze woning komen. Ik had het idee dat het trappen tegen de deur waren, ik heb dit alleen niet gezien. Ik zag dat op een gegeven moment man 4 de voordeur opendeed. Ik hoorde dat er hard door man 1 en man 2 tegen man 4 geschreeuwd werd. Ik zag dat man 1 en man 2 hierop man 4 vastpakten. Ik zag dat man 1 met 2 handen man 4 bij zijn rechterarm vastpakte. Ik zag dat man 2 met beiden handen man 4 bij zijn linkerarm vastpakte. Ik zag dat man 1 en man 2 hierop met kracht man 4 de woning uit trokken. Ik zag dat man 4 tegenstribbelde. Ik zag dat man 4 dit deed door zich zwaar naar achter en naar beneden te laten hangen. Ik zag dat echter dat, terwijl man 1 en man 2 met kracht de armen van man 4 vast bleven houden, alle mannen de [straat 1] uitliepen in de richting van de [straat 2] . Ik zag dat, toen zij bijna op de kruising van de [straat 1] met de [straat 2] liepen, man 1 met zijn rechter vlakke hand man 4 een stuk of 3 harde klappen gaf. Ik zag dat deze klappen in het gezicht van man 4 kwamen. Ik zag dat man 1 deze klappen gaf op het moment dat man 4 zich probeerde los te werken en zich best wel verzette. Ik had het idee dat man 3 op dat moment aan het filmen was.
Een proces-verbaal van bevindingen uitkijken camerabeelden telefoon, genummerd 2023077520-37, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op 15 maart 2023 heeft er een ontvoering/gijzeling plaatsgevonden aan de [adres 3] te [plaats 2] . In het kader van het onderzoek naar de ontvoering/gijzeling werd de telefoon van één van de verdachten veiliggesteld en handmatig bekeken. In dit proces- verbaal wordt gesproken over SLT, NN1, NN2 en NN3. SLT (herkenbaar aan lichtkleurige gympen met witte bies, donkerkleurige gewatteerde jack), NN1 (herkenbaar aan licht blauwe spijkerbroek, witte gympen en een donkerkleurige hoodie), NN2 (herkenbaar aan een donkerkleurig jack, donkerkleurige gympen met witte bies) en NN3 (herkenbaar aan linkerbeen, linker witte gymschoen en gescheurde plekken op zijn broek)
Op de bewegende beelden te horen en te zien dat NN3 aan het filmen is.Op de bewegende beelden is te zien dat NN1 het SLT vast heeft en naar voren duwt.Inmiddels is NN2 ook in beeld en houdt samen met NN1 het SLT vast.Hier is te zien dat het SLT naar voren wordt geduwd door NN1. NN2 heeft het slachtoffer vast aan zijn jas.Hier is goed te zien dat NN1 het SLT vast heeft ter hoogte van zijn nek.Op de bewegende beelden is te zien dat de zijdeur van het voertuig open staat en dat het SLT erin wordt geduwd.Inmiddels is het SLT door NN1 en NN2 in het voertuig geduwd.Camera die NN3 bedient gaat om NN1 heen en filmt de binnenkant van het busje. Inmiddels is het SLT in het busje geduwd en op de bank naar achteren geschoven.Op de bewegende beelden is te zien dat NN2 ook in de bus stapt en naast het SLT gaat zitten.
Een proces-verbaal van herkenning verdachten na aanleiding filmpje van telefoon, genummerd 2023077520-39, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op 15 maart 2023 heeft er een ontvoering/gijzeling plaats gevonden op de [adres 2] in [plaats 2] . Op één van de telefoons was het filmpje te zien. Er is te zien dat twee personen het slachtoffer vast hebben. Eén van de verdachten heeft een baardje een donker jas aan met capuchon, donkere broek en schoenen/gympen met een witte bies. Op de foto's die gemaakt zijn na de aanhouding is te zien dat verdachte [medeverdachte 1] deze kleding aan heeft. De tweede persoon die het slachtoffer vast heeft, draagt een lichte spijkerbroek, donkere hoodie, witte gympen en heeft opgeschoren haar aan de zijkant. Op de foto's die gemaakt zijn na de aanhouding is te zien dat de verdachte [medeverdachte 2] deze kleding aan heeft. Er is te zien dat de persoon die aan het filmen is witte gympen aan heeft. Als de persoon in de bus zit, is te zien dat hij een spijkerbroek aan heeft met gescheurde plekken. Op de foto's die gemaakt zijn na de aanhouding is te zien dat de verdachte [verdachte] deze kleding aan heeft.
