ECLI:NL:RBMNE:2024:6736

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
30 oktober 2024
Publicatiedatum
12 december 2024
Zaaknummer
16/179698-24 en 16/238492-24 (gev. ttz)
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht; Materieel strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van verdachte voor meerdere strafbare feiten tegen zijn familieleden, waaronder diefstal, vernieling, bedreiging en belaging

Op 30 oktober 2024 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de verdachte, die zich schuldig heeft gemaakt aan meerdere strafbare feiten tegen zijn familieleden. De verdachte is veroordeeld voor diefstal met braak, vernieling, bedreiging en belaging. De feiten vonden plaats in de periode van mei tot en met juli 2024, waarbij de verdachte zijn zussen en moeder heeft bedreigd en lastiggevallen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte op 15 mei 2024 in Utrecht een kentekenbewijs en andere documenten van de auto van zijn zus heeft gestolen door middel van braak. Op 21 mei 2024 heeft hij meerdere ruiten van haar auto vernield en op 25 mei 2024 heeft hij haar bedreigd met de dood. Daarnaast heeft hij op 30 mei 2024 een ruit van de woning van zijn moeder ingegooid. In een andere zaak, die betrekking heeft op belaging, heeft de verdachte in de periode van 22 juni tot en met 11 juli 2024 zijn zus [aangeefster 2] herhaaldelijk gebeld en bedreigd. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van zes maanden, waarvan twee maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar. Tevens is er een vrijheidsbeperkende maatregel opgelegd, waaronder een contactverbod met zijn moeder en zussen en een locatieverbod voor hun woningen. De vordering van de benadeelde partij is volledig toegewezen, waarbij de verdachte is veroordeeld tot betaling van € 650,- aan schadevergoeding.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Strafrecht
Zittingsplaats Utrecht
Parketnummers: 16/179698-24 en 16/238492-24 (gev. ttz) (P)
Vonnis van de meervoudige kamer van 30 oktober 2024
in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren op [geboortedatum 1] 1994 te [geboorteplaats 1] ,
ingeschreven in de Basisregistratie personen op het adres [adres 1] , [postcode 1] te [plaats] ,
hierna: verdachte.

1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING

Dit vonnis is bij verstek gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 16 oktober 2024.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering en standpunten van officier van justitie mr. D. ter Laak en van hetgeen de benadeelde partij [slachtoffer] naar voren heeft gebracht.

2.TENLASTELEGGING

De tenlastelegging is als bijlage (bijlage I) aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
16/179698-24feit 1:op 15 mei 2024 in Utrecht een kentekenbewijs en overige autopapieren van een personenauto van [slachtoffer] heeft gestolen door middel van braak/verbreking;
feit 2:op 21 mei 2021 in Utrecht meerdere (nood)ruiten van een personenauto van [slachtoffer] heeft vernield;
feit 3:op 25 mei 2024 in Utrecht [slachtoffer] heeft bedreigd met de woorden “Wollah ik maak jou dood, wollah ik maak jouw kanker moeder dood.”, “Wollah ik maak jou af.”, “Wollah je gaat ziek naar huis. Ik sla jou total loss.”, “Wollah [slachtoffer] , wollah ik sla jou helemaal total loss.” en/of “Kom nu naar de deur dan. Ik sla jou totaal los.”;
feit 4:op 30 mei 2024 in [plaats] een ruit van de woning aan de [adres 2] van woningcorporatie Bo-Ex heeft vernield;
16/238492-24feit 1:in de periode van 22 juni 2024 tot en met 24 juli 2024 in Utrecht [aangeefster 2] heeft belaagd door haar veelvuldig te bellen, meermalen haar voicemail in te spreken, meermalen te mailen of te contacten via haar bedrijfsmailadres en bedrijfswebsite en haar een (facebook)bericht te sturen;
feit 2:op 11 juli 2024 in Utrecht [aangeefster 2] heeft bedreigd door haar voicemail in te spreken met de woorden: "ik ga ervoor zorgen dat je onder de grond komt kankerhoer" en/of "Ik draai je nek om kankerhoer".

3.VOORVRAGEN

De dagvaarding is geldig, de rechtbank is bevoegd tot kennisneming van het ten laste gelegde, de officier van justitie is ontvankelijk in de vervolging van verdachte en er zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging.

4.WAARDERING VAN HET BEWIJS

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht alle ten laste gelegde feiten wettig en overtuigend te bewijzen.
4.2
Het oordeel van de rechtbank
De hieronder weergegeven bewijsmiddelen worden steeds gebruikt tot het bewijs van het feit of de feiten, waarop zij blijkens hun inhoud uitdrukkelijk betrekking hebben. Sommige onderdelen van de bewijsmiddelen hebben niet betrekking op alle feiten, maar op één of meerdere feiten.
16/179698-24
Bewijsmiddelen [1]
Een proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer] , genummerd PL0900-2024153517-4, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op 15 mei 2024 parkeerde ik mijn personenauto, merk Kia, type Picanto, voorzien van het kenteken [kenteken] op de [straat] te Utrecht. Op 16 mei 2024 zag ik naast mijn personenauto glasstukken liggen. Ik zag dat het raam van de bestuurderszijde kapot was en tegelijkertijd zag ik dat het raam van de bijrijderszijde ook kapot was. Ik zag dat mijn mapje met de administratie van mijn personenauto niet meer in dashboardkastje lag. In het mapje met administratie van mijn personenauto, lag onder andere mijn kentekenbewijs. Ook lagen er alle papieren in van het RDW en de verzekering. Ik zag toen dat tussen de bestuurdersstoel en bijrijdersstoel een bruine baksteen lag. Om beide stoelen lagen ook heel veel stukken glas. [2]
Op 15 mei 2024, omstreeks 21.30 uur, heeft [verdachte] meerdere keren aangebeld bij mijn woning. Ik hoorde [verdachte] schreeuwen dat ik de deur moest openmaken, zodat hij met mij kon praten. Ik reageerde hierop door te zeggen dat [verdachte] ons met rust moest laten. Ik hoorde toen dat [verdachte] op de deur bleef bonken. Ik riep toen naar [verdachte] dat als hij bleef staan dat ik de politie zou bellen. Ik hoorde toen [verdachte] schreeuwen: "Is goed, niet gaan huilen als er een baksteen door je auto heen gaat. De volgende keer komt er een baksteen tegen je hoofd aan", of woorden in soortgelijke strekking. [3]
Een proces-verbaal van bevindingen onderzoek camerabeelden, genummerd PL0900-2024170843-28, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Ik keek de camerabeelden uit van de camera die zich bevindt aan de [straat] te [plaats] ter hoogte van nummer [huisnummer 1] . Deze camera heeft beeld op de hierbij gelegen parkeerplaats. [4]
15/05/2024 22:43 uur
Na ongeveer 5 seconden zag ik de persoon voorlangs het voertuig met kenteken [kenteken] lopen met een donkerkleurig voorwerp in zijn rechterhand. Ik zag dat hij naar de bestuurderskant van het voertuig liep. Ik zag dat de persoon een donkerkleurig voorwerp in zijn rechterhand vast had. Op het beeld zag ik dat de persoon zijn rechterarm naar achter bewoog en deze krachtig naar voren bewoog. Ik zag dat het raam van het voertuig kapot was. [5]
Een proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer] , genummerd PL0900-2024167226-2, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op 20 mei 2024 parkeerde ik mijn personenauto, merk Kia, type Picanto, bouwjaar 2014, kleur Zwart en voorzien van het kenteken [kenteken] op de [straat] te [plaats] ter hoogte van perceel [huisnummer 2] . De auto had op dit moment schade van een vernieling die vier dagen eerder hadden plaatsgevonden. Er zat een noodraam aan de bestuurderskant. Ik heb de auto afgesloten achtergelaten. Op 21 mei 2024 zag ik mijn auto opnieuw schade had. Ik zag namelijk dat er twee zijramen vernield waren aan de bestuurderszijde. Het zijraam bij de bestuurderszijde was een noodraam. Deze was ook vernield. Het andere zijraam bij de achterbank was ook vernield. Er lag veel glas in de auto. Ik zag veel glas op de achterbank liggen en ik zag op de zitting van de bijrijdersstoel een grote baksteen liggen. Ik zag op de achterbank op de vloer ook een stuk tegel liggen. Op de achterbank lag veel stukken van het vernielde noodraam. Ik zag dat er overal kleine krasjes op het dashboard, interieur en op de stoffering zaten. [6]
Een proces-verbaal van bevindingen onderzoek camerabeelden, genummerd 2024167226, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op 28 mei 2024 werd er aangifte gedaan van vernieling autoruit. De autoruit zou vernield
zijn tussen 20 mei 2024 18.00 uur en 21 mei 2024 12.00 uur. De auto van de aangeefster stond geparkeerd op een parkeerplaats aan de [straat] te Utrecht. Uit de aangifte bleek dat er camerabeelden beschikbaar zouden zijn. De beelden zijn door mij bekeken en hieruit bleek het volgende: [7]
Foto 2, 01.01.13 uur: De verdachte komt aangelopen met een tas in zijn handen, rechts staat de een donkere auto, welke van de aangeefster bleek te zijn.
Foto 3, 01.01.15 uur: de verdachte haalt met zijn rechterhand iets uit de tas, welke hij vast heeft. [8]
Foto 4, 01.10.19 uur: de verdachte haalt zijn rechterarm naar achteren en gooit een voorwerp tegen de ruit van de portierdeur (bestuurderszijde van de auto) Vervolgens pakt de verdachte
nog een voorwerp uit de tas.
Foto 5, 01.01.24 uur: de verdachte gooit het tweede voorwerp tegen de ruit achter de bestuurderszijde. Vervolgens is te zien dat deze ruit versplinterd en kapot gaat. [9]
Een proces-verbaal van herkenning [verdachte] , genummerd PL0900-2024167226-4, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Ik ben deze afgelopen 2 maanden meerdere malen in contact gekomen met de familie [familienaam] wonende aan de [adres 2] te [plaats] . Nadat de vernielingen gepleegd waren bleken er beelden te zijn van een persoon welke de vernielingen aan de auto, tussen 20 en 21 mei 2024 van [slachtoffer] gepleegd zou hebben. Ik kreeg de beelden te zien en ik herkende voor 100% aan het loopje van de persoon welke op de beelden direct gericht naar een Kia Picanto loopt en daar de twee linker ruiten van ingegooid met een voorwerp die uit een plastic tas gehaald wordt. Ik zag dat op de aan mij getoonde beelden een persoon geheel in het donker gekleed was, op 21 05 2024 te 01:01:01 uur. Ik herken de loop van deze persoon als [verdachte] . [verdachte] loopt met zijn linkerbeen in een speciaal loopje. Ik weet niet hoe ik dat moet omschrijven maar het lijkt dat zijn linker been een beetje mee sleept en hij hem naar voren moet gooien. Ik heb meerdere malen contact gehad met [verdachte] in de afgelopen jaren. Hierdoor weet ik voor 100% dat de persoon op de aan mij getoonde