Een proces-verbaal van bevindingen, genummerd PL0900-2023077520-10, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op 15 maart 2023 zag ik dat er een donkere bestelauto mij tegemoet reed. Ik zag dat de bestuurder was genaamd: [medeverdachte 2] . Ik zag dat de bijrijder naast de bestuurder was genaamd: [verdachte] . Achter de bestuurder zat een persoon genaamd: [slachtoffer] .Rechts naast [slachtoffer] zat een persoon die bleek te zijn genaamd: [medeverdachte 1] .Ik zag dat [slachtoffer] wat nerveus was. Verbalisant [verbalisant] zei tegen [slachtoffer] dat wij een melding hadden gehad dat er een man tegen zijn wil een bestelauto in was gesleurd. [slachtoffer] zei toen dat hij het was en bang was dat hij zou worden vermoord. [slachtoffer] gaf aan dat hij heel blij was dat de politie de bestelauto had laten stoppen anders was hij helemaal verrot geslagen en meegenomen. Ik zag dat [slachtoffer] stond te trillen. Ik zag dat hij op zijn rechterzij een bloeduitstorting had en op zijn linkerschouder ook.Ik zag dat hij moeilijk bewoog.
Een proces-verbaal van verhoor van [verdachte] van 16 november 2024, genummerd 2023077520-3, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
V: Je hebt net al verteld dat jullie gister naar Utrecht zijn gegaan om iemand op te halen, klopt dat?
A: Ja kort gezegd was het zo, dat zijn mijn vrienden. We moesten een vakman ophalen omdat die moest werken.
V: Met wie was je?
A: Met [medeverdachte 1] en later kwam [medeverdachte 2] eraan en die zei ik moet even een vakman ophalen en toen zijn we naar Utrecht gegaan. Die vakman zou laminaat leggen in het huis van [medeverdachte 2] .
Een proces-verbaal van verhoor van [medeverdachte 2] op 16 maart 2023, genummerd 2023077520-4, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
A: Gisteravond [
de rechtbank begrijpt: 15 maart 2023] ben ik naar hem [
de rechtbank begrijpt: [slachtoffer]] toegereden. lk had gewoon steeds de hoop dat hij uiteindelijk de klus zou afmaken maar toen ik gisteravond bij [medeverdachte 1] (fonetisch) thuis zat te eten vertelde ik hele verhaal. Zij kende dit verhaal al dus we hadden het er gewoon over met zijn drie. lk bedoel [medeverdachte 1] , [verdachte] , en ik.
V: Hoe laat zijn jullie naar [plaats 2] gereden?
A: Ik denk dat het een uur of 20:00 uur was. Ik denk we tussen 21:00 en 21:30 uur aankwamen bij het huis van [slachtoffer] . Hij moest die klus gewoon afmaken al zou het 04:00 uur 's nachts worden. [medeverdachte 1] stelde nog voor hem te bellen maar gezamenlijk besloten we die kant op te rijden.Ik parkeerde de bus en we stapten met z'n 3 uit. Na het aanbellen, riepen we dat we op zoek waren naar [slachtoffer] . Iemand liep naar achteren, ik weet niet of dit [verdachte] of [medeverdachte 1] was, ik hoorde toen één van hen roepen: "Kom naar beneden jij". Ik besefte dat iemand [slachtoffer] had gezien en begon op de deur te bonken. Ik heb echt staan schreeuwen bij die deur, ik heb op die voordeur staan bonken en tegen die deur getrapt. Vervolgens zag ik dat [slachtoffer] naar buiten kwam. Ik zag dat [slachtoffer] een gekke beweging maakte waardoor ik de indruk kreeg dat hij wilde vluchten. Ik heb hem bij zijn kraag gepakt. En omdat hij zich begon te verzetten heb ik hem 3 of 4 knietjes in tegen zijn kont gegeven.