beelden [verdachte] is. Ik herkende hem voor 100% aan:
-bolle gezicht;
-forse postuur;
-lengte;
-gezicht;
-grote neus. [10]
Een proces-verbaal van aangifte [slachtoffer] , genummerd PL0900-2024171107-2, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Ik heb een broer genaamd [verdachte] . Op 25 mei 2024 bevond ik mij in mijn woning in Utrecht. Ik werd op mijn telefoon door anoniem nummer gebeld. Ik nam mijn telefoon op en hoorde mijn broer zijn stem. Ik hoorde hem schreeuwen. Ik hoorde hem het volgende in Nederlands en deels Arabisch zeggen: "Ik kan fluiten naar mijn centen? Fluiten?! Ik zweer het, ik maak jou dood! Ik zweer het ik maak jouw kankermoeder dood. We gaan het zien hoer! Het is mijn geld! [11] Ik heb het nodig!" [12]
Ik voelde mij door deze woorden ontzettend bedreigd en onveilig. Ik weet dat mijn broer meermaals mijn autoramen heeft vernield. Ik ben daarom bang dat hij deze bedreigingen waar gaat maken.
Op 25 mei werd ik nogmaals door een anoniem nummer gebeld. Ik hoorde mijn broer zijn stem. Ik hoorde hem nogmaals om geld vragen. Ik hoorde hem het volgende zeggen: "Je bent een kankerheks" Ik vertelde hem dat hij moest oprotten en dat hij mij met rust moest laten. Ik hoorde hem hierna zeggen: "Ik zweer het, je gaat het ziekenhuis in. Ik sla jou total los. Ik zweer het jij gaat het ziekenhuis in"
Aan het einde van het gesprek hoorde ik hem meermaals zeggen dat hij nog geld van ons zou moeten krijgen. Ik vertelde hem dat hij niets van ons zou krijgen. Ik hoorde hem hierna het volgende zeggen: "Ik zweer jou [slachtoffer] . Ik sla jou helemaal total los, als ik jou kan pakken. Kom naar de deur [slachtoffer] . Ik sla jou helemaal total los."
Ik voelde mij op dit moment ernstig bedreigd en was bang dat hij daadwerkelijk naar mijn deur zou komen, om mij in elkaar te slaan. Ik zie hem daar namelijk tot toe in staat. [13]
Een proces-verbaal van bevindingen onderzoek geluidsfragmenten, genummerd PL0900-2024153517-9, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Wij, verbalisanten, hebben meerdere geluidsfragmenten ontvangen van aangever [slachtoffer] (hierna genoemd: [slachtoffer] ). Zij verklaart dat dit verschillende telefoongesprekken zijn tussen [slachtoffer] en haar broer [verdachte] (hierna genoemd: [verdachte] ) op 25 mei 2024 omstreeks 09:30 uur.
Geluidsfragment 1[slachtoffer] : Wat zeg je?
[verdachte] : Wat is jou kankerprobleem?
[slachtoffer] : Luister, mama zou jou die geld geven, niet ik he! Niet vergeten, mama zou jou die geld geven. Maar om dat jij ons dit hebt aangedaan, kan je fluiten naar je centen. Je hebt je niet gehouden aan de afspraken.
[verdachte] : Dus ik kan fluiten naar mijn centen, ik kan fluiten wollah! Wollah ik maak jouw dood, wollah ik maak jou kanker moeder dood. Het is mijn geld, ik heb het nodig!
[slachtoffer] : Wat ga jij doen bij mij? Sorry?
[verdachte] : Wollah ik maak jou af. Het is mijn geld, ik heb het nodig. [14]
[slachtoffer] : Geef mijn auto boekje terug, ik wil ik wil ik wil mijn auto boekje terug ja dan gaan we het zo spelen. Geef mijn auto boekje terug.
[verdachte] : Ik ga voor jou regelen, is goed.
Geluidsfragment 2[slachtoffer] : Kan je normaal praten of niet? Mag ik mijn auto boekje terug?
[verdachte] : Ja maar eh, wanneer krijg ik die geld dan?
[slachtoffer] : Wanneer ik mijn auto boekje, kom maar met die autoboekje. Ik wil eerst zien of
alles nog in orde is.
[verdachte] : Als ik die autoboekje geef, en dan?
[slachtoffer] : ja dan eh, gaan we daarna kijken wat we dan gaan doen. Maar ik wil eerst mijn auto boekje terug.
[verdachte] : Ik kom straks. Is goed. [15]
Geluidsfragment 4Op 31 mei 2024 ben ik, verbalisant [verbalisant] , op het cellencomplex te Houten geweest om [verdachte] te verhoren. [verdachte] wilde niet meewerken aan dit verhoor, maar ik heb hem toen wel gesproken. Ik herken de mannenstem van onderstaand geluidsfragment als de stem van [verdachte] . [16]
[slachtoffer] : Wat ga je doen? Wat ga je doen? Wat voor probleem, wat ga je doen? Wat ga ik zien? Laat mij met rust, oprotten.
[verdachte] : Wollah je gaat ziek naar huis. Ik sla jou totaal los. [17]
[verdachte] : Wollah [slachtoffer] , wollah ik sla jou helemaal totaal los a?
[slachtoffer] : Wat ga je doen alsjeblieft, alsjeblieft.
[verdachte] : Kom nu naar de deur dan.Ik sla jou totaal los a kechbeh di meh?? [18]
Geluidsfragment 5[slachtoffer] : Wanneer krijg ik mijn boekje? Ik kan zo doorgaan tot
[verdachte] : Die heb ik al, jouw boekje heb ik al.
[slachtoffer] : Wat zeg je?
[verdachte] : Die heb ik al...
[slachtoffer] : Ja wanneer krijg ik hem terug, dat is de vraag.
[verdachte] : Ik eeh ik eeh moet eerst wat gestort krijgen, daarna krijg jij je boekje terug. [19]
[slachtoffer] : Ik ben nu thuis, leg ze maar bij de hal dan ga ik hem ophalen.
[verdachte] : Ga je politie erbij bellen?
[slachtoffer] : Nou dan niet, doei [verdachte] ! Dan niet, doei!
[verdachte] : Ik ga zo, doe rustig, ik ga zo. Dan haal ik het voor je. Ik haal m zo voor je. [20]
Een proces-verbaal van aangifte van [aangeefster1] , genummerd PL0900-2024170205-8, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Ik woon aan de [adres 2] in [plaats] . Op 30 mei 2024 omstreeks 14:30 uur zag ik mijn zoon, [verdachte] vanuit het voetpad naast de flat aan de overzijde komen. Ik zag dat hij vervolgens aanbelde bij mijn woning. Hij belde aan bij de portiekdeur op de begane grond. Ik zag dat de politie kwam en met [verdachte] sprak. Ik zag dat [verdachte] na dit gesprek wegliep. [21] Omstreeks 15:20 uur zag ik dat [verdachte] kwam aanlopen. Ik zag dat hij in een rechte lijn naar mijn woning liep. Ik zag dat hij opeens een plastic tas in zijn hand had. Ik zag dat hij naar mijn voordeur liep. Ik zag dat hij de plastic tas opende en ik zag dat hij een steen hieruit pakte. Ik zag dat hij de steen tegen het raam gooide. Ik zag dat hij de steen met één hand naar het raam gooide op de begane grond. Ik hoorde een harde klap. Ik hoorde glas gerinkel en glas breken. Mijn woning is eigendom van woningcorporatie BO-EX. Het gebroken raam is hun eigendom. [22]
Een proces-verbaal van bevindingen, genummerd PL0900-2024170205-2, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op donderdag 30 mei 2024 omstreeks 14.30 uur kwamen wij ter plaatsen opgenoemd adres. Wij zagen een man voor het portiek staan aan de [adres 2] te [plaats] . Ik herkende de man als zijnde: [verdachte] , geboren op [geboortedatum 1] 1994. Ik hoorde [verdachte] het volgende zeggen: 'Ik ga zo meteen die ruiten in slaan. Dus als al in ruiten ingeslagen zijn dan weten jullie dat ik het heb gedaan''. Ik zag dat hij daarbij wees richting de ruiten van de onderste etage van de [adres 2] . [23]
16/238492-24
Bewijsmiddelen [24]
Een proces-verbaal van aangifte van [aangeefster 2] , genummerd PL0900-2024224629-2, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Mijn broer heeft een contactverbod gekregen met mijn zus [slachtoffer] en mijn moeder. Sinds dit contactverbod belt hij mij constant op. Hij belde mij eerst met zijn herkenbare telefoonnummer: [telefoonnummer 1] , maar omdat ik hem blokkeerde belde hij mij anoniem. Omdat ik een eigen bedrijf heb moet ik wel opnemen. Anonieme bellers kunnen ook klanten zijn. Als ik opneem hoor ik dat het [verdachte] is. Ik ken zijn stem heel goed omdat ik zijn zus ben. Ik hoor duidelijk aan zijn stem dat [verdachte] dan tegen mij praat. Hij scheldt mij dan uit en zegt dat ik hem geld moet geven. Ook stuurt hij mij emailberichten en berichten naar mijn bedrijf. Hij doet dit ontzettend vaak. Ook heeft hij voicemail berichten bij mij ingesproken. In de voicemailberichten van 11 juli 2024 hoorde ik dat hij het volgende tegen mij zei: "Kankerhoer, ik ga ervoor zorgen dat je onder de grond komt." en "Kankerhoer, ik draai je nek om." Ik ben echt bang voor [verdachte] en ik vrees dat hij mij echt wat aandoet. Ik durf mijn auto niet meer in de buurt van mijn moeders woning te parkeren omdat ik bang ben dat [verdachte] hem vernield. Ook ben ik bang om [verdachte] tegen te komen. Ik ben bang dat hij mij dan mishandeld. [25]
Een geschrift, te weten een screenshot van een bericht bijgevoegd bij de aangifte van [aangeefster 2] , genummerd PL0900-2024224629-2, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Ontvangen op 22 juni 20:48
“Ewa eerlijk is eerlijk geef mij gewoon mij recht”
“Jullie hebben mij beloofd ik zou het krijgen in de zomer het is nu zomer geef mij mij recht dan zijn we klaar haal maar de kosten eraf dan hou ik daar zoeizo nog over
Kan ik het aub zo snel mogelijk krijgen”. [26]
Een proces-verbaal historische verkeersgegevens, genummerd PL0900-2024224629-16, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
De historische belgegevens van het telefoonnummer aangeefster [aangeefster 2] zijn opgevraagd over de periode 22 juni 2024 tot en met 24 juli 2024. Uit de historische belgegevens van het telefoonnummer van aangeefster [aangeefster 2] blijkt dat in de periode van 22 juni 2024 tot en met 24 juli 2024 er in totaal 82 keer verbinding is geweest vanaf het telefoonnummer van [verdachte] + [telefoonnummer 1] naar het telefoonnummer van aangeefster [aangeefster 2] + [telefoonnummer 2] . De contactmomenten hebben een verschillende tijdsduur welke varieert van 1 seconden tot 130 seconden. Uit de historische gegevens is niet op te maken of de telefoongesprekken zijn beantwoord, werden afgebroken of op voicemail zijn overgegaan, of dat de voicemail werd ingesproken.
22 juni 2024: 11 keer;
23 juni 2024: 7 keer;
24 juni 2024: 2 keer;
3 juli 2024: 1 keer;
10 juli 2024: 27 keer;
11 juli 2024: 34 keer. [27]
Een proces-verbaal van verhoor van verdachte op 24 juli 2024, genummerd PL0900-2024224629-5, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
V: Wat is jouw telefoonnummer?
A: [telefoonnummer 1] .
V: Wie maken er gebruik van jouw telefoon?
A: Alleen ik. [28]
O: Jouw zus [aangeefster 2] heeft verklaard dat je haar eerst met jouw herkenbare telefoonnummer hebt gebeld.
V: Wat kun je hierover verklaren?
A: Ja dat was eerst ja. Ik heb gebeld met mijn nummer [telefoonnummer 1] . Hierna blokkeerde [aangeefster 2] mij en heb ik haar anoniem gebeld. Ik moest wel. Ze neemt vaak niet op maar af en toe neemt ze wel op.
O: Jouw zus heeft verklaard dat ze je hierna geblokkeerd heeft en dat jij haar hierna
anoniem belde.
V: Wat kun je hierover verklaren?
A: Ja klopt. Ik heb haar vaak gebeld. Op een gegeven moment wilde ik haar niet eens spreken maar belde ik haar zoveel om haar te irriteren. Ik heb wel ongeveer 40, 60 of misschien 80 gebeld. Ik weet niet precies hoeveel. [29]
O: Ik lees in de aangifte dat jij haar vaak belt en ook mailt naar haar werk.
V: Wat kun je hierover verklaren?
A: Dat klopt.
V: Hoe vaak heb je haar gemaild?
A; Niet meer dan 5 keer.
V: Waarom doe je dit?
A: Omdat ze haar telefoon niet meer op nam. [30]
Een proces-verbaal van bevindingen onderzoek geluidsfragmenten, genummerd PL0900-2024224629-3, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Ik beluisterde twee beeldfragmenten van voicemailopnames die door aangeefster [aangeefster 2] bij haar aangifte werden gevoegd.
Ik hoorde het volgende door een vrouwenstem (berichten-service) zeggen: "Volgende bewaarde bericht ontvangen gisteren om 15:13 uur.
Ik hoorde het volgende door een mannenstem (verdachte) zeggen: "Ha, kankerhoer, ?. , a kankerhoer. ? Je gaat ervoor zorgen dat ik mijn huis kwijtraak. Ik ga ervoor zorgen dat je onder de grond komt a kankerhoer." [31]
Ik hoorde het volgende door een vrouwenstem (berichten-service) zeggen: "Volgende bewaarde bericht ontvangen gisteren om 19:47 uur.
Ik hoorde het volgende door een mannenstem (verdachte) zeggen: "A kankerhoer. ?.. Ik mijn huis kwijtraken. Hèhè jij bent grappig jij. Ik ga zien. Ik draai je nek om kankerhoer." [32]
Een proces-verbaal van bevindingen stemherkenning, genummerd PL0900-2024224629-7, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op 18 juli 2024 liet mijn collega mij een geluidsfragment horen. Ik hoorde een donkere stem met een Marokkaans accent. Ik hoorde de mannelijke donkere stem diverse keren zeggen: ''Kankerhoer, kankerhoer''. Ik herkende de stem direct als zijnde de stem van [verdachte] , geboren op [geboortedatum 1] 1994. [33]