Bewijsoverweging
Aandeel van verdachte
De rechtbank stelt op grond van de bewijsmiddelen vast dat verdachte op 15 maart 2023 samen met medeverdachten [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] in een busje naar [plaats 2] , de plaats waar aangever verbleef, is gereden. Er was een zakelijk conflict tussen het slachtoffer en verdachte [medeverdachte 2] over het leggen van een vloer. De verdachten zijn naar [plaats 2] gereden met de intentie om aangever op te halen om hem te klus af te laten maken. Uit de verklaringen van verdachte en [medeverdachte 2] volgt dat verdachten met zijn drieën hebben besproken met welk doel ze naar aangever zouden gaan en verdachte was hiervan dus op de hoogte. Ter plaatse is verdachte uit de bus gestapt en meegelopen naar de woning waar aangever zou verblijven en hebben daar aangebeld. Aangever verklaart dat hierna een van de drie mannen die hij kende van [bedrijf] , niet zijnde [medeverdachte 2] of [medeverdachte 1] , op het balkon is geklommen, geprobeerd heeft daar een deur te openen en heeft gezegd dat aangever naar buiten moest komen. De rechtbank concludeert dat verdachte de persoon is geweest die op het balkon van aangever is geklommen. Aangever gaat naar beneden, doet de voordeur open en wordt door medeverdachten [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] vastgepakt en meegenomen naar de bus. Verdachte heeft hiervan een deel gefilmd. Op de beelden is te zien dat verdachte dicht achter medeverdachten aanloopt. Uit de verklaring van aangever blijkt dat verdachte, eenmaal bij de bus aangekomen, de deur van de bus open doet zodat aangever de bus in kon worden geduwd. Verdachte gaat vervolgens voorin de bus zitten waarna ze wegrijden.
Medeplegen opzettelijke wederrechtelijke vrijheidsberoving
Vanuit de zijde van de verdediging is aangevoerd dat het aandeel van verdachte van onvoldoende gewicht is om te kunnen spreken van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking tussen verdachte en zijn medeverdachten op de wederrechtelijke vrijheidsberoving van aangever. De rechtbank overweegt hierover als volgt.
Verdachte wist van het plan om aangever mee te nemen, hij heeft gezien dat er geweld werd gebruikt tegen aangever, dat aangever werd vastgepakt en dat aangever niet uit zichzelf meeliep. Hierdoor wist verdachte dat aangever niet vrijwillig met hen meeging en in de bus is gestapt. Verdachte heeft ook op essentiële onderdelen een bijdrage geleverd aan het gepleegde feit, door op het balkon van aangever te klimmen en hiermee te bewerkstelligen dat verdachte de voordeur open zou doen, door dicht op medeverdachten te lopen terwijl zij aangever vasthielden en geweld op hem toepasten, en door vervolgens de deur van de bus open te doen zodat aangever door medeverdachten in de bus kon worden geduwd. Op grond van deze feiten en omstandigheden acht de rechtbank het wettig en overtuigend bewezen dat verdachte nauw en bewust heeft samengewerkt met medeverdachten en medepleger is van de opzettelijke wederrechtelijke vrijheidsberoving van aangever.
Significante en wezenlijke bijdrage openlijk geweld
Vanuit de zijde van de verdediging is aangevoerd dat verdachte geen significante en wezenlijke bijdrage heeft gehad aan het op aangever uitgeoefende geweld en derhalve moet worden vrijgesproken van de onder feit 2 primair ten laste gelegd openlijke geweldpleging. De rechtbank overweegt hierover als volgt.
De rechtbank stelt voorop dat van het "in vereniging" plegen van geweld sprake is, indien de betrokkene een voldoende significante of wezenlijke bijdrage levert aan het geweld. Die bijdrage hoeft zelf niet van gewelddadige aard te zijn. De enkele omstandigheid dat iemand aanwezig is in een groep die openlijk geweld pleegt, is niet zonder meer voldoende om hem te kunnen aanmerken als iemand die "in vereniging" geweld pleegt. Beoordeeld zal moeten worden of de door verdachte geleverde bijdrage aan het delict van voldoende gewicht is.
De rechtbank merkt daarbij op dat de Hoge Raad eerder heeft geoordeeld dat het geven van het adres, het vervolgens meegaan naar dat adres en tweemaal op de deur kloppen, en de naam van de bewoner roepen kan worden gezien als een voldoende significante en wezenlijke bijdrage aan openlijke geweldpleging (HR 13 oktober 2015, NJ 2015/451).
De rechtbank kan weliswaar niet vaststellen of verdachte zelf geweldshandelingen heeft verricht tegen aangever, maar wel dat verdachte het gepleegde geweld heeft bevorderd. Dat heeft hij gedaan door op het balkon van de woning waar aangever was, te klimmen en heeft geroepen dat aangever naar buiten moest komen, dichtbij de medeverdachten te staan terwijl zij geweld tegen aangever gebruikten, te filmen hoe aangever door medeverdachten naar de bus werd geleid en vervolgens de deur van de bus open te doen zodat aangever in de bus kon worden gezet. Hiermee is verdachte meegegaan in de aanvalsgolf en heeft hij bijgedragen aan de algehele sfeer van ontremming. Op grond hiervan staat voor de rechtbank vast dat de verdachte niet enkel de groep getalsmatig heeft versterkt, maar dat hij door te handelen als hiervoor vermeld een wezenlijke bijdrage heeft geleverd aan het gepleegde geweld.