5.BEWEZENVERKLARING

De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte:
16/179698-24feit 1:op 15 mei 2024 te Utrecht een kentekenbewijs en overige documenten ten behoeve van een personenauto met kenteken [kenteken] , die aan [slachtoffer] toebehoorden heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak;
feit 2:op 21 mei 2024 te Utrecht opzettelijk en wederrechtelijk meerdere (nood)ruiten van een personenauto met kenteken [kenteken] die aan [slachtoffer] toebehoorden heeft vernield;
feit 3:op 25 mei 2024 te Utrecht [slachtoffer] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en met zware mishandeling, door die [slachtoffer] dreigend de woorden toe te voegen:- “Wollah ik maak jou dood, wollah ik maak jouw kanker moeder dood.”;- “Wollah ik maak jou af.”;- “Wollah je gaat ziek naar huis. Ik sla jou total loss.”;- “Wollah [slachtoffer] , wollah ik sla jou helemaal total loss.”en- “Kom nu naar de deur dan. Ik sla jou totaal los.”;
feit 4:op 30 mei 2024 te [plaats] opzettelijk en wederrechtelijk een ruit van een woning aan de [adres 2] die aan woningcorporatie Bo-Ex toebehoorde heeft vernield;
16/238492-24feit 1:in de periode van 22 juni 2024 tot en met 11 juli 2024 te Utrecht wederrechtelijk stelselmatig opzettelijk inbreuk heeft gemaakt op een anders persoonlijke levenssfeer, te weten die van [aangeefster 2] , door- die [aangeefster 2] veelvuldig te bellen en- veelvuldig, althans meermalen de voicemail van die [aangeefster 2] in te spreken- die [aangeefster 2] meermalen te mailen en contacten via haar bedrijfsmailadres en bedrijfswebsite en- die [aangeefster 2] een bericht te sturen
met het oogmerk die [aangeefster 2] , te dwingen iets te doen, te dulden en vrees aan te jagen;
feit 2:op meer tijdstippen op 11 juli 2024 te Utrecht [aangeefster 2] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht,door de voicemail van die [aangeefster 2] meerdere malen in te spreken met de woorden:- "Ik ga ervoor zorgen dat je onder de grond komt kankerhoer" en- "Ik draai je nek om kankerhoer".
Voor zover in het bewezen verklaarde deel van de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. Verdachte wordt hiervan vrijgesproken.

6.STRAFBAARHEID VAN DE FEITEN

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezen verklaarde uitsluit, zodat dit strafbaar is.
Het bewezen verklaarde levert volgens de wet de volgende strafbare feiten op:
16/179698-24feit 1:
diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak;
feit 2 en feit 4, telkens:
opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, vernielen;
feit 3:
bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht en met zware mishandeling, meermalen gepleegd;
16/238492-24feit 1:
belaging;
feit 2:
bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht, meermalen gepleegd.

7.STRAFBAARHEID VAN VERDACHTE

Er is geen omstandigheid gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. Verdachte is dan ook strafbaar.

8.OPLEGGING VAN STRAF EN MAATREGEL

8.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd verdachte ter zake van het door de officier van justitie bewezen geachte te veroordelen tot:
- een gevangenisstraf van 4 maanden, met aftrek van het voorarrest;
- een vrijheidsbeperkende maatregel inhoudende een contactverbod met [slachtoffer] , [aangeefster 2] en [aangeefster1] en een locatieverbod voor het gebied binnen een straal van 200 meter rondom de [adres 2] , voor de duur van 3 jaar, met 1 week vervangende hechtenis per overtreding tot een maximum van 6 maanden vervangende hechtenis in totaal.
De officier van justitie heeft voorts gevorderd de vrijheidsbeperkende maatregel en het uit te oefenen toezicht dadelijk uitvoerbaar te verklaren.
8.2
Het oordeel van de rechtbank
Bij het bepalen van de straf en maatregel heeft de rechtbank rekening gehouden met de ernst van het bewezen verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte, zoals ter terechtzitting is gebleken.
Ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder ze zijn gepleegd
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan meerdere nare feiten richting zijn zussen, moeder en woningcorporatie Bo-Ex. Hij heeft in een korte tijd twee keer de ruiten van de auto van zijn zus [slachtoffer] ingeslagen en hierbij ook autopapieren gestolen. Hij heeft zijn zus vervolgens ook meermalen woordelijk bedreigd aan de telefoon. Daarna heeft hij een baksteen door de ruit van de woning gegooid waar zijn moeder en zus wonen. De feiten zijn gepleegd in de sfeer van een langer lopend conflict, waarbij verdachte steeds geld vraagt van zijn familie omdat hij vindt dat hij daar recht op heeft. Verdachte heeft met zijn gedrag niet alleen een inbreuk gemaakt op het eigendomsrecht van anderen en financiële schade veroorzaakt, maar hij heeft ook een zeer beangstigende situatie gecreëerd voor zijn familie. Daarnaast veroorzaakt zijn handelen gevoelens van onrust in de buurt waar de vernielingen worden gepleegd.
Nadat verdachte een contactverbod met zijn zus en moeder opgelegd had gekregen, is hij doorgegaan met zijn strafbare gedrag bij zijn andere zus [aangeefster 2] . Hij heeft haar bedreigd en belaagd. Hij heeft via verschillende kanalen, zelfs via de website en het mailadres van haar werk, veelvuldig contact gezocht. Ook nadat zijn zus zijn telefoonnummer had geblokkeerd, heeft hij haar veelvuldig gebeld met een anoniem nummer. Belaging, in het normaal spraakgebruik ook wel
stalkinggenoemd, is een zeer hinderlijk en angstaanjagend feit. Stalking heeft een grote impact op slachtoffers, die zich daardoor ernstig beperkt voelen in hun bewegingsvrijheid en constant geconfronteerd worden met ongewenst contact. De bedreigingen die hij vervolgens heeft geuit, zijn in het licht hiervan en van het al lopende conflict tussen verdachte en zijn familie nog beangstigender. De rechtbank vindt het daarnaast extra kwalijk en ook zorgelijk dat verdachte na de aan hem opgelegde gedragsaanwijzing op zoek is gegaan naar een nieuwe manier om zijn familie lastig te vallen en om geld te blijven vragen.
Uit het door het slachtoffer [slachtoffer] uitgeoefende spreekrecht op de zitting blijkt ook hoeveel impact het gedrag van verdachte heeft gehad op zijn familie. Zij zijn bang dat verdachte zijn bedreigingen waar gaat maken en ze zijn bang om over straat te gaan.
De persoon van verdachte
De rechtbank heeft gekeken naar het strafblad van verdachte van 9 oktober 2024. Hieruit blijkt dat verdachte eerder is veroordeeld voor soortgelijke feiten. Dit weegt de rechtbank in strafverzwarende zin mee.
De reclassering heeft geprobeerd om contact op te nemen met verdachte om een rapport op te stellen, maar zij hebben geen contact met hem kunnen krijgen.
De straf
Gelet op de ernst, indringendheid en de veelheid van de door verdachte gepleegde feiten is de rechtbank van oordeel dat niet kan worden volstaan met een andere of lichtere straf dan een deels onvoorwaardelijke gevangenisstraf. Bij het bepalen van de hoogte van de op te leggen gevangenisstraf heeft de rechtbank gekeken naar straffen die door andere rechtsprekende instanties voor soortgelijke feiten zijn opgelegd. Het baart de rechtbank zorgen dat het conflict in het kader waarvan verdachte deze strafbare feiten heeft gepleegd nog steeds bestaat. Op de zitting van 16 oktober 2024 heeft de zus van verdachte, [slachtoffer] , aangegeven dat verdachte zich de afgelopen tijd aan de opgelegde contactverboden en het locatieverbod heeft gehouden. Zij heeft het idee dat de dreiging van een gevangenisstraf impact heeft gehad op verdachte, in die zin dat deze hem ervan heeft weerhouden om nieuwe strafbare feiten bij zijn familie te plegen. Gelet hierop zal de rechtbank een deel van de gevangenisstraf voorwaardelijk opleggen, als stok achter de deur voor verdachte om geen nieuwe strafbare feiten te plegen.
Aan verdachte wordt een gevangenisstraf opgelegd voor de duur van 6 maanden, waarvan 2 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar.
Contactverbod en locatieverbod
De rechtbank zal ter beveiliging van de maatschappij en ter voorkoming van strafbare feiten bevelen dat verdachte:
  • zich niet bevindt in een straal van 200 meter rondom de woning aan de [adres 2] , [postcode 2] [plaats] (zie kaart in bijlage II);
  • geen contact heeft met [slachtoffer] , [aangeefster 2] en [aangeefster1] ;
De rechtbank legt deze vrijheidsbeperkende maatregel op voor de duur van 3 jaren. Voor het geval niet aan de maatregel wordt voldaan, zal vervangende hechtenis van 1 maand worden opgelegd voor iedere keer dat niet aan de maatregel wordt voldaan. De totale duur van de vervangende hechtenis zal de periode van 6 maanden niet overschrijden. Toepassing van de vervangende hechtenis heft de verplichtingen ingevolge de opgelegde maatregel niet op.
Dadelijke uitvoerbaarheid vrijheidsbeperkende maatregel
Gelet op het dossier is de rechtbank van oordeel dat er ernstig rekening mee moet worden gehouden dat verdachte opnieuw een strafbaar feit zal plegen en zich belastend zal gedragen tegenover [slachtoffer] , [aangeefster 2] en [aangeefster1] als het contact- en locatieverbod niet meteen van kracht is. Daarom zal zij bevelen dat de maatregel dadelijk uitvoerbaar is.

9.BENADEELDE PARTIJ

[slachtoffer] heeft zich als benadeelde partij in het geding gevoegd en vordert een bedrag van € 650,- Dit bedrag bestaat uit € 150,- materiële schade en € 500,- immateriële schade, ten gevolge van de aan verdachte onder 1, 2 en 3 van parketnummer 16/179698-24 ten laste gelegde feiten.
9.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie vordert dat het verzoek tot schadevergoeding volledig wordt toegewezen, te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
9.2
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank is van oordeel dat voldoende is komen vast te staan dat de benadeelde partij door het onder 1, 2 en 3 van parketnummer 16/179698-24 bewezenverklaarde rechtstreekse schade is toegebracht.
De gevorderde materiële schade voor het plaatsen van een noodruit in de auto is voldoende onderbouwd en aannemelijk geworden en zal worden toegewezen.
Ingevolge artikel 6:106, aanhef en onder b, van het Burgerlijk Wetboek bestaat recht op vergoeding van immateriële schade indien de benadeelde lichamelijk letsel heeft opgelopen, in zijn eer of goede naam is geschaad of op andere wijze in zijn persoon is aangetast. Bedreiging is een ernstig feit waarbij inbreuk wordt gemaakt op de persoonlijke levenssfeer en geestelijke integriteit. De bedreigingen vonden plaats in de sfeer van een al langer lopend conflict tussen de benadeelde partij en verdachte, waarbij verdachte al vaker zijn dreigingen had waargemaakt. Juist hierdoor heeft de bedreiging veel impact gehad op de benadeelde partij. Zo voelt zij zich niet langer veilig in haar eigen woning en directe omgeving. Zij gaat om die reden niet langer met (minderjarige) familieleden naar nabijgelegen speeltuinen en gaat zij niet naar nabijgelegen supermarkten. Ook parkeert zij haar auto niet langer in de omgeving van haar woning en houdt zij ramen dicht met een dubbel slot om zich veiliger te voelen. De rechtbank betrekt daarbij dat verdachte zijn eerder aangekondigde vernielingen jegens verdachte (en andere familieleden) feitelijk ook heeft uitgevoerd, zoals blijkt uit de bewezenverklaarde feiten. De rechtbank is van oordeel dat de geuite bedreigingen hierdoor een grotere impact hebben dan in andere gevallen. Het ligt zo voor de hand dat een persoon in deze situatie psychische gevolgen ondervindt van een bedreiging, dat de rechtbank een aantasting in de persoon van de benadeelde partij aanneemt. Gelet op de aard en de ernst van het feit en de gevolgen die dit voor de benadeelde partij heeft gehad, rekening houdend met de vergoedingen die in soortgelijke zaken worden toegekend, is de rechtbank van oordeel dat toewijzing van een bedrag van immateriële schade van € 500,- billijk is.
De rechtbank zal de vordering geheel toewijzen voor een bedrag van € 650,-, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente. Deze wordt berekend over het bedrag van € 150,- vanaf 16 mei 2024 en over het bedrag van € 500,- vanaf 25 mei 2024, tot de dag van volledige betaling.
Verdachte zal ook worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog zal maken. Deze kosten worden tot op dit moment begroot op nihil.
Schadevergoedingsmaatregel
Als extra waarborg voor betaling zal de rechtbank ten behoeve van [slachtoffer] aan verdachte de verplichting opleggen tot betaling aan de Staat van het bedrag van € 650,-, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente. Deze wordt berekend over het bedrag van € 150,- vanaf 16 mei 2024 en over het bedrag van € 500,- vanaf 25 mei 2024, tot de dag van volledige betaling. Als door verdachte niet wordt betaald, zal deze verplichting worden aangevuld met 13 dagen gijzeling, waarbij toepassing van de gijzeling de betalingsverplichting niet opheft.
De betaling die is gedaan aan de Staat wordt op de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer] in mindering gebracht. Dit geldt andersom ook indien betaling is gedaan aan de benadeelde partij.

10.TOEPASSELIJKE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN

De beslissing berust op de artikelen 14a, 14b, 14c, 36f, 38v, 38w, 57, 63, 285, 285b, 311, 350 van het Wetboek van Strafrecht, zoals de artikelen luidden ten tijde van het bewezen verklaarde.

11.BESLISSING

De rechtbank:
Bewezenverklaring
- verklaart het ten laste gelegde bewezen zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld;
- verklaart het meer of anders ten laste gelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij;
Strafbaarheid
- verklaart het bewezen verklaarde strafbaar en kwalificeert dit zoals hiervoor in rubriek 6 is vermeld;
- verklaart verdachte strafbaar;
Oplegging straf en maatregel
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstraf van 6 maanden;
- bepaalt dat de tijd, door verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
- bepaalt dat van de gevangenisstraf een
gedeelte van 2 maanden, niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders gelast op grond van het feit dat verdachte de hierna te melden algemene voorwaarde niet heeft nageleefd;
- stelt daarbij een
proeftijd van 2 (twee) jarenvast;
- als voorwaarde geldt dat verdachte zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
- legt aan verdachte op
de maatregel strekkende tot beperking van de vrijheid voor de duur van 3 jaren;
- beveelt dat verdachte
  • zich niet bevindt in een straal van 200 meter rondom de woning aan de [adres 2] , [postcode 2] [plaats] (zie kaart in bijlage II);
  • op geen enkele wijze - direct of indirect - contact zal opnemen, zoeken of hebben met [slachtoffer] geboren op [geboortedatum 2] 1987 in [geboorteplaats 1] , [aangeefster 2] geboren op [geboortedatum 3] 1985 in [geboorteplaats 1] en [aangeefster1] , geboren in [geboorteplaats 2] in Marokko;
- beveelt dat deze vrijheidsbeperkende maatregel
dadelijk uitvoerbaaris.
- beveelt dat voor het geval niet aan de maatregel wordt voldaan de maatregel wordt vervangen door
1 maand hechtenis, voor iedere keer dat niet aan de maatregel wordt voldaan, met een maximum van 6 maanden;
Benadeelde partij
- wijst de vordering van [slachtoffer] toe tot een bedrag van € 650,-;
- veroordeelt verdachte tot betaling aan [slachtoffer] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente. Deze wordt berekend over het bedrag van € 150,- vanaf 16 mei 2024 en over het bedrag van € 500,- vanaf 25 mei 2024, tot de dag van volledige betaling;
- veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt verdachte de verplichting op ten behoeve van [slachtoffer] aan de Staat € 650,- te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente. Deze wordt berekend over het bedrag van € 150,- vanaf 16 mei 2024 en over het bedrag van € 500,- vanaf 25 mei 2024, tot de dag van volledige betaling, bij niet betaling aan te vullen met 13 dagen gijzeling;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.M.M. Lemmen, voorzitter, mr. drs. S.M. van Lieshout en mr. S.E. van den Brink, rechters, in tegenwoordigheid van mr. R.I. van Balkom, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 30 oktober 2024.
De jongste rechter is buiten staat deze beslissing mede te ondertekenen.
Bijlage I: de tenlastelegging
Aan verdachte wordt ten laste gelegd dat:
16/179698-24feit 1:
hij op of omstreeks 15 mei 2024 te Utrecht een kentekenbewijs en/of (overige) documenten ten behoeve van een personenauto met kenteken [kenteken] , in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer] , in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of die/dat weg te nemen kentekenbewijs en/of (overige) autopapieren onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak of verbreking;
feit 2:
hij op of omstreeks 21 mei 2024 te Utrecht opzettelijk en wederrechtelijk meerdere (nood)ruiten van een personenauto met kenteken [kenteken] , in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer] , in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft vernield, beschadigd en/of onbruikbaar gemaakt;
feit 3:hij op of omstreeks 25 mei 2024 te Utrecht [slachtoffer] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of met zware mishandeling, door die [slachtoffer] dreigend de woorden toe te voegen:
- “Wollah ik maak jou dood, wollah ik maak jouw kanker moeder dood.”;
- “Wollah ik maak jou af.”;
- “Wollah je gaat ziek naar huis. Ik sla jou total loss.”;
- “Wollah [slachtoffer] , wollah ik sla jou helemaal total loss.”
en/of
- “Kom nu naar de deur dan. Ik sla jou totaal los.”,
althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking;
feit 4:hij op of omstreeks 30 mei 2024 te [plaats] opzettelijk en wederrechtelijk een ruit van een woning aan de [adres 2] , in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan woningcorporatie Bo-Ex, in elk geval aan een ander toebehoorde heeft vernield, beschadigd en/of onbruikbaar gemaakt;
16/238492-24feit 1:hij in of omstreeks de periode van 22 juni 2024 tot en met 24 juli 2024 te Utrecht, althans in Nederland,
wederrechtelijk stelselmatig opzettelijk inbreuk heeft gemaakt op een anders persoonlijke levenssfeer, te weten die van [aangeefster 2] , door
- die [aangeefster 2] veelvuldig, althans meermalen te bellen en/of
- veelvuldig, althans meermalen de voicemail van die [aangeefster 2] in te spreken
- die [aangeefster 2] meermalen te mailen en/of contacten via haar bedrijfsmailadres en/of bedrijfswebsite en/of
- die [aangeefster 2] een (facebook)bericht te sturen met het oogmerk die [aangeefster 2] , te dwingen iets te doen, niet te doen, te dulden en/of vrees aan te jagen;
feit 2:hij op één of meer tijdstippen op of omstreeks 11 juli 2024 te Utrecht, in elk geval in Nederland [aangeefster 2] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of met zware mishandeling,
door de voicemail van die [aangeefster 2] een of meerdere malen in te spreken met de woorden:
- "Ik ga ervoor zorgen dat je onder de grond komt a kankerhoer" en/of
- "Ik draai je nek om kankerhoer",
althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking.
Bijlage II: kaart locatieverbod

Voetnoten

1.Wanneer hierna wordt verwezen naar paginanummers betreft dit pagina’s van op ambtseed of ambtsbelofte opgemaakte processen-verbaal. Deze processen-verbaal zijn als bijlagen opgenomen bij het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van 3 juni 2024, genummerd PL0900-2024170843, opgemaakt door politie Midden-Nederland, doorgenummerd 1 tot en met 92. Tenzij anders vermeld, zijn dit processen-verbaal in de wettelijke vorm opgemaakt door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren.
2.Pagina 9.
3.Pagina 10.
4.Pagina 35.
5.Pagina 36.
6.Pagina 38.
7.Pagina 88.
8.Pagina 89.
9.Pagina 90.
10.Pagina 42.
11.Pagina 58.
12.Pagina 58-59.
13.Pagina 59.
14.Pagina 21
15.Pagina 22.
16.Pagina 26.
17.Pagina 27.
18.Pagina 28.
19.Pagina 29.
20.Pagina 30.
21.Pagina 45.
22.Pagina 46.
23.Pagina 49.
24.Wanneer hierna wordt verwezen naar paginanummers betreft dit pagina’s van op ambtseed of ambtsbelofte opgemaakte processen-verbaal. Deze processen-verbaal zijn als bijlagen opgenomen bij het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van 8 augustus 2024, genummerd PL0900-2024224629, opgemaakt door politie Midden-Nederland, doorgenummerd 1 tot en met 48. Tenzij anders vermeld, zijn dit processen-verbaal in de wettelijke vorm opgemaakt door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren.
25.Digitale pagina 33.
26.Een geschrift, te weten een screenshot van een bericht bijgevoegd bij de aangifte van [aangeefster 2] , pagina 48.
27.Digitale pagina 8 van het aanvullend PV.
28.Digitale pagina 19.
29.Digitale pagina 22.
30.Digitale pagina 23.
31.Digitale pagina 29.
32.Digitale pagina 30.
33.Digitale pagina 15.